Hard werken

In de voortuin stond een pol misacanthus sinensis die een beetje te breed begon te worden. De eerste paar jaar blijft zo’n pol goed overeind staan, maar als het langer dan 4-5 jaar op de zelfde plek is, zakt de pol steeds vaker scheef na een stevige zomerse regenbui. De afgeslopen twee jaar bond ik de pol als een soort veredelde korenschoof bij elkaar met een flink end oude elektriciteitsdraad (prima bindmiddel, vooral de zwarte draden) om de omringende planten een beetje lucht te geven. De pol viel nu niet breed uit alle kanten op , maar zakte als geheel scheef….

Er uit dus. Er staat vlak bij nog een veel dunnere zaailing, de dikke pol kan wel weg. Eerst dacht ik nog om dat later in de winter te doen. De pluimen staan er nog zo mooi bij. Maar toch besloten nu eruit te halen, dan kunnen de bolletjes, die al weken in de schuur liggen op die plek de grond in. Tja, maar hoe krijg je zo’n pol eruit? Eerst maar afknippen. Een geultje erom heen graven. Een beetje met schep er op hakken. Dat was vrijdag. Geen beweging in te krijgen. Een en al taaie wat verende wortels. Zaterdag een nieuwe ‘aanval’ gedaan. Gewapend met zaagje, schep, oude broodmes (errug goed voor doorzagen taaie wortelkluiten) en hak. In de ochtend ruim een uur, en ’s middags een klein uur. Pfff, met moeie armen zat ik op de bank. En de pol? Een aantal stukken zijn er uit, ongeveer de helft is over. Voor een andere dag.

In kleine stukjes, dat zei ook de postbode die langs kwam. Hij was 25 jaar hovenier geweest en had in zijn tijd heel wat graspollen aangepakt. Dat deden we altijd met de kettingzaag, zei hij. Dat is zo leuk als je in de voortuin in de tuin aan het werken bent. Allerlei mensen maken een praatje. Deze postbode kende ik nog niet. Maar nu weet ik waar ie woont, dat ie een diepe tuin heeft waar het ’s zomers (te) warm is om lekker te zitten, maar dat ze met alle buren dan bij de picknicktafel op het grasveld aan de voorkant van de huizen zitten, dat hij LP’s verzamelt en er 5000 heeft; dat zijn dochter nu ook interesse heeft in LP’s….

Rosa multiflora

Een mooie wilde roos, met heerlijk geurende witte bloemen in de zomer en nu in de herfst een overvloed aan bijna kogelronde oranje botertje. Een prima heester voor ….. een grote en niet al te nette tuin. De groeikracht van deze roos is enorm en als je hem als kleine struik in toom wilt houden moet je verschillende keren per jaar de lange nieuwe groeischeuten afknippen. Of je laat ze wel groeien op een plek waar ze hun gang kunnen gaan. Over een schuur, of zoals bij ons… de boom in.
De veelbloemige roos komt oorspronkelijk uit China, Korea en Japan, maar komt al sinds de 19e eeuw in Europa voor. Wordt vaak gebruikt als onderstam voor andere rozen of om te kruisen met andere rozen.

We hadden nog een klein exemplaar in de tuin die ik jarenlang ‘klein’ heb proberen te houden, aan de rand van het grasveld. Dit jaar maar besloten die er helemaal uit te halen. Dan heb ik weer wat ruimte voor wat anders.

Hier stond de multiflora

NB. Eef vertelde dat ze in het verleden de lange uitlopers had gebruikt om omvallende planten een beetje te ondersteunen in de loop van de zomer. Je kan er mooie boogjes van maken. Inderdaad mooie buigzame takken. Een probleempje: ze schieten heel makkelijk wortel. Eef is nu al een tijd een gevecht aan het voeren met de overal in de tuin gewortelde multiflora’s.
Zelf maak ik ‘boogjes’ van net afgeknipte en ontbladerde nog groene bamboestengels. Ook mooi buigzaam. Die heb ik nog nooit op ‘wortelen’ betrapt.

Achtertuin herfst

Boven

Als ik schilder was en ik wilde
de sfeer van herfst vastleggen,
dan zocht ik de verftubes met
gele en oranje verf.
Een kwast met slappe haren
om elegante streken op het doek te kunnen zetten.
En zwart.
Zwart voor de hartjes van de bloemen.

Als ik schilder was, werd dit
mijn herfstschilderij.

Onder

Achter in de tuin, links op de foto zijn de appelboom en meidoorn nog groen. Rechts aan de rand, op halve hoogte, staat een prikkelstruik, een berberis. Met knalrode ’tonnetjes’ van bessen. En over een tijdje verkleurt het blad ook prachtig. Daarna valt het af, terwijl de rode tonnetjes nog weken aan de struik blijven hangen. Op de voorgrond, net links van het midden zie je de donkergroene graspol van de stipa gigantea, die blijft wintergroen. De grote graspol midden in beeld is de molinia ’transparant’. Nu zijn halmen en blad nog groen, over paar weken kleuren de halmen strokleurig en stort het blad van geel via bruin in een grote hoop opgedroogde slierten in elkaar. Als ik dat dan opruim zie je voor een paar maanden niets van deze enorme graspol dat boven de grond uitsteekt. Wel valt op dat er een grote cirkelvormige plek in de border kale grond heeft. Een bijzonderheid in onze tuin. De cirkel ontstaat omdat grootste deel van de zomer de grond beschaduwd wordt door de enorme graspol.

He, idee!
Zal ik nu de ‘rokken’ van de plant optillen en daar een aantal voorjaarsbollen onder zetten….

Dagpauwoog

Het verstoorde wereldbeeld

Hoe kán dat: dagpauwogen in de hof
van Breekelenkamp naast ons? – Niet te geloven.

Hun wiekenpracht gaat het verstand te boven:
vier zonnen op een veld van sterrestof.

Hij had dit jaar brandnetels in het gras,
de oude boer, wat achterop met werk,
daar er een erfenis met ruzie was:
pauwogen fladderen van perk tot perk.

Hij cijfert achter de gordijnen uren
terwijl ze nectar uit zijn tuintje puren.
Zondags zit hij – zijn zaak is vóór geweest –

stil op de bank voor huis, verkalkt en blauw;
dan zitten er pauwogen op zijn mouw,
wier tekenen hij bevreemd en bevend leest.

Ida Gerhardt,
uit de bundel De zomen van het licht (1983)

Dunne ijle bloemen

Jaren geleden, meer dan 10 denk ik, ging ik met Jitske op bezoek naar de Priona tuinen in Schuinesloot. Oorspronkelijk aangelegd door Henk Gerritsen en partner. En nu beheerd ‘in de geest’ van de oorspronkelijke bewoners. Van twee plantjes namen we zaad mee, en die groeien nu nog steeds bij ons in de tuin. Een witgloeiende versie van het robertskruid. De eerste jaren hield ik de omgeving zorgvuldig vrij van de rozebloeiende exemplaren. Inmiddels aan de westkant van het huis een flinke groep witgloeiende plantjes, die houden zichzelf nu wel in stand.

De andere was een persicaria, felgroen blad met een donkerrode tekening en laat in het seizoen een lange draadachtige aar van donkerrode bloempjes. Het is de persicaria virginiana ‘Filiformis’ . Het woekeren waar we destijds voor gewaarschuwd waren hebben we hier niet gezien. De eerste paar jaar was ik steeds bang dat de plant het niet overleefd had. Om wat later in de lente te zien dat de mooie blaadjes gewoon weer opkwamen. Elk jaar wordt de bos nu iets groter. De kleur van de bloem is net zo donkerrood als van de veelgebruikte persicaria amplexicaulis. De groei en bloeiwijze is veel subtieler en eleganter.

Voortuin herfst

Een koude nacht en ineens komen herfstkleuren te voor schijn. De amberboom had al wel een zweem oranje, maar begint nu echt te gloeien. De lage duizendknoop fallopia japonica compacta is ineens geel, en ook de ginkgo is goed op weg. Het bladgroen verdwijnt uit de bladeren en de onderliggende kleuren worden zichtbaar.