Dril gearriveerd

Een week geleden kwamen de eerste bruine kikkers weer aan in de vijver. Sommigen zag ik als eerste in het water, anderen nog op het land, op weg naar de vijver. Elke ochtend eerst even in de vijver kijken of er al kikkerdril lag. Vrijdag nog niets, wel de eerste ‘gepaarde’ kikkers, zaterdag ochtends de eerste 2-3 blobs, en vandaag -zondag- minstens 30 blobs.

De mannetjes bruine kikker zijn wat kleiner dan de vrouwtjes en klemmen zich vast op de rug van het vrouwtje. Zodat ze zeker weten dat – als zij eitjes gaat leggen- hij er als eerste bij is om de eitjes te bevruchten. Gister zagen we een paartje kikkers uit de vijver springen, op het land. De een op de rug van de ander. Ik dacht eerst, die moet ik de weg terug wijzen, naar de vijver. Zetje in de goede richting. Plons. Goed zo, weer in het water. 10 minuten later zagen we het tweetal weer op het land. Toen bedacht ik pas… het vrouwtje heeft haar eitjes gelegd, taak voldaan, en kan nu weer vertrekken. En het mannetje is gewoon een sul, als ie haar vast blijft houden, terwijl de actie toch echt in de vijver is.

Over sullen gesproken. Wat denk je van de bruine kikker op foto 6. Die heeft een groene kikker omarmd. Dat gaat niet werken. Die leggen pas weken later eitjes. En wie weet is het niet eens een groene kikker vrouwtje…

P&P bloesem

Extreem zonnige maart, dit jaar.
En afgelopen week ook lenteachtige temperaturen.
Vrijdag in de tuin bezig, al snel jasje uit
en zelfs een tijdje fleece uit.
Gewoon in T shirt buiten.

Je knippert even met je ogen
en de aanblik van de tuin is al weer veranderd.

Weg krokussen en sneeuwklokken.
En overal bosanemoon en speenkruid.
Ook de bloesem van de vroege fruitbomen komt er aan.
Knipper, knipper.

De bloesem van de pruim (1-3) en sierpeer (4-6) is uit!

Yin yang huo

Dit is de Chinese naam voor elfenbloemblaadjes. Kijk maar op wikipedia om te lezen wat de letterlijke vertaling van yin yang huo is. Iets met geiten.

Het epimedium geslacht bestaat uit ongeveer 25 soorten overblijvende kruidachtige planten. De Nederlandse naam is elfenbloem, en ze horen tot de berberis familie. De planten komen van nature voor in Zuid- Eurpa en Midden-, Zuid- en Oost-Azië.

De bladeren en bladsteeltjes zijn taai; de bloemetjes zien er teer uit. Ze bloeien in het voorjaar of de vroege zomer. Er zijn veel hybriden en cultivars die voor hun decoratieve waarde worden gekweekt. Epimedium kan als bodembedekker in de halfschaduw worden gebruikt. En in droge schaduw zou het ook moeten kunnen, als de grond voldoende humus bevat.

Hmmm, de nieuwe plek onder de conifeer… kan ik zeker droge schaduw noemen, maar humus? Is de kruiwagen compost die ik daar strooide genoeg?

Blauwe Druifjes

Beetje slordige lange slierten van blaadjes, die wat warrig door elkaar groeien.
Maar daarboven leuke paarsblauwe torentjes van kleine ballonbloemetjes.

Wat een kleurverschil maakt de camera ervan.
De eerste foto nam ik rond een uur of twee vanmiddag, druifjes in de volle zon. De tweede foto, bijna hetzelfde beeld zie de groene gras spriet rechts, en de derde foto zijn rond 6 uur ’s avonds gemaakt, zon al achter de huizen.

Laatst zag ik bij de bloemist ook de witte vorm, witte druifjes. Was van plan er een paar te kopen. Toch weer vergeten. Wie heeft ervaring met de witte druifjes. Aanrader?

Henk

Afgelopen maandagochtend liep ik naar de bijkeuken om koffieapparaat aan te zetten. He, wat een gek vogeltje. Nee dus. Voor de eerste keer dit seizoen weer een muis op de pindasilo gespot. Met uitgestrekt pootje zat ie minuten lang pinda’s tussen het gaas vandaan te peuteren. Heel eventjes kwam er een koolmees aan, maar ging snel weer weg. De eerste foto snel met telefoon gemaakt. Niet superscherp, maar je ziet wel vogel en muis.

Mees en muis

Omdat de muis zo lang bleef zitten had ik tijd genoeg om de Nikon met grote lens te gaan halen. Ondertussen kwam onze ochtend visite binnen, en we lieten ze de muis zien. Gevieren bleven we een tijdje kijken en lieten de muis toen maar alleen. HIj hing maar door, met steeds dikkere wangzakken (een beetje hamsteren?).

Naam van de muis is ook helder: Henk, omdat die met op bezoek kwam. Tja en als het een vrouwtjesmuis is, dan heet ze Pauline.

Achter de Geraniums

Da’s lang geleden dat ik naar een avondlezing van Groei en Bloei ben geweest! Donderdag 16 maart, met Jitske, op de fiets naar Eelde. Een lezing van Esther van der Velde van de gelijknamige kwekerij in Heerde.

Samen met haar man runt ze een kleinschalige kwekerij voor fuchsia’s, geraniums (pelargoniums) , kuipplanten. De lezing ging over geraniums, en bestond uit een hele serie foto’s en daar dan steeds een verhaaltje bij. Esther en Gerrit waren met een bestelbus vol met geraniumpotten gekomen, en de aanwezigen waren wel weer in voor een plantje. Hele rijen stonden bij Gerrit om de geraniums-van-keuze af te rekenen.

Pelargonium Triste, eerste soort die vanuit Zuid Afrika naar Europa kwam, eerst VK, later ook Nederland. Zou met VOC schepen zijn meegekomen. Is donkerrood, met een wit randje. Esther zei: ‘Zou nachtgeurend moeten zijn; is me nooit opgevallen, maar ik ga dan ook niet ’s nachts aan de planten ruiken’.

Onderhoud:
Toppen van de meeste opgaande geraniums eind maart : om ipv een enkele stengel een bossige plant te krijgen. In de zomer kun je bv de citroengeranium prima buiten zetten, in de volle grond. Wel in de winter binnen halen of gewoon stekken nemen.

Esther stekt van november tot begin april. In de zomermaanden lukt het minder goed. Najaar is weereen prima stektijd. Bodemwarmte wordt op prijs gesteld, en geen vrieskou. De meeste geraniums zijn niet winterhard, ’s winters vrijwel droog houden en liefst op vorstvrije plaats overwinteren. Esther en Gerrit hebben een dagtaak aan het verzorgen van alle stekken die ze nemen en planten die ze in de kwekerij hebben: 3000 soorten fuchsia en 400 soorten pelargonium. Van grote moederplanten nemen ze de stekken, die ze verder oppotten en vermeerderen. Water geven met mate, wel voeden (NPK 20-20-20), 1 x per 2 weken in de zomer.

Welriekende pelargoniums

Het zijn niet de bloemen van de geurende – of welriekende- geraniums die zo sterkk ruiken, maar juist het blad. Dat bevat allemaal kleine kliertjes, die bij aanraking de geurstof vrijgeven. Wie heeft (of had) niet een citroengeranium (p. graveolens)? En ook de zachtbehaarde – naar pepermunt geurende- pelargonium tomentosum is bij veel mensen bekend. Ik hoorde van Esther dat de laatste in het Engels ‘Baby’s bottoms’ wordt genoemd, omdat de blaadjes zo lekker zacht zijn.

Het blad van de welriekende geraniums wordt veel in de industrie gebruikt, o.a. voor geurende olien en parfums. Ik heb een plantje gekocht, de P. quercifolium ‘Royal Oak’, de eikenblad geranium, of eikgeranium. Maar dan een pelargonium. Bijzonder geurtje, kan ik niet echt beschrijven. Balsam?

Onderverdeling pelargoniums in 13 secties 

  • Sectie hoarea:
    p. Oblongatum: zachtgeel , lijkt wel orchidee 
  • Sectie otitis:
    P. Carnosum (hele dikke vlezige stengels, lange bloemstengel, p. Laxum
  • Sectie jenkinsonia
    P. Tetragonum (erg mooi met lange, maar zeer breekbare) stengels
  • Sectie ligularia
    P. Abrotanidolium (soort struikjes; model Miniboompje, leuk als je van bonsai houdt)
  • Sectie polyactium:
    P. Caffrum. P. Bowkeri  (bijzondere ingesneden bloempjes, Moeilijk te vermeerderen)

De meeste pelargonium die je tegenwoordig koopt zijn kruizingen van de P. Zonale (wit) en P. Inquinans (knalrood).

Pelargoniums komen voor in allerlei tinten roze, rood, wit , paarsachtig. Een echt gele is er nog niet; na 20 jaar kruisen van p. articulatum met p. zonale is de p. zonartic ontstaan, met hinten van geel.

Esther en Gerrit van der Velde,
foto van website kwekerij vd Velde

March

MARCH comes at last, the labouring lands to free.
Rude blusterer, with thy cloud-compelling blast,
The pining plains from cark of Winter past          
That clear’st and carpetest each bush and tree
With daffodil and wood-anemone,
A voice from the illimitable Vast
Of dreams thou art, the tale that doth forecast
Of hope yet live and happiness to be.
And hark, the robin fluting on the bough
The rough breeze tangling on his tender breast
The ruddy plumes! Yet sings he, unopprest,
The awakening year, the blessed burgeoning
In wood and weald, the Then becoming Now
And all the pleasant presage of the Spring.

Gedicht van John Payne

1842-1916, dichter en vertaler van ‘Duizend en een nacht’ en ‘Alladin en de Wonderlamp’.

Grof geschut

Zaterdagochtend om 7:00 uur parkeerde er een grote vrachtwagen bij ons voor het huis. Met een grote graafmachine. En om vijf over zeven werden de eerste coniferen van schuinoverbuurman Dirk Jan al uit de grond getrokken. De rest van de dag reed de graafmachine op rupsbanden af en aan. Eerst in de tuin van DirkJan, en daarna in de tuin van rechtoverbuurman Thomas. Struiken en boomstronken (die van de grote berk van twee weken geleden) werden uit de getrokken en op grote bulten in de voortuin gestapeld. De enorme rododendron struik werd met een opgetild en een stukje verschoven. En enorme laurierkersen die een haag tussen beide tuinen vormden werden ook opgetild en een beetje verschoven. En nu ze toch bezig waren. De lage beukenhaag (1,20 m) werd ook in stukken opgeschept en verplaatst.

Ik had een paar stapeltjes takken die binnenkort met een karretje afgevoerd zouden worden. Die kon ik wel even op de grote bulten erbij leggen….