Hortensia stekken

Juli – augustus is niet alleen de tijd dat de meeste hortensia’s bloeien, maar ook een prima tijd om ze te stekken. Vandaag van vijf verschillende hortensia’s stekken opgepot. 1-3 stekken per soort. En bij elke pot een labeltje: HBA = hortensia buren achtertuin, HBV = hortensia buren voortuin. Dat zijn twee lacecaps, zie foto’s . Verder heb ik nog een HM112 = hortensia meerweg 112, een donkerpaarse boerenhortensia.
Ze blijven tot minstens volgend jaar voorjaar in pot (en misschien haal ik ze in de winter wel even binnen in de serre.

Je kunt de stekken ook prima in een glaasje water laten wortelen en later oppotten. Of , zoals ik vandaag gedaan heb, direct in de pot en dan een plastic zak erover heen tegen het uitdrogen de eerste paar weken.
Alhoewel… uitdrogen. Deze zomer krijgen ze daar geen kans toe. Wat een buien en buitjes. De hortensia’s varen er wel bij. Staan er veel mooier bij dan afgelopen twee droge zomers.

Vorig jaar heb ik ook al een aantal stekken genomen. Een paar in de volle grond gezet eerder deze zomer, die zijn nu ruim een halve meter. Een drietal staan nog in pot, die zijn kleiner gebleven. Een er van is al wel in bloei: lichtroze. Zo grappig, de plant waar dit een stek van is is veel meer lichtblauw (laatste foto).

Waterbuffet voor Thomas

Vorige week een enorme berg waterplanten uit de vijver gehaald, en zoals elk jaar een paar dagen laten uitdruipen op het bruggetje over de vijver. ” Als je nog wat waterplanten over hebt”, vroeg Willy, ” dan wil ik nog wel wat voor in de eendenvijver.” Willy heeft drie indische loopeenden in de tuin die overdag vrij rondscharrelen en over en nergens slakken tussen de planten uitvissen en opeten. Maar ze zijn vooral ook erg dol op waterstplanten. De vijver werd compleet leeggegeten. Dus Wiily heeft een deel van de vijver afgeschermd zodat er daar planten kunnen groeien, in het andere deel zwemmen de eenden. Helemaal kaal en leeg, aan de rand nog een bos irisblad. En zelfs dat stugge, stevige blad begint nu ook te prooi te vallen aan de eenden.

Ik schepte een deel van de waterplanten op het bruggetje in een hele grote emmer, en die bracht ik met de fietskar naar Willy. ” Mik alles maar in de vijver”, zei Willy vanaf het terras waar ze met kleindochter Eva zat. Zo gezegd zo gedaan. De eenden zelf scharrelden ergens in het struikgewas. Maar niet voor lang. Ik stond nog even met Willy en Eva te praten en achter ons hoorden we gezellig gespetter. Het drietal , Thomas en zijn twee witte dames, was genoeglijk aan het knagen geslagen. Dat is snel!

Planten voor rupsen

Als je vlinders in de tuin wilt, dan is het goed om naast vlinderplanten ook planten voor rupsen neer te zetten. Hier een link naar een pagina van de vlinderstichting met voorbeelden van rupsenplanten.
De Vlinderstichting | Planten voor rupsen

Welke hebben jullie al in de tuin staan?

Deze hebben wij:
Damastbloem, look zonder look , pinksterbloem
Judaspenning, aalbes
klimop, heide , hulst, kattestaart, vlinderstruik
diverse distelsoorten (grote en kleine kaardebol, kogeldistel), kaasjeskruid.
En Vooral brandnetels!

Van de meest rupsvriendelijke planten in de link van de vlinderstichting hebben we eigenlijk alleen de vuilboom (wegedoorn) niet in de tuin. Dat is een belangrijke waardplant voor citroenvlinders. Er moeten hier wel ergens vuilbomen in de buurt staan, want we zien vaak citroentjes in de tuin.

Halve oogst

Een leuke vruchtdragende plant, de japanse wijnbes. Maakt elk jaar nieuwe uitlopers tot bijna drie meter lang. Rode takken met veel stekels en haartjes en felgroene bladeren die er mooi tegen afsteken. De onderkant van het blad is lichtgrijs tot wit. Trossen met vruchtjes vormen zich het tweede jaar aan de takken. Heel decoratief als de vruchten nog in hun ride, harige omhulsel zitten. Pas als de vruchten bijna rijp zijn worden ze zichtbaar (de bescherming van het omhulsel zorgt er voor dat er geen insecten/ larfjes in de vruchten komen, zoals bij (zomer) frambozen vaak het geval is. De vruchten kleuren van licht rood, naar hel rood naar diep donker rood, en worden steeds een beetje zoeter. Niet zo zoet als frambozen, erg mooi van kleur. Ze zijn niet allemaal tegelijk rijp. Vandaag plukte ik de eerste lading (nu in zakje in diepvries, basis voor toekomstige jam). Als ze net geplukt zijn blijft het minnewerkje als een oranje puntje aan de struik zitten. Over een paar dagen volgt de rest (minus een paar vruchtjes die elke keer als ik er langs loop worden opgegeten).


De Japanse wijnbes (Rubus phoenicolasius) is een plant uit de rozenfamilie, net als de gewone braam (R. fruticosus) en de framboos (R. idaeus). De Japanse wijnbes komt van nature voor in Japan (duhh), Korea en China. In Europa en Noord Amerika geïntroduceerd als fruitdragende heester. De plant is uit tuinen ontsnapt en komt nu op verschillende plaatsen in de natuur voor. In sommige staten van de US is de plant zelfs verboden, is daar een invasieve exoot geworden, die met zijn sterke groeikracht alles overwoekert.

Net als bij een braam kan een lange stengel die zich naar de grond buigt daar wortel schieten. Voordeel: jaar er na heb je een nieuwe plant. Nadeel (als je dit onbeheerst door laat gaan): alles wordt overgroeid.

Hortensia – trio

Ze staan er weer mooi bij, de hortensia’s, bij ons in de tuin, maar ook op heel veel andere plaatsen. Ook mooi als het er niet een (1) is, maar een heel stel verschillende bij elkaar. Zoals bijvoorbeeld in de hortensiatuin van Hortus Haren. Vanmiddag even heen gewandeld om te kijken of de blauwe hortensia’s nu ook uit zijn. Anderhalve week geleden waren we er ook, toen nog net niet helemaal in bloei. Nu wel. Mooi!

Alle drie zijn het macrophylla’s, de meest voorkomende soort, die bestaat uit twee groepen. De hortensia-groep en de lacecap-groep. De boerenhortensia, met de bolvormige bloemschermen, hoort bij de hortensia’s, met meestal steriele bloempjes met 3-5 kelkblaadjes. De lacecap groep heeft schermbloemen, met een plat of koepelvormig scherm van kleine fertiele bloempjes met daaromheen een aantal steriele randbloemen. Bij beide soorten kan de kleur van roze naar blauwig veranderen, afhankelijk van de grondsoort. Hydrangea macrophylla struiken zijn bijna altijd tussen de een en twee meter hoog, een enkele keer is er een variëteit die lager blijft.

Vlindertelling

Deze hele maand juli kon je meedoen met de (nationale) vlindertelling, van 3-25 juli. Hoeveel vlinders van welke soort zie je in je tuin. Je kon zo vaak mee doen als je wilde. Handig dat het hele maand was, eerder was het wel eens een weekend en met een beetje pech en slecht weer zag je dan nauwelijks wat. Want dat is natuurlijk het leukste, als je verschillende soorten ziet die je kunt doorgeven. Met de telling van de hele maand, was de vraag om ook door te geven als je geen vlinders telde, of heel weinig, in de tuin vond. Tja, dat was regelmatig zo, zeker aan het begin van de maand, maar die heb ik uiteindelijk niet doorgegeven….

Heel veel vlinders hebben we niet geteld, wel een aantal soorten, maar niet veel exemplaren van dezelfde soort. Heel anders was dat afgelopen vrijdag, toen we een wandeling maakten rond Roderwolde, het Leekstermeergebied. Veel rietlanden, ruige graslanden, afgewisseld met weilanden en boomrijen. Op veel plekken stond de moerasspirea (net als in onze tuin) uitbundig te bloeien. En langs diverse sloten ook een gele rand van het jacobskruiskruid. Her en der met de geelzwarte rupsen van de jacobsvlinder. En bij een paar afzonderlijke exemplaren -die enige tientallen meters uit elkaar stonden- een beetje op de oeverhelling van de brede sloot (in de beschutting) zagen we oranje zandoogjes. Op een plant vijf stuks en toen zagen we deze….

Varen – kwartet

Als je op bezoek gaat bij een vader die een zoon heeft die varens kweekt, dan ben je niet verbaast dat er veel verschillende varens in de tuin staan. Op precies de plekken waar ze het goed doen.

Deze week was ik weer een keertje op bezoek bij Wim, inmiddels op leeftijd (93!) en niet meer zo goed ter been. Hij was eerder op de dag met de scootmobiel naar de winkel geweest voor muffins bij de thee. Genoeglijk bezoek, op het (overdekte) terras, met uitzicht over de tuin. En natuurlijk nog even een rondje door de tuin.

Kwakende insecten?

We zaten op het terras en hoorden een gek geluid.
Het leek wel op eenden die in de verte kwaakten.
Toch klonk het dichterbij.
In de vijver dan?

Eddy ging op onderzoek uit, en kwam tot de conclusie dat het geluid van heel dichtbij kwam. Vanuit de insectenhotels die op twee meter van het terras hangen. Toen we van dichtbij gingen kijken, zagen we dat de afgelopen periode de nodige gangetjes waren dichtgemetseld. Het geluid kwam uit het zeshoekige kastje, in het andere kastje waren veel gangetjes ‘groen’ dichtgemetseld. De eerste foto’s en het geluidfragment zijn van 20 juli . Wel geluid, geen beweging te zien.

Zouden de metselbijtjes kwaken vlak voor ze uitkomen? In een bijenkast met honingbijen is dat namelijk wel zo. Als er een nieuwe koningin op het punt staat om uit te komen wordt er gekwaakt (en getuut trouwens).

Een paar dagen later (23 juli) hoorden we het kwaken weer. Toen ik nogmaals ging kijken zag ik dat de meeste groen-gemetselde gangetjes weer open waren. Of de metselbijtjes zijn uitgekomen? Dat zullen we nooit weten.
Kan ook zijn dat de koolmeesjes de gangetjes opengepeuterd hebben. En ook de wesp met de lange legboor die over het kastje liep beloofde niet veel goeds.