Vliegende aardappels

Zaterdag nog bezig geweest met voorbereidingen voor openstelling tuin op zondag. Ga je nog een tuin bezoeken?, vroeg Jitske. Ja, appte ik, In ieder geval 1, de tuin van Mieke, en als er nog tijd is een tweede.
Ik ben al heel wat keren in Mieke’s tuin geweest en in deze tijd van het jaar is die heeel mooi. We werden niet teleurgesteld: weer onder de indruk van het spektakel van veel floxen. 

Ook nu weer keurig verzorgde instructies door de kleinkinderen (op de foto Iris en Derk) én een opdracht : tel het aantal vliegende aardappels. Wij kwamen tot 10 ( een van de 10 was al ‘geland’ op een landingsbaan) en dat bleek goed te zijn.

De ‘net niet kaalgevreten‘ buxuswolk, zoals Mieke het omschreef in haar korte tuinbeschrijving, zat nog behoorlijk in het blad. Vergelijk foto 6 met de foto in het vlogje van 2016.

De tweede tuin kwam er niet meer van, volgend jaar weer.

Welke hommel is dit?

Die vraag kreeg ik via Jitske binnen van Sjoerdtje. Met deze mooie foto van de hommel op een zonnehoed. Uhhm, een gewone sachembij?, opperde ik. En toen ik een paar dagen later een andere hommel aan het opzoeken was, dacht ik: welnee, het is de akkerhommel. Bij de beschrijving van de hommel (toevallig een Belgische website) stond ook een app genoemd: ObsIdentify. Zoiets als de app PlantNet waar mee je vanaf een foto een plant kunt identificeren, maar dan ook voor beestjes. Je kunt een bestaande foto gebruiken of ter plekke een foto maken in de app. Meteen ObsIdentify gedownload en uitgeprobeerd op deze foto.
Driemaal is scheepsrecht. De app zegt dat het een veldhommel is (93% zekerheid.) Daar ga ik nu maar van uit.

Voor de gein heb ik de foto groot uitvergroot op het bureaublad van mijn computer gezet en met de app ObsIdentify ook een foto gemaakt van het kleine insect linksonder op de foto. Nu weet ik ook wat dat is. Geen wesp maar een vliegje, een wenkvliegje: Sepsis fulgens. Het weekvliegje wordt ook wel wappervliegje genoemd, zit vaak met de vleugels uitgespreid op een plant, en beweegt zijn vleugels continu. Daar ga ik op letten!

Stuur je foto van leuke combi op?

Soms kom je in je eigen tuin, of in tuin van een ander of zomaar in een park een leuke combinatie van planten tegen: in kleur of vorm. Zo’n combinatie waarbij je dan denkt: Da’s leuk. Kan ook in onze tuin.

Toen ik vorige week in de hortus liep had ik dat met deze combinatie. Op de voorgrond een flinke partij geelbloeiende coreopsis en daarachter een strook met kogeldistels. Simpel en voor mij opvallend door de omvang van de groep. Niet voorzichtig met een klein groepje, maar gewoon een forse groep. Daarmee komen de contrasterende kleuren blauw en geel nog beter tot hun recht. Da’s leuk. Kan ook in onze tuin.

Heb je zelf een leuke combinatie gezien, stuur dan je foto naar me toe met een korte toelichting waarom je de combi bijzonder vindt en waar/wanneer de foto is genomen. Van de verschillende inzendingen kan ik dan een nieuwe blog maken. Onder het kopje ‘weekmail’ vind je de link met mijn mailadres.

Waterbuffet voor Thomas

Vorige week een enorme berg waterplanten uit de vijver gehaald, en zoals elk jaar een paar dagen laten uitdruipen op het bruggetje over de vijver. ” Als je nog wat waterplanten over hebt”, vroeg Willy, ” dan wil ik nog wel wat voor in de eendenvijver.” Willy heeft drie indische loopeenden in de tuin die overdag vrij rondscharrelen en over en nergens slakken tussen de planten uitvissen en opeten. Maar ze zijn vooral ook erg dol op waterstplanten. De vijver werd compleet leeggegeten. Dus Wiily heeft een deel van de vijver afgeschermd zodat er daar planten kunnen groeien, in het andere deel zwemmen de eenden. Helemaal kaal en leeg, aan de rand nog een bos irisblad. En zelfs dat stugge, stevige blad begint nu ook te prooi te vallen aan de eenden.

Ik schepte een deel van de waterplanten op het bruggetje in een hele grote emmer, en die bracht ik met de fietskar naar Willy. ” Mik alles maar in de vijver”, zei Willy vanaf het terras waar ze met kleindochter Eva zat. Zo gezegd zo gedaan. De eenden zelf scharrelden ergens in het struikgewas. Maar niet voor lang. Ik stond nog even met Willy en Eva te praten en achter ons hoorden we gezellig gespetter. Het drietal , Thomas en zijn twee witte dames, was genoeglijk aan het knagen geslagen. Dat is snel!

Hortensia – trio

Ze staan er weer mooi bij, de hortensia’s, bij ons in de tuin, maar ook op heel veel andere plaatsen. Ook mooi als het er niet een (1) is, maar een heel stel verschillende bij elkaar. Zoals bijvoorbeeld in de hortensiatuin van Hortus Haren. Vanmiddag even heen gewandeld om te kijken of de blauwe hortensia’s nu ook uit zijn. Anderhalve week geleden waren we er ook, toen nog net niet helemaal in bloei. Nu wel. Mooi!

Alle drie zijn het macrophylla’s, de meest voorkomende soort, die bestaat uit twee groepen. De hortensia-groep en de lacecap-groep. De boerenhortensia, met de bolvormige bloemschermen, hoort bij de hortensia’s, met meestal steriele bloempjes met 3-5 kelkblaadjes. De lacecap groep heeft schermbloemen, met een plat of koepelvormig scherm van kleine fertiele bloempjes met daaromheen een aantal steriele randbloemen. Bij beide soorten kan de kleur van roze naar blauwig veranderen, afhankelijk van de grondsoort. Hydrangea macrophylla struiken zijn bijna altijd tussen de een en twee meter hoog, een enkele keer is er een variëteit die lager blijft.

Vlindertelling

Deze hele maand juli kon je meedoen met de (nationale) vlindertelling, van 3-25 juli. Hoeveel vlinders van welke soort zie je in je tuin. Je kon zo vaak mee doen als je wilde. Handig dat het hele maand was, eerder was het wel eens een weekend en met een beetje pech en slecht weer zag je dan nauwelijks wat. Want dat is natuurlijk het leukste, als je verschillende soorten ziet die je kunt doorgeven. Met de telling van de hele maand, was de vraag om ook door te geven als je geen vlinders telde, of heel weinig, in de tuin vond. Tja, dat was regelmatig zo, zeker aan het begin van de maand, maar die heb ik uiteindelijk niet doorgegeven….

Heel veel vlinders hebben we niet geteld, wel een aantal soorten, maar niet veel exemplaren van dezelfde soort. Heel anders was dat afgelopen vrijdag, toen we een wandeling maakten rond Roderwolde, het Leekstermeergebied. Veel rietlanden, ruige graslanden, afgewisseld met weilanden en boomrijen. Op veel plekken stond de moerasspirea (net als in onze tuin) uitbundig te bloeien. En langs diverse sloten ook een gele rand van het jacobskruiskruid. Her en der met de geelzwarte rupsen van de jacobsvlinder. En bij een paar afzonderlijke exemplaren -die enige tientallen meters uit elkaar stonden- een beetje op de oeverhelling van de brede sloot (in de beschutting) zagen we oranje zandoogjes. Op een plant vijf stuks en toen zagen we deze….

Varen – kwartet

Als je op bezoek gaat bij een vader die een zoon heeft die varens kweekt, dan ben je niet verbaast dat er veel verschillende varens in de tuin staan. Op precies de plekken waar ze het goed doen.

Deze week was ik weer een keertje op bezoek bij Wim, inmiddels op leeftijd (93!) en niet meer zo goed ter been. Hij was eerder op de dag met de scootmobiel naar de winkel geweest voor muffins bij de thee. Genoeglijk bezoek, op het (overdekte) terras, met uitzicht over de tuin. En natuurlijk nog even een rondje door de tuin.

Exotisch

Gister palmen, Yucca’s op stam, een boomvaren, dikke olijfbomen, grootbloemige magnolia’s en nog meer exotische planten en bomen gezien.

Op vakantie? Nee.
In tropische kas van de Hortus? Nee
Waar dan wel?

In de tuin van een enthousiasteling in het naburige dorp. Ronald heet ie. Hij had een tijdje terug meegewerkt aan nieuw terrasje in tuin van tuinvriendin Jitske. En tijdens de koffie vertelde hij aan haar honderduit over de vele exotische planten en bomen die hij verzamelde, maar ook verkocht. Ik kom wel een keer kijken, zei Jitske, met mijn tuinvriendin Tineke.

Dat hebben we zaterdag middag gedaan. Ronald was niet thuis. Zijn moeder wel. Zij liet ons zien wat er zoals in de tuin stond. Begonnen als een enkel palmpje, onverkoopbare exemplaren van de kwekerij waar Ronald werkte. Hij nam ze mee naar huis en bracht ze weer aan de groei. Inmiddels is de hele tuin overgenomen. Je waant je in de tropen als je hier ind e schaduw van de palmen loopt.

Ronald heeft ook een facebookpagina, waar je meer informatie vind over de verschillende soorten: Bomen & zo in Onnen. De fotogenieke blauwgroene yucca, begint als een lage plant, maar krijgt een steeds hogere stam. Staat gewoon in de volle grond. Wel op plekken die wat beschut zijn door huis en schuur er om heen.
Het is de yucca rostrata uit het noord oosten van Mexico en het westen van Texas. Tip van Ronald: de Yucca is winterhard tot – 20, geef hem een paraplu in de winter. Benieuwd hoe de tuin er dan in de winter uitziet 🙂