Op dit moment staat in veel tuinen de vrouwenmantel uitbundig te bloeien met geelgroene bloemen. Een veel minder opvallend familielid is de alpenvrouwenmantel.
Een echte bodembedekker, en een stuk kleiner, 10-20 cm hoog. Ook hier zijn de bloemen geel-groen, maar wat minder opvallend dan die van de gewone vrouwenmantel. De onderkant van de bladeren en de brede liggende stengels zijn zilverachtig behaard, en als je van boven op het blad kijkt zie je de diep ingesneden blaadjes (dat is andere van bij de A. vulgaris) en een fijn zilver randje. In het Duits het deze vrouwenmantel ook wel Alpensilbermantel.
De alpenvrouwenmantel is zeer winterhard. Niet zo gek als je weet dat de natuurlijke habitat het midden en hooggebergte is, met ook populaties in Groenland. De bloeiperiode is mei – juni.
Een klein polletje dat zich tussen de stenen van het pad had uitgezaaid vanmiddag aan een open-tuin-bezoekster uit Yde meegegeven. Zij heeft een niet al te grote tuin, en kon zo’n klein blijvend, langzaamgroeiend plantje wel huisvesten.