Normandië : Jardin Agapante

Na een stadsbezoek aan Rouen, waar we de kathedraal bekeken, en op ons gemak lunch genoten (klein Portugees tentje), op weg naar de ‘middag-tuin’: Jardin Agapante, van landschapsarchitect Alexandre Thomas. Na een Korte introductie van Alexandre gingen we dwalen door de tuin. Echt dwalen, want al was er een soort route uitgezet met driehoekje in het zand, er waren zoveel paadjes en doorsteekjes, dat we verschillende keren ergen uitkwamen waar we geweest waren. Als een soort roevierbnedding zijn er tonnen (rivier) zand gestort waar alles in geplant is. De tuin is niet ‘rolstoel’ vriendelijk, met de zandpaden, en allerlei soorten stapstenen en hobbels. Wel avontuurlijk. Ornamenten (deels antiek) is hoeken en gaten. De landschapsarchitect gebruikt de tuin om te experimenteren -met vooral wat hij zelf mooi vindt- en om potentieel opdrachtgevers voorbeelden te laten zien van wat hij ontwerp. Veel groen, veel gigantische bladeren, palmen, struiken. Paadjes, bankjes, vijver en stroompje, fonteinen, pittoreske stoeltjes.

Lavendel en vlinders

En dan opeens, midden in de jungle, ….. ruik je de bloemengeur van lavendel en stapt een klein zonnig paradijsje in: een lavendeltuin, met een aantal zuilen, een bankje, en ontelbaar veel vlinders. Helemaal omsloten door hoge heggen, dus van de meeste kanten onttrokken aan het zicht. Om stil van te worden. De alliums zijn uitgebloeid, maar geven mooie structuur. En zoveel vlinders, ik kon me ogen bijna niet geloven. Tientallen witjes, al die witte stipjes op de foto, maar ook heel veel kolibrivlinders. Zie het filmpje hieronder.

500 lampen

Overal in de tuin is verlichting aangebracht, en een avondwandeling bij het donker worden is vast ook heel bijzonder. Via de link zie je een film van bijna een kwartier over de tuin, het geslalom, maar ook de verlichte tuin in d avond. Heel bijzonder. En ik zie dat we toch nog wat stukjes gemist hebben.

Ook deze tuin heeft een nieuwe tuindeel, aan de overkant van een weggetje. Veel bomen, rondom een groot oud huis. Minder ‘druk’ dan de jungle van het eerste deel, ook overwegend groen.

Alexandre Thomas heeft een boel geld te besteden. Bij de aanleg van de tuin plaatste hij veel volwassen bomen, uit Italie en zelfs uit China. Sommigen van 80 jaar oud. Ook deze tuin heeft een nieuwe tuindeel, aan de overkant van een weggetje. Veel bomen, rondom een groot oud huis. Minder ‘druk’ dan de jungle van het eerste deel, ook overwegend groen.

Normandië: Jardins de Valériane

We bezochten de tuin van Maryline en Michel Tissait bij Buchi. Een tuin in twee delen. Het oude deel is vooral van Maryline en is aangelegd in Engelse stijl. Brede slingerende graspaden omzoomd door volle borders, doorkijkjes, tuinhuisje. Een stukje Engeland in het hart van Normandië . Aan de overkant van het kleine weggetje, de nieuwe tuin. Hier heeft Michel zijn passie voor Aziatische tuinen de ruimte gegeven, veel groen en struiken, veel bomen met fraai stammen en bast. Water en bruggetjes. Schaduw en lichtspel en bamboe. Veel hortensia’s in bloei, ook in dit tuindeel. Rustgevend groen, een oase van rust. Bijna niet voor te stellen dat direct achter de heg rondom de tuin de landbouwgronden van de buren liggen, in dit geval een maisveld.

Normandië : Jardin de Plumes

In de middag van 4 juli bezoeken we Le Jardin Plume, de verentuin. Het is een privé tuin van Patrick en Sylvie Quibel. Zij kochten in 1996 een huis met een boomgaard en hebben deze omgetoverd tot een hedendaagse tuin. Met rechte lijnen gevormd door de fruitbomen, met spiegelvijvers (zonder waterplanten), die de Normandische lucht weerspiegelen, met heggen, met vierkanten van wilde bloemen in hoog gras. De graspaden worden 2 x per week gemaaid, aldus Sylvie, en de vierkanten met wilde bloemen 1 x per jaar. Na bijna 30 jaar heeft dit geleid tot veel wilde bloemen in de vierkanten. In een ander tuindeel een flink blok met lavendel. Een wolk van vlinders, en de eerste kolibrivlinders van de reis gezien, er zouden er nog vele volgen. In het Frans heet de kolibrie vlinder de papillon sphinx, weet ik nu.

Rechts Sylvie Quibel, links een van de deelnemers die als vertaler optrad.

Uitgangspunten bij de aanleg van deze tuin waren het weidse uitzicht vanaf het huis en de wind die altijd aanwezig is in dit deel van Frankrijk. De Quibels maken veel gebruik van grassen, lagere grassen in verschillende delen van de tuin. Hogere grassen en andere hoog opgroeiende smalle planten met kleine, fijne bloemen in een tuindeel dat geheel omsloten is door een dichte haag, tegen de wind: dit is de echte verentuin. Relatief nieuw is het platform, waar je met een trap op kan komen en een fraai uitzicht hebt over de hele tuin en haar structuur. Veel kleur, in dit seizoen geel, rood, oranje zagen we in een brede border vlak bij het huis.

En dan is er nog de kwekerij, waar veel van de planten die in de tuin gebruikt zijn, te koop zijn. De anderhalf uur die we in deze tuin hadden, had best wel twee uur kunnen zijn. Zoveel te zien hier. Echt prachtig. Misschien wel de mooiste tuin van de reis.

Normandië : Jardin Claude Monet

Vanuit ons hotel in Saint Valery en Caux was het een flink stuk rijden naar Giverny, naar de tuin en het huis van Claude Monet. ‘Dat moet je gezien hebben’. De tuin, de waterlelievijver, het beroemde bruggetje, het huis van de familie Monet.


Tja, wat zou ik er van zeggen. We waren niet alleen. Als je de tuin met een paar mensen zou delen, vast erg mooi. Maar met vele bussen tegelijk…. dat is echt te veel. Veel van de kleine paadjes waren afgesloten, vroeger kon je daar nog doorheen lopen. Voordeel is dan weer dat je foto’s kunt maken zonder dat er overal mensen lopen. Aan een deel van de foto’s is de mensenmassa niet te zien. We kregen de tip om meteen/ eerst naar de waterlelie tuin te gaan. Als ik een advies mag geven: doe dat niet. Tussen half 10 en 10 komen er vele bussen, die allemaal denken dat het handig is om vroeg te zijn. Maar – in ieder geval de dag dat wij er waren – was het veel handiger om eerst de andere kant van de tuin (via het tunneltje onder de weg door) te bekijken, en dan pas tegen half 12 naar de waterlelievijver te gaan. Een enorme winkel, met veel Monet- memorabilia. In het vroegere atelier van Monet, veel licht en veel ruimte voor zijn soms grote schilderijen. Wat tegenvallende toiletfaciliteiten (nog geen handvol toiletten voor 500.000 mensen per jaar is wel karig ).Het huis hebben we niet meer bekeken – was immers een tuinenreis – en nog wat tijd in het dorpje doorgebracht. Pas bij het weggaan zagen we het Monet museum (schilderijen), maar ook mooie tuinen daarbij. Da’s een idee voor als ik ooit weer eens in Giverny kom.

Kaart van de tuin

Normandië: Les Jardins de Maizicourt

Hoogtepunten van Normandie is de naam van deze korte tuinenreis. 4 dagen op pad, met 44 tuinenliefhebsters, 1 tuinenliefhebber, 1 touring car en met ervaren chauffeur Marcel. Dit is de derde tuinenreis die ik maak met Jitske, na 2 x Engeland nu Frankrijk.

Door wat vertraging rond Antwerpen sloegen we het korte stadsbezoek aan Lille over en reden meteen naar de eerste tuin van deze reis, de parkachtige tuinen van Maizicourt, rond een klein kasteeltje/ landhuis uit de 18e eeuw. Ooit was dit een formele Franse tuin, 8 hectare groot, die in de loop van de 19e eeuw in verval raakte. De huidige eigenaar Catherine Guévenoux kocht het terrein in 1989 en herontwierp de tuinen. De eerste stap was de wildgroei aan bramen en brandnetels verwijderen om de oorspronkelijke vormen van de tuinen terug te vinden. De structuur van heggen van beuk, hulst en buxus zijn weer in oude staat gebracht en laten de symmetrische structuur van welleer zien. De structuur wordt verzacht door allerlei planten, met verschillende thema’s voor verschillende delen van de tuin.
Het assortiment aan planten is bewust beperkt gehouden. Niet veel soorten, maar wel in grote aantallen. Het groot visueel effect groot is. Phloxen en geraniums. Rozen, astilbe en daglelies. Hosta’s en heel veel hortensia’s. Hier zichtlijnen en daar weer doorkijkjes. Je krijgt steeds een glimp van een andere tuindeel.

We parkeerden de bus op het kerkplein van Maizicourt, een klein stukje lopen van de tuin. Opvallend dat de hele route prachtig beplant is, tot aan de wegberm toe. En – niet helemaal verrassend gezien het assortiment – dit is gedaan door de eigenaresse van het landgoed en de drie tuinlieden die in Maizicourt werken.

Hij bloeit!

Gebeurt niet vaak dat de krabbenscheer bloeit in onze vijver. Meestal blijven de rozetten on dergedokken, mooie groende sterren. Dit jaar, door laag water (droog) en erg volle vijver met de waterlelie en waterdrieblad die uitbundig groeiden, werd het wat drukker in de vijver en kwamen een aantal rozetten van de krabbenscheer boven het watervlak uit met een deel van de bladeren. Zouden ze gaan bloeien?

Ja!

Wel goed opletten, want de bloem van eergisteren, was gister al weer weg. Maar vandaag ook weer een bloem. Wat leuk. Nu de groene glazenmaker nog… Een zeldzame libel die op krabbenscheer vliegt.

Etappe 1 – heideblauwtje

We zijn bijna \rond met het Drenthepad, meeste etappes vorig jaar gelopen. De etappes wat verder van huis zijn nog over. Daar is het namelijk niet altijd even makkelijk om te komen met openbaar vervoer (in het weekend vooral). Nu nog drie etappes te gaan. Gister hebben we ‘etappe 1’ gelopen, van Ruinen naar Beilen. 22 km !
Vanuit Ruinen kwamen we al snel op het dwingelderveld, waar tot onze verrassing de hei al bloeide.

Huh?
Hei bloeit toch pas pas half augustus?
Klopt!


Half augustus bloeit de struikheide. Dan is er nog veel meer paars. Maar nu bloeit de dopheide al. Favoriete plant voor heideblauwtjes. Het was nogal winderig en niet zo zonnig, dus eerst zagen we niet zo veel vlinders. Maar tegen het eind van de wandeling, in de berm van een paadje, beschut door bomen, dus weinig wind…. opeens fladderden daar een hele partij blauwtjes! Op de dophei natuurlijk. Leuk verhaal van heideblauwtjes: ze worden geholpen door mieren, die de rupsjes meenemen naar het mierennest, daar zijn ze veilig. Als dank geven de rupsjes een zoete stof af die de mieren weer lekker vinden. Wederzijds voordeel dus: mutualisme, heet dat,

De foto’s zijn niet helemaal scherp, maar toch duidelijk te herkennen.

Waterleliebloem

Vorige week zondag, toen het zo heet was, ruim een uur in de vijver gestaan (met oude wandelbroek in sokken, sokken in oude gympies, het water in. Helemaal niet koud. Wel voorzichtig, want op de bodem van de vijver ligt een flinke laag blubber. Uiteindelijk vier grote emmers met waterplanten verwijderd, waaronder flink wat waterlelie bladeren. Nog niet aan toe gekomen om ook de wortelstokken met het klaargelegde broodmes door te snijden. Een volgende keer.

Een paar uitgebloeide waterlelie knoppen verwijderd, maar ook nog een knop van een bloem die nog niet gebied had. Die heeft afgelopen week in een glaasje op ons terras gestaan. Op dag twee open, op dag vier beetje verlepte gele draadjes, op dag zes sloot de bloem zich weer, en vandaag op dag zeven op de composthoop gegooid.

Mooi om van zo dichtbij te kijken, allerlei zweefvliegjes en kleine wilde bijtjes deden zich tegoed aan het stuifmeel. Een kunstwerkje, zo’n bloem. En de kleuren van een spiegelei.

Miniminimini

Van de week kwam Eddy aanlopen uit de tuin. Kijk es, zei ie, terwijl hij voorzichtig zijn op elkaar gesloten handen opende: daar zat een minuscuul kikkertje. Voorzichtig neergezet op de grond en snel telefoon gehaald om een foto te maken. Kijk nou toch.

En om een beeld te hebben hoe klein deze bruine kikker is….
… op de foto hieronder zie je de nagel van mijn pink erbij.
Is het klein, of is het mini?