Deze oudroze klokjes zijn de bloemen van een vetplant. Kalanchoe daigremontiana, groeit van nature in Madagaskar. Hier in Nederland kom je hem tegen als kamerplant, en ik denk dat vrijwel iedereen er wel eens een exemplaar van heeft gehad.
Deze kalanchoe is namelijk super makkelijk te vermeerderen. Het is een zogenaamde ‘broedplant’. Dat betekent dat er miniplantjes groeien aan de randen van de bladeren van de plant. Met worteltjes en al. Het het minste tikje tegen de plant is genoeg om de miniplantjes eraf te laten vallen. Waar ze op kale grond vallen, in eigen bloempot, of naburige bloempot, beginnen ze gewoon een nieuwe plant te maken. Net als andere kalanchoes is het een korte dag plant, de bloei begint als de dagen op hun kortst zijn. Als het tenminste niet te warm is, in je woonkamer bijvoorbeeld. Dan meestal geen bloei. Dit exemplaar kreeg ik van Hilde, een centimeter of 20 hoog. Keurig kleine plantjes langs de bladranden. Hij staat bij ons in de bijkeuken, daar is het vrij koel. Een paar weken geleden, zag ik uit mijn ooghoek opeens iets geks, een lange bloemstengel kwam uit de kalanchoe omhoog. In nog geen twee weken bijna een halve meter hoog. En die klokjes nu dus. Al wekenlang.
Weetjes
– Engelse namen: devil’s backbone, mother of thousands, alligator plant, Mexican hat plant
– alle plantdelen giftig, bevatten een stof daigremontianine. Wordt van oudsher in bepaalde medicijnen gebruikt.
– chemische formule van het stofje