De laatste stralen van de zon piepen door de bomen.
Lauwwarm is het nog, de resten van de zomerdag.
Onvermoeibaar zingt de roodborst.
De merels lijken met hun laatste nest succes te hebben.
Goed verscholen tussen de steeds dikker worden druiventrossen.
Bovenop de pergola.
Een geurende vlaag van de abessijnse gladiolen waait over het terras.
Het wordt stiller.
De zomeravond valt.