Op de drempel van wintertijd de najaarsplantenruil. Bijna voor het eerst na de lange warme droge zomer: koud en buiig nat.
- Tijdens de eerste bui vanochtend: binnen in de serre een paar zakjes zaden gemaakt, oranje cosmea hoog, 120 cm, en donkere tagetes 60 cm. Ook een bakje met broedbolletjes van de Abessijnse gladiool meegenomen.
- Na eerste bui de emmer met waterplanten klaargezet om mee te nemen. Fietskar klaargezet. Zakjes met wortelstokjes blauwe bosanemoon, en paar crocosmia knollen erbij gezet. Paar glanzende ooievaarsbekjes tussen de tegels uitgetrokken. Naar binnen gerend.
- Tijdens de volgende bui: mooi tijd om binnen cappuccino te drinken.
- Regenbroek aan, bergschoenen aan, jas aan , kar aan de fiets en op naar Groningen, naar Michiel, hovenier.
- Voornemen: niet meer meenemen dan botanische. tulpjes , asters, en eventueel een bijzondere geranium.
En waar ben ik mee terug gekomen?
Heel bescheiden.
Een paar bolletjes Vossedruif.
Paar piepkleine rozetjes zeer zeldzaam duizendguldenkruid (onder de appelboom neergezet).
Een kamerplant, zo’n soort miniagave, die ik vroeger toen ik nog bij mijn ouders woonde, ooit heb gehad.
Paar goudbloemzaadjes.
Ook 1 stengel heelkruid, maar die is tijdens de terugtocht blijkbaar uit mijn fietskar gewaaid …