Zaterdagochtend bij het weggooien van een keutel uit de kattenbak in de kliko zag de achtertuin er opeens gek uit. Of eigenlijk, het pad dat van de schuur naar de vijver loopt, via bruggetje over de vijver, naar achter, zag er gek uit. Het was een doodlopende weg geworden, de brug niet te zien.
De fluweelboom die achter de vijver staat was omgevallen, of ‘omgezegen’. Zat nog wel met kluit in grond, kletsnatte grond, maar lag vrijwel op zijn kant, over de vijver heen, richting brug. Meteen een mooie klus voor de zaterdagochtend. De boom opruimen. Wel eerst oude kleren aan trekken, het sap van de fluweelboom kan enorme vlekken in je kleren geven. En het plakt ook nog eens behoorlijk als het opdroogt. Dus snel je handen wassen (of handschoenen aan). Op de achterkant van mijn hand is 1 plek volledig opgedroogd. Nu anderhalve dag later zit de vlek er nog steeds, alsof het een soort lijm is. Slijt wel.
Het hout van de fluweelboom is vrij zacht, dus eerst met de takkenschaar de bladertakken er af. Wel jammer dat we net de mooie herfstkleur gemist hebben. In een goed jaar kan de fluweelboom echt prachtig oranje worden.
Afijn.
Balancerend op het muurtje van de vijverrand, de boom op een halve meter hoogte afgezaagd. Eddy zaagde het resterende geraamte in stukken. Ik stapelde alles op de houtwal. Die is inmiddels wel overvol.
En dat alles heel voorzichtig. Het houten bruggetje over de vijver was glibberglad, van de algen.