Allerlei beesten, niet in het minst slakken, zijn dol op paddenstoelen. Ook op giftige exemplaren zoals vliegenzwammen. Daarom zie je vaak paddestoelen waar al een of meerdere hapjes uit zijn genomen. Soms al terwijl de paddenstoel nog als een balletje uit de grond komt. Op bijgaande foto’s heeft de vliegenzwam de wedstrijd gewonnen.
Helemaal gaaf staat ie te pronken.
Op een klein gemeentegrasveldje in het centrum van het dorp. Het was om half 9 ’s ochtends, overal nog dauw met als resultaat een mooie glanzende rode hoed.
Als ik de groenteschillen naar de composthoop achter ind e tuin breng zie ik opeens knaloranje uit mijn ooghoek. Op een plek waar dat eerder nog niet zo was. Een van de twee eerder deze zomer gezaaide goudsbloemen in gaan bloeien. Wat laat denk ik, goudsbloemen bloeien immers vooral in de zomer. Mooi onderwerp voor een blogje.
Toch nog even opzoeken wat de hoofdbloeitijd is. En dan kom ik op de ene website tegen dan de bloeitijd van juni tot oktober is. Op een andere zelfs van mei tot november. Dus zo bijzonder is het niet.
Ik heb de zaden vrij laat gezaaid. Met als voordeel dat de plant nu bloeit, terwijl veel al over de bloei heen is. Met als nadeel dat er grote kans is dat er geen zaden meer afrijpen voor volgend jaar. Goudsbloem is eenjarig.
Ook kom ik het volgende tegen: De goudsbloem werd vroeger als weerprofeet gezien; als de bloemen s ochtends om 7 uur nog dicht waren, ging het die dag regenen. Hmm. Fabeltje?
Gister kwam buurvrouw Sieneke, tussen de buien door, aansjouwen met een enorme mand. Kadootje voor poesoppasdiensten. Een paar viooltjes bovenin. En onder de grond een verrassing in de vorm van bollen. Vijf lagen maar liefst: van onder naar boven: tulpen, narcissen, hyacinten, blauwe druifjes en crocussen.
Voorlopig de mand maar even op het overdekte terras gezet, om niet kletsnat te worden. Tegen de tijd dat in het vroege voorjaar de crocussen en druiven gaan bloeien kan de mand naar een mooi plekje naast de (zij)deur.
Eddy dacht dat ik het letterlijk meende, de titel van dit blogje. Ja logisch geen natte voeten in de winter, dat wil niemand. Ik las een stukje voor uit het oktobernummer van het tuintijdschrift Groei&Bloei. Daarin staat onder andere een artikel over salvia’s in de tuin van Wim Swinkels uit Helmond. Wim heeft zijn tuin vol staan met salvia’s: 10 tallen soorten, in allerlei kleuren. Volgens Wim zijn het makkelijke planten, die het in het (nieuwe) Nederlandse klimaat met droogte periode’s goed doet.
Voor de zekerheid dekt Wim de Salvia’s wel af in de winter met een mulchlaag. En hij had nog een leuke tip om natte voeten -voor de salvia’s – in de winter te voorkomen. Van de buurman krijgt hij elk najaar de uitgebloeide pluimhortensiabloemen, die hij dan rondom de salvia’s in de grond steekt. De salvia’s zijn dan beschermd tegen de ergste kou en het grondvocht kan goed verdampen. Leuke tip.
Ik heb geen salvia’s, af en toe eens geprobeerd, maar inderdaad meestal in de winter overleden. Last van natte voeten. Als ik nu eens in de voortuin – die op het op het zuiden ligt en van de zomer errug droog was – een of meer salvia’s zet, die ik dan omring met de bloemhoofden van de schapekophortensia’s…. Die heb ik al wel in de tuin. Kleurige bloei van begin juni tot diep in de herfst, belooft Wim.
In hetzelfde nummer staat een artikel van Modeste Herwig, over de bossalie, salvia nemerosa in verschillende varianten. bv salvia nemerosa ‘blauhugel’ (40-50 cm), samen met de hogere, ijlere donkerblauwe salvia nemerosa ‘caradona’ (60-80 cm). En als ik ze in het zonnige zuiden van de voortuin zet, overleven ze wellicht de slakken die eerdere salviapogingen in onze weelderige volle (slakvriendelijke) tuin weinig succesvol maakten. Zie bv. het stukje uit maart 2019. Drie salvia caradona aangeschaft. Ze waren weliswaar een beetje verfrummeld toen ik ze kreeg, maar zou moeten kunnen. Ik zette ze in de border vlak bij de vijver, in maart na de voorjaarsschoonmaak heel laag en open. Maar toen de vaste planten die daar al stonden begonnen uit te lopen, was het gedaan met de caradoa,s. Niet eens tot bloei gekomen, geheel opgeknaagd.
Het natte seizoen breekt weer een en na een aantal dagen veel regen is dat te merken. Zaterdag maakten we een wandelingetje langs het paterswoldse meer en langs de deze zomer nieuw aangelegde tuin van Hotel Meerwold aan het meer. Er is goed rekening gehouden met de droge zomers van de afgelopen twee jaar. Voor die periodes (of misschien wel om goed aan te slaan eerste seizoen) zijn er drainageslangen tussen de platen gelegd.
Met de nattigheid van nu is dat een beetje overbodig.
Vergeten een foto te maken van de andere (droge) delen van de tuin. Mooie najaarstuin in ieder geval, met asters, sedums, grassen.
Sedum ‘Herbstfreude’ heb ik al jaren in de tuin staan. Dankbare plant, makkelijk te vermeerderen en in bijna alle seizoenen mooi. Top is nu, nazomer, begin herfst. Mooi donkerrod, en al weken een feest voor bijen en vlinders. Op wat warmere dagen ruik je de honing (nectar) als je er vlak langs loopt. Dit voorjaar zette ik in de voortuin een aantal lage asters voor een flinke pol sedum. Aster ‘Lady in Blue’, speciaal voor vlinders en bijen ook. Nu staat de aster in volle bloei, is bijna even hoog als de sedum, en ze vormen samen een kleurige bol. Ik ben zeer tevreden met de combinatie, en wil die komend groeiseizoen op meer plekken laten terugkomen.
Woensdag ochtend stond ik in de keuken appeltjes in dunnen schijfjes te snijden. Om eens te roberen hoe het gaat om gedroogde appeltjes te maken. DE appels van onze Groninger Rode Kroon zijn zo droog, dat ze niet lekker zijn uit de hand. En er zijn er nu wel heel veel. I x hete bliksem gemaakt, een handvol appeltjes in de werkkamer: want-ze-ruiken-zo-lekker. En nu dus gedroogde appeltjes: ringetjes, op sateprikkers (en Chinese eetstokjes, in de over. Op 50 graden en ruim drie uur in de oven, dan goed laten afkoelen en in luchtdichte bus wel een jaar te bewaren. Waarschijnlijk toch niet lang genoeg (geduls is een schone zaak), en ik vertrouwde het niet helemaal, dus ik heb de bus met semi-gedroogde appels in de koelkast gezet. En doe nu elke ochtend een flinke portie in mijn kefir met muesli als ontbijt. Niks 1 jaar bewaren, flink dooreten zodat ze binnen een week of twee op zijn.
Het volgende project kan zijn : rozebottelgelei van de botteltjes van de egelantier. Een paar takken waren opzij over het tuinpad gewaaid en heb ik verwijderd. Takken in de kliko, en de botteltjes in een grote emmer. Of toch maar eerst stoofpeertjes maken? Vanmiddag waren we een stukje fietsen/ wandelen en toen we thuis kwamen stond er een stoffen tasje vol met stoofpeertjes op de terrasrafel. Die combinatie: stoffen tasje en stoofpeertjes, dat kan maar 1 persoon zijn: Hilde!
Zoek je nog een tuinklus voor de komende week, wat denk je ervan om een kleine vijver in de tuin te maken. Een flinke kuip kan al genoeg zijn, of een kuil graven en met folie bedekken. En als je wilt kun je bij ons een aantal waterplanten komen halen om er in te zetten. Ze staan al klaar (in Groningen).
Wij hebben de hele zomer een adhoc vijvertje in de tuin gehad, naast de twee vaste vijvers. Gewoon een grote emmer, waar ik tijdelijk een paar waterplanten in had geparkeerd, aan de rand van het pad. Dat waren een paar gele lissen. Later heb ik er allerlei andere ‘niet-waterplanten’ tijdelijk in gezet om nat te blijven. Die zijn inmiddels weer naar een andere plek verhuisd. Later in de zomer een stukje waterlelie stronk er in gezet en een paar delen wateraardbei. Ziet er heel natuurlijk uit, als je het knalblauwe plastic even vergeet. Hoewel dat voor het contrast wel weer mooi is. Als je zo’n kleine vijver hebt dan midden in de zomer wel een beetje in de gaten houden of ie niet opdroogt of te warm wordt. Regelmatig ook een kikker in de emmer aangetroffen, die via de planten ook weer makkelijk uit de emmer kon stappen.
Gister twee uur bezig geweest met een klein stukje in de tuin. Eerst om een pol molinia er uit te halen. Niet de goede tijd, ik weet het, maar ja , plant stond in de weg. En daarna begon ik een deel van de oranjebloeiende lage crocosmia weg te halen. Eigenlijk zou ik die wat vaker moeten uitdunnen, de knolletjes komen zo dicht op elkaar dat ze minder rijk bloeien. Dat denk ik tenminste. En uitdunnen heb ik hier al zeker 10 jaar niet gedaan. Wat is het resultaat: een klein stukje kale grond, waar ik wat blauwe druifjes (terug) gezet heb, een tuinpad dat weer zijn oorspronkelijke breedte heeft en een hele emmer vol met crocosmia knolletjes. Deels nog met een stuk groen er aan, dat sterft nog verder af. Een mooie tijd om de knolletjes te planten is maart -april, zo’n 7-8 centimeter diep. Een plek in volle zon of halfschaduw. In ieder geval niet kletsnat in de winter, dan kunnen de knolletjes verrotten. De plant komt oorspronkelijk uit Zuid-Afrika, dacht ik. Ik zal er een paar bewaren om op te potten, ook leuk in pot.
Laatst zag ik op Gardeners World een vrouw die een tuin had die bestond uit bijna 1500 planten in potten. Ze gaf aan dat het wel een beetje uit de hand gelopen was, maar ze was ‘erfelijk belast’. Haar moeder had vroeger een tuin met ongeveer 700 potten. De vrouw had bijna een dagtaak aan het water geven in de pottentuin. Want dat heb je met planten in potten. Ze hebben maar een beetje grond om van te leven, dus je zult ze steeds van water en voeding moeten voorzien.
Eerder dit jaar ging ik met Jitske op bezoek bij Sjoerdtje en kwam met een paar zaailingen van een witbloeiende kaardebol thuis. Die werden eerst opgepot, om later een moiie plekje in de zon te geven in de tuin. Twee van de drie staan nog in pot, hebben afgelopen zomer af en toe slap gehangen als ik ze op een hete dag geen water gaf, en zien er nu een beetje gelig (honger!) uit. Een van de drie heb ik in juli alvast in de volle grond gezet. Was bedoeld als risico-spreiding. Ik wist niet of de slakken er mee aan de haal zouden gaan. Mocht dat zo zijn, dan had ik nog twee reserve in pot staan. De kaardebol geeft duidelijk aan dat de volle grond veel beter is. Deze rozet is stevig, donkergroen en bijna een halve meter in doorsnee. Daar gaat volgend jaar een reusachtige kaardebol uit komen!