Een mooie wilde roos, met heerlijk geurende witte bloemen in de zomer en nu in de herfst een overvloed aan bijna kogelronde oranje botertje. Een prima heester voor ….. een grote en niet al te nette tuin. De groeikracht van deze roos is enorm en als je hem als kleine struik in toom wilt houden moet je verschillende keren per jaar de lange nieuwe groeischeuten afknippen. Of je laat ze wel groeien op een plek waar ze hun gang kunnen gaan. Over een schuur, of zoals bij ons… de boom in.
De veelbloemige roos komt oorspronkelijk uit China, Korea en Japan, maar komt al sinds de 19e eeuw in Europa voor. Wordt vaak gebruikt als onderstam voor andere rozen of om te kruisen met andere rozen.
We hadden nog een klein exemplaar in de tuin die ik jarenlang ‘klein’ heb proberen te houden, aan de rand van het grasveld. Dit jaar maar besloten die er helemaal uit te halen. Dan heb ik weer wat ruimte voor wat anders.
NB. Eef vertelde dat ze in het verleden de lange uitlopers had gebruikt om omvallende planten een beetje te ondersteunen in de loop van de zomer. Je kan er mooie boogjes van maken. Inderdaad mooie buigzame takken. Een probleempje: ze schieten heel makkelijk wortel. Eef is nu al een tijd een gevecht aan het voeren met de overal in de tuin gewortelde multiflora’s.
Zelf maak ik ‘boogjes’ van net afgeknipte en ontbladerde nog groene bamboestengels. Ook mooi buigzaam. Die heb ik nog nooit op ‘wortelen’ betrapt.
leuk Tineke, ik voel ‘m, maar ik hèb al zo’n wildeman…