Naar aanleiding van de oranje ballen van de nu bloeiende budleija globosa was ik van plan om een blogje te maken met bovenstaande titel. Rondje door de tuin gister om oranje kleuren in de tuin te fotograferen. Dit is ‘m geworden. De Globosa uiteindelijk ook nog een eigen blogje gegeven…
De euphorbia griffithii komt oorspronkelijk uit Bhutan, Tibet en zuidwest China. Maakt onder de grond lange uitlopers en komt dan een halve meter verderop weer boven. Kan gaan woekeren dus. Grappig aanhangseltje in het hart van de bloem, vind je niet? Dit is de euphorbia griffithii ‘Fireglow’.
Woensdag een tripje naar Amsterdam, met een overnachting in Vestingstad Naarden. En donderdag via Odijk, waar Mieke woont, weer naar Groningen.
Altijd leuk om te kijken wat er op andere plekken groeit en bloeit. En leeft.
Geveltuintjes en bloemetjesmarkt in Amsterdam. De koe-happy stone vonden we bij de munttoren.
In Naarden ontdekten we een ooievaarsnest op de schoorsteen van het Vestinghotel. Het bleek de grote schoorsteen te zijn van de kamer (rechtsboven) waar wij sliepen. ’s Ochtends telefoon op selfie stand zo ver mogelijk uit het raam gestoken voor een foto van dichtbij: wel nest, de ooievaar niet gezien vanuit deze hoek. We hadden hem (of haar) wel horen klepperen toen we wakker werden.
Ooievaarsnest, stukje vestingwallen en geveltuin
Via een iets langere treinreis dan gepland naar Odijk (geen treinen tussen Utrecht Overvecht en Utrecht Centraal), Koffie en lunch en bijpraten met mijn zus. De eerste pioenen bloeiden. Die doen het heel goed bij haar in de tuin.
Pioenen tegen de fuchsia muur in de achtertuin en uitbundig bloeiende nepeta in de bak in de voortuin.
Een klein exemplaar van een kardinaalsmuts in onze tuin zat vol met spinsel waarin tientallen rupsjes rondkropen. Grijs met zwarte stippen. Ah, dacht ik. Die herken ik. Al eerder zoiets gezien in de meidoornhaag (op kleine schaal). Het is natuurlijk de ‘kardinaalsmuts- stippel mot’! Hoe ziet die er uit, als mot? Nou zo.
Stippelmot.
De rups nog even door de Obsidentify-app gehaald. Meidoornstippelmot dacht de app, of de appelstippelmot, maar niet de kardinaalsmutsstippelmot. Hmm. welke zou het dan zijn? Op wikipedia staan verschillende stukjes over stippelmotten. En ook dat de meidoorn- , appel- , wilgen- , en kardinaalsmutsstippelmot alleen door nauwkeurig microscopisch onderzoek van de genitaliën uit elkaar gehouden kunnen worden. Dat is in vlindervorm.
Hoe zit het met het rupsenstadium? Kun je ze dan uit elkaar houden? Daar zijn de verschillende teksten niet helemaal eenduidig over. Ik neig naar de meidoornstippelmot, als ik wat plaatjes kijk. Weer vreemd is dat de kardinaalsmuts niet als waardplant voor de meidoornstippelmot wordt genoemd. En dat weet ik wel zeker: de inmiddels geheel kaalgegeten struik is een kardinaalsmuts. En de rupsjes zijn nu ook verdwenen (ergens verstopt om te verpoppen).
Sisyrinchium striatum is de wetenschappelijke naam. De Nederlandse naam is bieslelie of blauwogengras. Ik heb deze zachtgeel bloeiende veel gezien op tuinreizen in Engeland. Bij de laatste reis nam ik een stekje mee, maar die overleefde de eerste winter niet. Te nat?
Vorig jaar in een tuin hier in de buurt, stonden de planten wat verhoogd, een tuin waar allerlei (sub) tropische planten groeiden. De bieslelie zaaide zich daar prima uit. Nieuwe kans: stekje mee en nu in de tuin langs een tuinpad gezet (beetje warmte, en ook wat verhoogd en met fijn grid door de grond. Het blad is blauwachtig groen, langwerpig, beetje als irissen. Is ook van de familie iris-achtigen. Jitske, hij doet het! Vorige week zag ik een paar bloeistengels ontstaan, een beetje als een ’telescopische’ aanwijsstok in elkaar geschoven. En vandaag de eerste bloem. Waar de naam blauwogengras vandaan komt? Dat heb ik nog niet kunnen achterhalen.
Op de ene plek op internet staat dat ie goed winterhard is, op een andere dat je de plant bij strenge winters moet afdekken. Dat ie vochthoudende grond wil hebben, of juist s winters niet nat. Dat ie zich soms erg uitzaait… Bij een beschrijving op internet zie ik net staan dat de plant wintergroen is (klopt), van normale of vochtige bodem houdt (dus niet te droog), in zon – of halfschaduw kan staan en in neutrale of kalkrijke grond wil staan. Oei! Daar een beetje op letten: kalkrijk…. wij hebben zure veengrond.
Afgelopen maandag op de fiets naar Noordlaren, tuinbezoekje bij Eef. Al vaker bij haar in de tuin geweest, in verschillende seizoenen. De kaatste keer was het koud en mistig en motregen. Deze keer prima weer, kopje koffie in de tuin (met zonnebril op). En uiteraard een wandeling door de tuin: het achterdeel is inmiddels een stuk bos geworden, alleen door de omringende weilanden gescheiden van het Noordlaarderbos. En dat is te merken ook. Eef had een aantal maanden geleden steeds allemaal putjes in de graspaden, soms een wat groter gat. Ze leende een infrarood camera, en de gatengraver werd op beeld vastgelegd: het bleken dassen te zijn, die uit het bos komen en lekker in de grond graven naar slakken en wormen.
De tuin in
Pergola
De gedraaide brug
Eenbloemig parelgras
Vanaf het terras
Persicaria microc. “Silver Brown’
Zwarte roodstaart
Eef
Eef was bezig de schuren en bijgebouwen aan het opruimen. Daarbij kwam ze in de vensterbank, een hoge richel, een rommelig hoopje tegen. Dat bleek een nest van de zwarte roodstaart te zijn. Te donker om zo in het nest te kijken, maar met lichtje van de telefoon ging het wel. Zie de foto, ik tel er zes, maar misschien wel zeven. Duurt niet lang meer voor ze uitvliegen. een van de oudervogels stond ongeduldig hippend op de grond , te wachten totdat we weer bij het nest weg zouden gaan.
Voor de pergola groeit een flinke gebied met de zonnekroon, later in het jaar worden de planten met de zonnebloemachtige bloemen zo hoog dat je de dwarsbalk van de pergola helemaal niet meer ziet. Een paar jaar terug nam ik een flinke stek van de zonnekroon mee, de eerste twee jaar nioet erg goed aangeslagen, de slakken bleken ze te lusten. Maar dit jaar ziet het er goed uit. (Alhoewel, afgelopen week paar forse regenbuiken, dus slakkenvriendjes kunnen weer overal naar toe glijden…)
De brug: dat is een draaibrug geworden. Eef vertelt: met de vele regen vroeg in het jaar stond het water in de vijver ruim een halve meter hoger. De brug die oorspronkelijk dwars op de vijver lag, werd opgetild en draaide zich zelf 90 graden. Nu het water weer gezakt is ligt de brug in de lengte van de vijver, midden in het water. Meer een soort steiger.
Van het parelgras en de bijzondere persicaria nam ik een stukje mee, die staan inmiddels bij ons in de tuin. De persicaria wordt 90 cm hoog, groeit breed uit en bloeit van augustus tot oktober, net als twee andere perscaria’s microcephala die we al in de tuin hebben. Wit , dacht ik.
In de grote vijver ion onze tuin zijn de meeste bruine kikkers al weer vertrokken. In de kleine vijver vinden ze het blijkbaar gezellig en blijven er een heel stel, vaak de hele zomer in rond hangen. Heel veel kikkerkopjes boven het groen. Hoeveel tellen jullie er op de foto hierboven?
Samen de wereld wat mooier maken. Deze uitnodiging kreeg ik toegestuurd door Michiel. Michiel is hovenier en ik ken hem van de Wilde Planten Tuin Kring – Haren (nu IVN werkgroep).
Op zondagmiddag 5 juni organiseert hij een plantjes markt. Woon je in de buurt van Groningen en wil je stekjes delen , ruilen, kopen of verkopen of tuin- en kamerplanten kopen. Je kunt luisteren naar een verhalenverteller en naar live muziek. Of mee gaan met de rondleiding door de ecotuin. Heb je zin om een handje te helpen, met koffie en thee, welkom op de Goeman Borgesiuslaan 245 in Groningen. Neem dan even contact op met Michiel. Zijn email staat op de fleurige uitnodigingposter.