Helleborus foetidus of stinkend nieskruid is een plant die je nu kunt zien bloeien. Van soms december tot aan maart april bloeit de groenblijvende plant met groengele bloemen, soms met een roodachtige rand. Met diep ingesneden donkergroene, soms bijna paarsachtige, bladeren is het een echte winterbloeier. Centimeter of 40-50 hoog. Op een plek waar het nieskruid het naar de zin heeft kan de plant zich uitzaaien. In het vroege seizoen een welkome bloem voor (wilde) bijen.
Alle delen van de plant zijn licht giftig, het kneuzen van het blad schijnt te stinken, vandaar het eerste deel van de naam. En waarom dan nieskruid? De gedroogde wortels werden tot poeder vermalen en zorgen bij opsnuiven ervan dat er flink geniesd moest worden. Vroeger werd niespoeder veel toegepast bij verkoudheid, als symptoombestrijding, het niesen kan een opgelucht gevoel geven. (En soms werd gedacht dat door het niesen boze geesten werden uitgedreven). De oude Grieken gebruikten het wortelpoeder bij krankzinnigheid en epilepsie. Ook werd het toegepast als braakmiddel, bij verstopping en tegen hartritmestoringen. Het gif werd vroeger als wormmiddel gebruikt voor vee.
De plant is zeldzaam als wilde plant in Nederland, en is recent ingeburgerd in Zuid Limburg en de duinen bij Cadzand en Bergen. Oorspronkelijk komt de plant uit Zuidwest-Europa en Noordwest-Afrika. Is nu in veel tuinen aangeplant.
De onderste foto is van een exemplaar dat groeide in de tuin van mijn ouders in Bunnik. Foto uit 2017. Een ooit meegenomen stekje heeft het destijds niet gehaald hier bij ons in de tuin. De bovenste twee foto’s zijn genomen in de tuinen bij het kantoor van Groninger Landschap, hier in Haren. Vast onderdeel van een van onze ommetjes. En als je er veel wilt zien: op de rotstuin in Hortus Haren groeien ze bij bosjes.