Gele plastic zakken

Bezoek is nu wat lastig, dat geldt ook voor tuinbezoek. Terwijl dit juist het seizoen is waar heel veel plantjes te delen en dus uit te delen zijn. Sommige had ik al vorig jaar aan tuinvrienden beloofd, en nu is het tijd om ze uit te spitten. Hoe te handelen?

Plantjes voor Paul

Gewoon de plantjes op de oprit klaar zetten en af spreken met de tuinvrienden om ze op te halen. Afgelopen week stonden dus een paar keer gele plastic zakken met pollen planten klaar.
Voor Ina en haar schoonzus: miscanthus sinensis en molinia
Voor de zoon van Sophie: twee soorten miscanthus.
En bij Paul bracht ik een paar planten en zette ze op de stoep: smeerwortel, gerania en bosanemoontjes.

Dit is een mooie schaduwplek voor de plantjes.

Bijkeuken

Onze bijkeuken gebruiken we in de wintermaanden vooral omdat het espresssoapparaat er staat. En de binnengieter om de plantjes water te geven. Als het weer lente en dan zomer wordt wordt de bijkeuken een vooruitgeschoven post voor de tuin. We lopen door de bijkeuken de serre in. We gaan door de serre naar het terras. En via het terras de tuin in.

In de winterperiode wordt de bijkeuken tamelijk rommelig, met allerlei stekjes, plantjes, bakjes. Aanrecht in de bijkeuken is perfect voor binnentuin-klusjes als zaaien en stekken. Hoog tijd om hier ook op te ruimen, net als in de tuin. Nog een klusje: bijenhotel ophangen.

Lente schoonmaak

Dit weekend met pyjamabroek onder de tuinbroek lekker bezig in de tuin. De zon scheen volop, de wind was schraal. Ik was zo bezig dat het warm genoeg was, ook al was er ’s morgens vroeg nog wat ijs op de emmer met water naast de schuur.

Voortuin 87

Beetje hier, beetje daar aan de gang. Sommige stukjes zijn nu al klaar voor de groei spurt. Gelukkig nog genoeg te doen. Komende periode, met het werken vanuit huis, is er geen reistijd meer nodig. Dus niet alleen in het weekend de tuin in, maar er is elke dag een beetje tijd vrijgekomen die ik daar ook voor kan gebruiken.

Achtertuin 85, rond de vijver
Achtertuin 87

Serre

Afgelopen vrijdag kwam Rene de serre schoonmaken van buiten. Zaterdag liep Eddy rond in zijn regenpak. Hij had de hogedrukspuit van Reint geleend en maakte de overkapping van het terras van binnen schoon. Vochtig werkje. En daarna het terras schoongespoten. Kijk eens naar het verschil tussen de eerste en laatste foto. Terras is nu klaar om in gebruik te nemen voor het zomerseizoen. Ook de kussentjes hebben we al tevoorschijn gehaald.

Binnenkant van de serre staat nu nog op de to-do-lijst. Hoge trap nodig.

Appeltje voor de winter

In het najaar verzamel ik altijd de appels van de Groninger rode kroon in de verre schuur. In een emmer deze keur, zodat de inwonende muis ze niet allemaal opknabbelt. Met het idee om ze in kleine hoeveelheden aan te bieden aan de vogels: als het vriest en de vijver is dichtgevroren en er geen drinkwater voor de vogels is. Mooi niet, deze winter. Dus de resterende voorraad nu maar in een keer buiten neergegooid. Voor de liefhebbers. Fleurig zo, dat rood en geel.

Rechts een grote stapel oude teunisbloemstengels, nu pas weggehaald, zodat de vogel er de hele winter nog zaadjes uit konden halen.

Estoi

Een kilometer of tien ten oosten van Faro ligt Estoi, een klein plaatsje met ongeveer 3000 inwoners. Estoi is bekend vanwege het Palacio de Estoi, een roze gepleisterd paleis, in Roccoco stijl. Gebouwd in de 19e eeuw en gerestauteerd begin 20ste eeuw. Inmiddels in eigendom van de gemeente Faro en toeristentrekpleister. Wij waren er twee jaar geleden, begin april, in Zuid Portugal op fietsvakantie.

Het was een aardig klimmetje om er te komen, naast de foto’s van de tuin heb ik er ook nog een van mezelf met een nogal rood aangelopen hoofd. Warm herinner ik me, en heerlijk afkoelen in een beschaduwd plekje, uitkijkend over de geometrische tuinen, met de rug tegen de koele blauwwittetegeltjes. Die tegeltjes worden als iets heel bijzonders beschreven, wij dachten: da’s toch gewoon Delfts blauw.

Stenen huis

Stinzenplanten zijn genoemd naar de plaatsen waar ze vaak in enorme aantallen zijn aangeplant (en later verwilderd) : een Stins is een stenen huis, een landhuis. In Groningen noemen we zo’n landhuis of kasteeltje vaak een borg, Stinzenplanten heten hier dan ook borgbloumkes.
Zo mooi, vroeg in het voorjaar en dan liefts velden vol van dezelfde: de sneeuwklokken in Amelisweerd, de aconieten in Wedde, of zoals hier de holwortel.

Bij ons is het veldje sneeuwklokjes uitgebloeid, onder de wilde roos staat de daslook. Zal niet lang duren voordat die in bloei staan. Inmiddels ook een respectabel oppervlak. Met uiengeur.