Staartmees – dopsnavel

Als een kind een klein kort neusje heeft, dan noemen we dat een dopneusje.
Dat woord past wel bij het korte stomp driehoekige snaveltje van de staartmees: een dopsnavel.

Zoals altijd kwamen de staartmeesjes vandaag weer in een groepje langs. Naar elkaar roepend met hoge geluidjes. Je hoort ze vaak al van verre aankomen, en even later ook weer vertrekken. Je moet wel met de camera in aanslag zitten als je ze hoort, want vlak erna zie je alleen nog de achterkant van de vertrekkende troepjes staartmezen. Enorm fotogeniek.

Voor het geval je het nog niet wist: een startmees is geen familie van de mezen, als koolmees en pimpelmees.

Katjes in bloei

Dit is de tijd om wilgenkastjes van heel dichtbij te bekijken. net als de bijen, hommels en andere insecten doen. De ene dag nog zachte witte ‘vachtjes’ en ineens schieten de katjes in bloei. Met als gevolg: druk bezoek van honingbijen, wilde bijen, vliegen en hommels. Tegen. een blauwe hele helemaal spectaculair. Je kunt er bijna bijgaand staan om ze te zien ‘uitvouwen’. Heb je een wilg met katjes in de tuin op een zonnig plekje. Pak tuinstoel er bij en ga eens kijken of je katjes live in bloei ziet komen.

Deze katjes hebben we vanmiddag gezien in de Onlanden. De Onlanden is een prachtig ‘wet land’ gebied, ten zuiden van stad Groningen. Op een paar km van ons vandaan. Vanaf de uitkijktoren het beeld heb je een mooi zucht over de moerassige gebieden erom heen. En als er heel veel regen valt, dan staat bijna het hele gebied blank (waterberging). Behalve de iets verhoogde zandbult ‘Het beeld’ , waar de uitkijktoren op staat. Vroeger , rond 1300 al, kwamen de monniken die van klooster Aduard naar de kerk in Vries liepen hier rusten op de zandbult.

Grote toeter

Eddy heeft een grote toeter gekocht, een enorme telelens, 150 – 600 mm. 2 kilo schoon aan de haak. Bedoeld voor sterrenfoto’s en maanfoto’s, maar natuurlijk ook om uit te proberen op vogels in de tuin. Is best lastig, want ze zitten natuurlijk niet stil. De eerste foto’s, met de camera met enorme lens gewoon los in de hand, zijn veelbelovend.

De eerste bruine kikker

Op zaterdag 8 maart ben ik een groot deel van de dag in de tuin geweest. IN het begin met een jasje, later in fleece, en nog later was T shirt genoeg. Een flinke slag geslagen in het opschonen van de vijver. En terwijl ik. daarmee bezig was hoorde ik vlakbij geritsel. Steeds dichterbij. het bleek de eerste bruine kikker te zijn die terugkeerde naar zijn/haar geboorteplek: de grote vijver in onze tuin. Een klein zetje, en plons, de vijver in.

Noor, de buur-kleindochter , kwam kort daarvoor langs om te kijken of er al kleine kikkertjes waren. Nee, dat niet. Geen kikker te zien. Beetje teleurgesteld ging ze weer naar opa en oma. Kort daarna kwam deze eersteling de vijver in. Snel nog even Noor gehaald om de kikker -onderwater – te bekijken.

Later kwamen er nog een paar kikkers bij. Nog geen groot feest, zal niet lang duren.

Lenteweekend in maart

Zo warm was het niet eerder op 8 maart (*), ver in de dubbele cijfers, op zaterdag 18 graden in Groningen, zondag een fractie koeler met 16 graden. Na de winter en grijze dagen, is het heerlijk om in T shirt in de zon te zitten. s Middags dan, vannacht nog lichte vorst hier. Ook geweldig om in de tuin aan de gang te gaan. De winter is klaar, afgestorven plantenresten mogen weg. Een beginnetje daarmee gemaakt, en stukjes van de tuin zien er al weer opgeruimder uit.

Is de tuin klaar?
Nee, natuurlijk niet!
We beginnen pas.
We beginnen nu pas echt.

De tuinstoelen erbij en na een lange tuindag (zaterdag) en fijne wandeling (zondag) is het heerlijk toeven. Nu nog even op het grasveld, de zon bereikt het terras nog niet.

(*) Klimaattechnisch niet zo’n goed nieuws: dat er al weer een warmterecord is gebroken. ‘Record’ klinkt als goed, en dat is het ook in de sport. Maar om de hoger en hoger wordende temperaturen te beschrijven is het misschien niet het beste woord.

Nervatuur

De nervatuur, of nerfstructuur, van een blad zorgt voor de versteviging van het blad én voor de aanvoer van water en voedingsstoffen en de afvoer van afvalstoffen. De hoofdnerf loopt van de voet van een blad naar de punt, en verdeeld het blad in twee, vaak gelijke, helften. Uit de hoofdnerf komen zijnerven, die zich weer vertakken in de fijnste nerven, de aderen.

Je hebt handnervige vormen, vedernervig, drie-nervig, vijfnervig , netnervig, voetnervig, rechtnervig en kromnervige bladeren. Bij sommige planten blijft de nervatuur behouden, ook als het blad in de herfst en winter verteert. Dat kan bij bladeren , maar ook bij bloembladeren gebeuren. Met als bekend voorbeeld: de uitgebloeide bloemen van een (boeren) hortensia. Denk dat dit netnervig is.

Moskei

Zwerfstenen vormen een goede ondergrond voor korstmossen en mossen. De korstmossen op plekken waar het wat droger (en vaak wat hoger boven de grond) is. Mossen op plekken waar de stenen steeds beschaduwd blijven en vochtig.
Vandaag troffen we een mooie grote kei, ongeveer een meter in diameter die bijna altijd in de (half) schaduw ligt. Met het gevlekte zonlicht door de nog wat kale boom erboven een mooi gezicht. Ik kon niet anders dan de kei even te ‘aaien’ over de zachte vacht van mos. Middenin zie je een ‘gat’ in het mos. Ook andere bezoekers kunnen hun handen niet van het mos afhouden (en sommigen pulken een stukje eraf).

Deze bijna ronde kei maakt onderdeel uit van het hunebed bij Midlaren (of eigenlijk 2: de D3 en de D4). Elke keer als we in de buurt zijn, lopen we er even langs. Langs een heel smal paadje tussen twee boerderijtjes naar achteren lopen. Het was ons niet eerder opgevallen dat de keien / het hunebed zo groen waren van het mos. Misschien door de laagstaande maart-zon. Of omdat het nog niet zo droog is geweest.

Krokus in overvloed

De Brink in Zuidlaren, lila paars van de krokussen.
Met de zon erop vanmiddag, stonden alle bloemen open.
Hoeveel?

Vele duizenden.
Misschien wel tienduizenden.
Veel x mooi.

In de tuin hebben we er tientallen. Jaren geleden waren het er veel meer. In de zijborder aan de westkant van de tuin stonden ze. Verder stond er daar toen weinig. Na de krokussen, gevolgd door de blauwe bosanemonen, was het het hele jaar kaal in die border. Zeker 15 jaar geleden heb ik een aantal siergras-pollen geplant. Mooi in late zomer, herfst en winter. Pas vorige week heb ik de pollen afgeknipt. Ze moeten hoognodig gedeeld worden, breiden zich steeds verder uit. Inmiddels ook wat andere planten neergezet in deze border. Mooi gedurende het jaar, maar de overvloed aan krokussen is hierdoor wel wat verloren gegaan…..

Kijk omhoog

Galanthofielen (*) lopen vaak met een spiegeltje aan een lange steel rond. Om ombeschaamd onder de rokken van sneeuwklokjes te kunnen kijken. Zonder te hoeven bukken of het bloemetje naar boven te draaien.

Mijn idee was, zet de telefoon op selfie stand, leg de telefoon op de grond naast een sneeuwklokje en maak een foto. Dan kun je de onderkant goed bekijken. Idee was leuk, maar afstand te kort, waardoor de bloem zelf niet helemaal scherp is. De bomen erachter zijn wel.

Galanthus nivalis, de ‘gewone’ en wonderschone sneeuwklok.
Foto in voortuin van kantoor Groninger landschap genomen.

(*) Galanthofiel = sneeuwklokjes- liefhebber

Mollenveld

Vorig weekend was de mollentelling, of eigenlijk molshopen-telling. In grote aantallen zie je in deze tijd van het jaar de bruine hoopjes aarde in de weilanden, langs bermen en soms in tuinen.
Al de hopen op de foto’s zijn waarschijnlijk van 1 mol. Of misschien 2, als ze elkaar even gevonden hebben. Albertina Mol en Momfer de mol wonen namen het hele jaar in eigen gebied, met eigen gangen. Maar rond deze tijd, de paartijd, gaat Momfer graven in de hoop bij het gangenstelsel van Mevrouw Albertina uit te komen. Even paren, en hop, weer terug naar huis.
Bij het mollentellen tel je dus vooral groepen van hopen (of zelfs: zijn er wel of geen hopen in een veld), en niet de individuele hopen.

Links op de bovenste foto zie je een van de twee ooievaars vliegen. Net rechts van het huis aan de bosrand staat de paal met het ooievaarsnest. Bij een wandeling eerder deze week (dit is 10 minuten van ons huis) zaten beide vogels op het nest.

Over mollen gesproken. Vorige week stond dit filmpje op de Vroege Vogels website.
Mol op ijs.
Ahhh, wat zielig.

Gelukkig komt het goed, als je de tekst bij het filmpje leest. De mol weet weer vaste grond onder de graafpoten te krijgen en onder de grond te duiken.