De grote bos herfstasters komt steed smeer in bloei, en wat een feest voor vlinders!
Zeer fotogeniek, de paarse bloemen met geel hartje en de verschillende oranjerode vlinders.
Vandaag een hele tijd staan kijken, lekker makkelijk, bloemen op ooghoogte.
Opvallend dat de vlinders sons heel territoriaal waren en andere vlinders wegjoegen. De grootste, de atalanta had niet veel; op met de iets kleiner dagpauwoog. En het opdondertje, de kleine vuurvlinder zat steeds op de hoogste bloem en goed de -veel grotere- gehakkelde aurelia weg.
Klik op de foto’s om een groter exemplaar te zien.
En denk er een dromerig muziekje bij.
Auteur: Tineke van der Meij
Uitkijkpost
Hoog in het stro gras
klimt de wants en waakt alert,
wiegend in de zon.
Tuinvaas
Eerder in de zomer ‘stutten’ we planten die over het pad dreigen te gaan hangen met takjes of boogjes van bamboe. Als de planten wat later in de zomer steeds langer worden en uitzakken over de tuinpaadjes, komt soms de schaar er bij. En wat nog mooi bloeit gaan in de vaas op het terras. Nog zeker een week komen de hommels en andere insecten nog nectar halen uit de bloemen van de bloeiende oregano en kattenstaart.
Spinnentelling
Dit weekend van 9 en 10 september was een spinnentelling van de meest voorkomende spinnen in huis en tuin. Eind van de ochtend op zondag ging ik even rondkijken, maar veel spinnen waren blijkbaar even aan het schuilen voor de zon., Misschien was het handiger geweest om ’s morgens vroeg te kijken als de webben door dauwdruppeltjes beter zichtbaar zijn. Niet meegedaan met de telling, maar wel een paar foto’s gemaakt. Bij wat ‘herfstiger’ weer ga ik nog eens wat beter kijken.
Zweefvliegdressuur
Met veel geduld kun je een dier bepaalde kunstjes leren.
Wist je dat dat ook met insecten kan.
Geduld is nodig, maar ook niet te lang wachten.
Zo lang leeft een insect immers niet.
Hier zie je mijn kunsten met een zweefvlieg, deze zomer.
Wie kan dat ook?
Stokroos
Droge, zonnige plekken.
Vlak bij een muur.
In kleine Groningse dorpjes.
In Denemarken.
Allemaal plekken waar stokrozen het goed doen. In allerlei kleuren, vaak enkel, soms dubbel. Zelf vind ik de enkele mooier. Deze foto’s zijn van vorige week, bij de buren en vriendin verderop in de straat. Wij hebben dit jaar geen bloeiend exemplaar. Hier vlak in de buurt heb ik een lichtgele gezien, die ik ook nog wilde fotograferen. Helaas weet ik niet meer waar dat was (of de eigenaar heeft de bloemstengel afgeknipt). Dus vooral de roze en 1 heel zacht roze.
Zet ze niet te dicht op elkaar om roest te voorkomen. Een schimmelaantasting waar onder andere stokrozen gevoelig voor zijn. Ze gaan er niet dood aan, maar het blad ziet er niet mooi uit met al die oranje roestplekjes en soms gaatjes. Aangetast blad zsm weghalen (ook afgevallen blad) en in de grijze kliko ermee.
Geïnspireerd door de hoge planten die ik recent weer zag , een aantal gezaaid. Prima tijd nu om tweejarigen te zaaien. Drie rijtjes in een zaaibak: de rode van de eerste foto, en twee zakjes met zaad van eerder verzamelde stokrozen. Stokrooszaad is makkelijk te herkennen aan de vorm. Omdat ik de kleur niet op het zakje heb gezet, wordt een verrassing. Als – en hier in de tuin een grote ALS – ze komend seizoen door de slakken aanvallen heenkomen. Naast roest is dat een twee ‘plaag’ waar stokrozen last van kunnen hebben. Vandaar dat droge straatjes voordelig zijn, daar wandelen niet overal slakken rond. Zie straatje in Garnwerd, hieronder.
Correspondentie
Als je dit tuinblog al langer leest dan herken je misschien Joost K. Bouter, die regelmatig voorkwam in tuinverhalen in ’t Groentje. Hij woont hier ergens in de tuin, maar is soms jarenlang niet in beeld. Om dan weer eens te voorschijn te komen. En deze keer is ie niet alleen.
Joost krijg post van een ver famillielid. Die hier in de buurt is komen wonen. Ik dacht dat Joost al oud was, maar nu krijgt hij post van een oom die nog een stuk ouder is. Joost liet me het kaartje zien dat hij kreeg, en zijn antwoord daarop. Ik heb het donkerbruin vermoeden dat er nog wel een staartje aan deze correspondentie komt.
NU – wit bloeiend in de tuin
Toen ik een foto maakte van het witbloeiende astertje viel me op dat er op dit moment een heel aantal echt wit bloeiende planten in onze tuin staan te bloeien. Bij de nazomer denk ik aan oranje en gele tinten, maar dus ook het een en ander aan wit.
- De witte spoorbloem bloeit weer volop nadat ik ze een aantal weken geleden had gekortwiekt.
- De Abessijnse gladiool in pot op het terras loopt net iets voor in bloei op de bollen in de volle grond (beiden haal ik er voor de winter uit om in de kelder te laten overwinteren)
- Aster divaricatus, bescheiden aan de rand van het pad. Langbloeiend. Zon, halfschaduw. Sneeuwster-aster.
- Een leuk wit alliumpje, laatbloeiend, pas eind augustus. Veel alliums zijn dan al lang weer onder de grond verdwenen.
Roest egel
Vanmorgen kwam Sieneke, de buuf met een kadootje voor ons.
Een egel.
Gekocht in Deventer, winkeltje met tuinspulletjes.
Gezien toen er net een blogje over de egel in onze tuin verscheen.
Egel-roest staat nu op het grind binnenplaatsje, goed te zien vanuit de keuken en in de buurt van poes-roest.
Voorbereiding Bingo
Afgelopen week met korstmossen deskundige Lukas en Marian en Sander, beiden vrijwilliger in Hortus Haren, een mooie middag beleefd. We zijn bezig een ‘korstmossenbingo’ te maken, naar een voorbeeld van Hortus Leiden. Een A4 met een aantal afbeeldingen van veel voorkomende korstmossen, met de Nederlandse namen erbij. En een plattegrond van de Hortus met de plekken waar er verschillende te zien zijn. Dit is korstmossen voor beginners. Bezoekers van de Hortus kunnen er zelf mee op pad, maar op de ‘premiere’ 9 september kunnen bezoekers mee met rondleidingen van Marian en Sander. En met een loep! Pas als je door een loep of vergrootglas kijkt zie je de mooie details in de korstmossen goed. Reuze handig was het loepje van Lukas, met een lampje.
Een korstmos is een combinatie van een schimmel met een alg, of een schimmel en een bacterie. En ze zitten werkelijk overal. In Nederland zijn er zo’n 600 soorten, deels op stenen (stoep, oude muurtjes, kerken, grafstenen), deels op oude bomen of oud hout. En de soorten die op stenen zitten zijn weer afhankelijk van het soort ondergrond (zuur of niet). Stikstofminnende soorten vind je in de buurt van wegen en in agrarisch gebied.
In de winter gaat Lukas een inventarisatie doen van de korstmossen in de rotstuin van de Hortus. En wellicht nog op andere plekken. Zijn verwachting is dat hij er zo’n 150 van de Nederlandse soorten kan vinden. Korstmossen kijken is ook een mooie winteractiviteit, ze zijn er altijd, ook als veel planten tijdelijk even in rust zijn. Wellicht dat we dan een workshop of cursus ‘korstmossen voor gevorderden’ gaan organiseren.
En heb je in de tuin een (zeer) oude beukenhaag? Dat schijnt een goede plek te zijn voor een aantal zeldzamer wordende soorten. Wel wachten tot de winter, als je makkelijker binnen in de haag kunt kijken. Dat was nu een beetje lastig,