De Oosterpolder bij Haren was lang geleden onderdeel van een enorm moerassig gebied van het Gorecht. Nu is het uitloopgebied voor de wijk Oosterhaar. Na verschillende uurtjes in de tuin gingen we aan het eind van de een middag afgelopen week nog een ommetje door dit gebied maken. Jasje mee, want het kon gaan regen, voor de temperatuur was het absoluut niet nodig.
Over een dijkje van de Oosterpolder waar vele honderden vingerhoedskruiden bloeiden. En allerlei andere wilde planten. Mooi hoor. En opeens zagen we ook pardoes een ijsvogeltje. blikkerend blauw, op een tak boven het water. 1 minpuntje, en dat lag niet aan het landschap. Weer vergeten een flesje water mee te nemen, en als de wandeling dan toch goed twee uur wordt (steeds en stukje verder), dan wordt het best dorstig..
De eerste oranje havikskruiden staan weer in bloei. Er zaten er vorige week een heleboel aan te komen, in het grasveld, maar die zijn onthoofd door de grasmaaier. Ik vind het een leuk plant, no nonsense wilde plant. Breidt zich enthousiast uit door bovengrondse (of net onder de grond) uitlopertjes te maken, met aan het eind weer een nieuw rozentje. Waar tzt weer een harige bloemstengel uit komt met de warm oranje bloempjes. Zo fotogeniek! Door de scherpe kartels aan de lintblaadjes en de stampertjes/meeldraden komen de bloemen mooi uit op de foto. En als er dan net zo’n langwerpige tor overheen loopt…. een plaatje.
Of ze gebroed hebben in het kastje aan de achterkant van onze schuur, of het huisje om de hoek bij buurman Jan, of een huisje bij buurvrouw Sieneke. Daar kom ik nooit meer achter. Maar het was een geweldig broedsucces. Vrijdag eind van de middag, toen we eten gingen koken, opeens een hele familiegroep pimpelmeesjes. Nat van de regen, maar het leek ze niet te deren. Vrolijk gekwetter en enthousiast bezig aan de pinda’s in de pindasilo vlak bij het huis. Een meter of 3 naar rechts van de pindasilo een meidoorn, die net uitgebloeid is. Ook daar blijkbaar veel lekkers te halen. Het ritselde van de pimpels. We probeerden ze te tellen, maar dat bleek moeilijk. De volgende dag kwamen ze terug, en inmiddels had ik de camera met telelens ook klaargezet. En dan krijg je een plaatje zoals hieronder. Ahhhh.
Jonge pimpelmees, in de meidoorn met (nog) een grijs petje. Later wordt dat helder lichtblauw. Klik op de foto voor vergroting
Niet zo scherp, maar wel bewegend. Klik op deze link voor een filmpje en probeer te tellen hoeveel pimpels je ziet. Eventueel filmpje af en toe even stilzetten om te tellen…
Volgende week probeer ik een tweede tuinmonoloog te plaatsen. Onderwerp deze keer: rozen. Want begin juni is een geweldig seizoen voor rozen. Mooie bloei, prachtige geur. Alvast een voorproefje.
Soms hoor je wel eens dat mensen regelmatig dromen dat ze naar hun werk gaan en vergeten zijn hun broek aan te trekken. Planten overkomt het wel eens in het echt. Deze foto’s zijn van een vingerhoedskruid die ‘vergeten’ is om bloemen, de vingerhoedjes te maken. Wel meeldraden en stampers, maar de bekende vingerhoedjes ontbreken. Ik zag het van een afstandje al, omdat deze toorts een gelige kleur had, niet wit of paars. En van dichtbij zie je waarom. Bizar.
Zaterdag was aangekondigd als droge dag. Niet zo warm, graad of 15, perfect om de beukenhaag te snoeien. Dat is een klus die Eddy altijd doet. En we hebben speciaal een hogere trap gekocht, waardoor hij veel makkelijker bij de bovenkant van de heg kan. En een stuk steviger staat. Wel zo veilig.
Eerder in de week had ik het pad langs de heg al vrij gemaakt van bramen , sneeuwbessen en ander hoog opgeschoten spul. En zaterdag ochtend eerst de heg inspecteren of er geen broedende vogels in de beukenhaag zaten. Die wil ik niet verstoren. Zoals ik tot mijn schrik twee weken geleden deed. Piepklein nestje in de meidoorn haag, Ik knipte een losse tak weg die op ooghoogte voor me hing, en vooruit ‘even 1 takje van de bovenkant’. Pardoes vlogen/fladderden er verschillende kleine vogeltjes in paniek uit het nestje. Zwartkopjes? Fitissen? Een piepklein nestje.
We hebben een elektrische heggenschaar en een een bijzonder verlengsnoer (the incredible shrinking verlengsnoer) dat op de een of andere manier elk jaar een stukje korter wordt.
Hoe komt het dat Willie in de achtertuin geen slakken heeft en in de voortuin wel?
Waarom draagt Willie een boerenzakdoek op haar hoofd?
Als je bij Willie op bezoek gaat in de tuin kom je er achter. Zaterdag was ik even bij Willie en Gerard op bezoek. En wie Thomas is? Niet de hond, die heet Okke en zat binnen. Thomas is een van de drie loopeenden die Willie heeft aangeschaft om de slakken in de tuin op te eten. Thomas is het mannetje, donkerbruin, met een fiere krul in zijn staart. En twee witte dames. Werkt heel goed. In de omheinde achtertuin scharrelen de eenden de hele dag rond. ’s Avonds gaan ze in een zelfgebouwde ren. Ze komen niet in de voortuin, ergo, daar wel slakken. Net als in onze tuin, is het bij Willie een grote , weelderige plantenzee. Geinig die eenden. Een nadeel. Thomas heeft nogal een opvliegend karakter (of wil zijn dames goed beschermen). Okke, de hond kan niet vrij in de tuin rondlopen als de eenden buiten zijn. Thomas rent meteen naar hem toe en begint de veel grotere hond te pikken. Die reageert uiteraard geergerd, en dan moeten Willie en Gerard tussenbeide komen. Okke kan de eenden in een hap verwonden of zelfs doden als ie aangevallen wordt. Dan Okke naar binnen of toch buiten, en dan in zijn bench. Maar ook daar heeft de felle Thomas de hond al eens verwond. Gelukkig vind Thomas mensen blijkbaar geen indringers die verjaagd moeten worden.
Thomas de loopeend en zijn dames
Zo kom je meteen bij antwoord op vraag twee. Willie draagt een boerenzakdoek als bescherming tegen de zon. Een tweede reden is dat je Willie dan terug kunt vinden in de tuin!. Anders verdwijnt ze tussen het groen.
Houd je duim maar eens voor de zakdoek: dan zie je pas wat voor een schutkleur Willie hier heeft.
Het bezoekje was eind van de middag, Willie begon mij aan te wijzen waar overal clematissen zitten. Hier kijkt ze naar het westen, laagstaande zon. Willie heeft er intussen meer dan 10.
Als je nu toch een keertje vroeg wakker bent, ga dan voor zevenen de tuin in. Naast het vogelconcert in deze tijd van het jaar ook prachtig om de tuin te zien als de zon nog heel laag staat. Prachtig licht. Dit was donderdag ochtend kwart voor 7. Ontbijt met bakje yoghurt op het terras. Genieten.
Nest gekraagde roodstaart in stuk holle stam van appelboom
Afgelopen woensdagmiddag een tuinbezoekje op afstand bij Ina. Het huis, staat Oost West, en aan de Noordzijde van de tuin een grote houten garage/ werkschuur voor Rindert. En daarnaast, een beetje verhoogd, een overdekt terras. Open aan de zuidkant en glas aan de westkant. Heerlijk om te zitten, met een kopje thee. Ina vertelt over de gekraagde roodstaart die al een aantal jaren op dezelfde plek broedt, net aan de andere kant van de glazen want, nog wel onder de overkapping van het terras. Daar stond een hol stuk van een stam van een oude appelboom decoratief te wezen. En toen werd dit plekje door een paartje roodstaarten goedgekeurd als woonplek. Dat die beesten helemaal uit Afrika komen elk jaar, zegt Ina vol verbazing, en dan juist bij ons in een blok hout gaan nestelen.Hoe bijzonder is dat? Elk jaar in mei kijken we naar ze uit, vervolgt ze, en zijn dan superblij als ze er weer zijn.
Ina laat me de foto’s zien van zoon Rutger, die de dag ervoor op bezoek was. Met Camera om de vogels op de foto te kunnen zetten. Vijf eitjes in het nest.
Met een lekker rupsje, in het licht van de laagstaande zon. Foto Rutger HiemstraHallo kindertjes, hier ben ik! Foto Rutger Hiemstra.
Ina haalt nog een kopje thee. Ik ga het nestje nog even van dichtbij bekijken. Kan zelf niet om de bocht kijken in het nestkastje, maar mijn telefoon kan dat wel. Hmm, niets te zien van de eitjes. Als ik de foto een beetje uitvergroot en wat lichter maak, snap ik waarom. Geen eitjes, de vogeltjes zijn inmiddels uitgekomen. Volgens mij zie ik 6 snaveltjes.
Gek woord, fietsommetje. Toen ik het typte las ik het als fiet-sommetje, en niet als fiets-ommetje. Het gaat om dat laatse. Gister, zaterdag, waren we vroeg wakker, smeerden wat extra boterhammetjes en sprongen op de fiets. Een rondje richtig Zuid-Laren, even langs het hunebed in Midlaren, stukje bos, langs de bosrand en dan weer door de open weilanden. In Zuidlaren een capuccino-to-go (vanaf maandag mag het terras weer open) en langs de oostkant van het Zuidlaardermeer omhoog. We reden iets oostelijker dan onze gebruikelijke route en troffen een prachtig natuurreservaatje en waterwingebied in een: Tusschenwater. Daar werden we wel even stil van.
Klik op een foto voor een vergroting
Langs de noordkant van het meer weer terug richting Haren. Niet via het veerpontje bij de palingrokerij, die is corona-gesloten. Wel het fietspad door de Westerbroekstermadepolder. Vanuit de vogelkijkhut aan de kant van het Zuidlaardermeer kwamen we deze grote stier tegen boven op een dijkje. Hij hield de boel goed in de gaten, in de vallei achter het dijkje liepen veel meer hooglanders, deels heerlijk door 1 meter diep water banjerend.