De fluweelboom is in onze tuin een kleine boom, met een elegante open structuur, een soort gewei. In het Engels heet de fluweel boom de ‘stag horn’ sumak. De kale behaarde takken hebben inderdaad wel wat weg van het gewei van een hert, voordat het gewei vervelt dan.
In deze tijd van het jaar beginnen de donkerrode pluimen, die vanaf de nazomer fier rechtop staan aan het uiteinde van takken, om te knakken. Totdat dat gebeurt, is de kleur diep donker rood, prachtig afstekend tegen een blauwe winterlucht. Daarna worden de pluimen bruin en vallen af.
De wetenschappelijke naam is rhus typhina, en de naam azijnboom lees ik ook regelmatig. Dat zou komen omdat de vruchten zuur smaken. Dat is nieuw voor mij, net als het feit dat er blijkbaar manlijke en vrouwelijke exemplaren bestaan! Dat vraagt om nader speurwerk: welke hebben wij in de tuin? Daarover een volgende keer meer.