Een tijdje terug schreef ik over de vuurdoorn die naast onze voordeur staat en helemaal scheef was gezakt door de werkzaamheden aan de gas – en electriciteitsleiding naar ons huis. Grote greppel, erg nat weer en zware struik, dan krijg je dat.
Eddy had al een hele tijd geleden grote pluggen, haken en een lange 1 cm -diameter boor en een waslijn gekocht. Om de haken in de muur te doen en de struik mbt de waslijn een beetje recht te trekken.
Mooi plan, maar toen begon onze verbouwing en stond het huis in de steigers, ook rondom de vuurdoorn. Daarna was het te koud, of kwamen we er niet aan toe. Maar gister, 31 maart was het een mooie tijd. Droog, zonnetje.
Terwijl Eddy de boormachine aan het halen was, wilde ik het loungenest uit de vuurdoorn halen, een soort hangmatje voor (kleine) vogels.
Flap, Flap.
Het loungenest was nog leeg, maar op een centimeter daarvandaan had mevrouw merel doodstil in haar vers gebouwde nest gezeten. Op mijn ooghoogte. Met 1 ding hadden we geen rekening gehouden! Dat de merels al weer aan het nestelen zijn. Op de tast voelde ik in het nest: twee eieren.
Na de oorverdovende herrie van grote gaten boren in een bakstenen muur en het overeind sjorren van de vuurdoorn, gingen we snel weer weg. Het duurde een paar uur, maar gelukkig: ze kwam terug. En vandaag zag ik haar weer op het nest zitten.
Dus pas op met snoeien of werkzaamheden aan dichte struiken, of hagen of heggen. De vogels zijn al begonnen!