

Alles in en om onze tuin
Op bezoek bij Wim, thee drinken.
Heerlijk in de serre, met zicht op de vogeltjes.
Maar voordat we dat deden, eerst een rondje door de tuin.
Ik ben hier al vaak geweest, maar (blijkbaar) nooit zo vroeg in het jaar.
Het eerste dat me opviel in de tuin was het lila en creme-wit van heleboel krokussen.
Jaren geleden hadden Wim en Annet een cirkelvormig grasveld, maar dat vraagt veel onderhoud. Nu is het een cirkelvormige border en grindvakken. Pas bij het op de foto zetten van de cirkel zag ik opeens dat de grindcirkel net een smiley was. Een glimlach glijdt over mijn gezicht.
7 maart
De lente vandaag
is nog steeds koud als water
maar ze komt er aan.
In de natte kou
zwaait de sneeuwklok haar rokje
van groenwitte kant.
11 maart
De tuin wordt leger
bij de grote voorjaarsbeurt.
De groeispurt begint.
Brommende hommel,
koningin, later het volk .
Zoemt van bloem tot bloem.
In het voorjaar is het bezig zijn in de tuin van het soort ‘grote halen, snel thuis’. Bij het opruimen van siergrassen en afgestorven vaste planten resten, zie je al na korte tijd resultaat. Heel bevredigend. Wat wel lastig is, met al die grassen…. waar laat je het spul?
De composthoop puilt uit.
Het spul ligt er voor even.
Voor nu uit de weg.
Maar er moet nog wel wat mee.
In deze vorm verteert het niet makkelijk, te droog. En er is altijd het risico in de ze tijd van het jaar dan een hommelkoningin of wespenmoer een nest besluit te maken in de enorme hoop.
Zaterdag al lekker een paar uur in de tuin bezig geweest, en zondag begon ook weer mooi. Wel nog fris. Ik had een plan, twee eigenlijk. Namelijk de budleija snoeien, hoewel Monty Don zei dat ie dat ook nog wel in april deed, en nog een keer blad uit de vijver halen. In de middag, als het wat warmer is, en zondag, omdat misschien volgende week de bruine kikkers er al weer in zitten.
Geen van beide gedaan. Maar wel een heleboel andere dingen.
Van dichtbij bezien
is een groepje krokussen
een waar bollenveld.
Paar armen vol met omgevallen grasstengels verwijderd: de molinia staat aan het begin van de winter nog mooi overeind, maar zakt na een flinke sneeuwbui in als een plumpudding. Alle halmen liggen dan plat op de grond, een soort twee meter groot mikado spel.
Tijdelijk parkeerde ik de halmen op het tuinpad. Baassie kwam ze onderzoeken en even door elkaar gooien.
Toen hij uitgespeeld was, gingen de halmen richting composthoop.
Eerste dag dat ik een paar uur in de tuin bezig ben geweest. Heerlijk. Af en toe een beetje zon, tien graden.
Het is maart, de meteorologische lente is begonnen.
De tuin ontwaakt langzaam uit haar winterrust.
De vogeltjes zijn al behoorlijk vocaal aanwezig.
Ze laten zich de komende tijd alleen maar meer horen.
Eergisteren liep ik door de tuin, een zonnig moment.
In de de verte gebrom van een helicopter.
Nee. Het is dichtbij.
Een hommelkoningin.
Op zoek naar lekkers in de eerste krokussen.
Een spin zit te zonnen op de muur.
Uit een ooghoek een vliegend beestje.
En –any moment now– verwacht ik de eerste beroering in de vijver.
De bruine kikkers zijn in aantocht voor hun lentespektakel.
Ken je de Carmina Burana van Carl Orff?
Geschreven in 1935/1936, met teksten van gezangen uit de 12/13e eeuw.
Vooral latijn, beetje duits, beetje frans.
Gezangen over het noodlot, over de lente, het bos dat bloeit (Floret Silva) de liefde, het leven, het noodlot. Het leven gezien als een rad van fortuin, het rad neemt je mee omhoog en onherroepelijk ook weer omlaag.
De kringloop van de seizoenen.
De kringloop van het leven….
Zaterdag 18 februari heb ik meegedaan met een ‘scratch’- versie.
Een koor van 400 liefhebbers, die twee uur op vrijdagavond, en vervolgens op de zaterdag hebben geoefend. De vrijdagavond per stemgroep (ik zong alt 1). In de ochtend het hele koor, aangevuld met leden van het Noord Nederlands Concert Koor met Victoria op Piano en met dirigent Anthony Hermus. ’s Middags de generale repetitie, met het Noord Nederlands Orkest. En oefenen hoe we met bijna 500 man snel het podium op konden komen, een hele logistiek. En ’s avonds het spetterende optreden.