Contrast

Op heel veel plekken in de tuin hebben we de Spaanse boshyacint. Nog een paar dagen en de bloemen gaan bloeien. Het blad is al overdadig gegroeid en ligt in slungelige bossen op de grond. Op een paar plekken in de tuin hebben we nu ook de Engelse bluebell. Een slankere versie, met dezelfde prachtige kleur blauw, sierlijker en eleganter. Ook bloeien de bluebells wat eerder. Mooi in het groen (links) en nog meer kleur, als ze afsteken tegen het geelgroen van de euhorbia’s.

Rondje om het huis

Zaterdag flink bezig geweest in de tuin. Een deel van de vijver heeft een kiezelrandje/styrandje. Dat is in de loop der jaren helemaal dichtgegroeid, waardoor er veel grond tussen de kiezels is gekomen. Het water in de vijver verdanpt extra snel omdat er flink wat water door de grond -rand wordt opgezogen. Dus aarde ertussenuit en weer ‘kale’ kiezeltjes op de rand gelegd. Als het water wat warmer is zal ik de kiezels die omlaag gerold zijn dieper het water in ook weer eens omhoog halen.

Een clematis stek van vorig jaar (of jaar ervoor) is goed aangeslagen in pot, die heb ik onder de rozenstruik gezet. Een andere clematis staat al paar jaar onder diezelfde klimrozen en is dit jaar al een heel end geklommen. Zeker anderhalve meter. Zal die eindelijk gaan bloeien? Terwijl ik met een andere kleine clematis-in-pot rond liep riep overbuurman Thomas. Hij vroeg of hij de heggen voldoende water gaf. Zijn hele tuin is een beetje een bouwput en de heggen zijn een paar weken geleden met een grote graafhapper stukje verplaatst. Goed inwateren deze zomer, had ik hem op het hart gedrukt. De lage beukenhagen in zijn voortuin lopen mooi uit, net als die van ons. Verder was een groot deel van de voortuin nog leeg. Met verse grond.

Wil je nog wat plantjes, vroeg ik hem. Altijd welkom. En zo liep ik drie keer met de kruiwagen vol naar de overkant. Twee grote klonten persicaria microcephala ‘Red Dragon’, 10 pollen geranium (endressii achtig), ca 30 stukjes bonte carex (wintergroen, maakt ondergrondse uitlopers, naam nog een keer opzoeken), twee persicaria amplexicaule, 2 calamagrostis overdam, 1 moerasspirea, 2 primula wanda, pot met boshyacinten, paar -wrs blauwe- tuingeraniums.

De zon begon inmiddels al flink te zakken, en voor we op ons terras een glaasje wijn pikten, liep ik met telefoon als fototoestel nog even een rondje om het huis.

Geduldig werkje

Ooit een paar mini uitjes van Machteld meegenomen. Hij vermeerdert zich als een dolle, had ze erbij gezegd. Twee jaar lang hield ik de uitjes in een potje vlak bij de schuur. Om goed in de gaten te kunnen houden. Keurig gedrag, geen lastig gedoe. Toen vond ik het wel vertrouwd om ze in de volle grond te zetten, half onder een reusachtige varen. Leuk hoor, die witte papierachtige bloempjes, waar weer miniuitjes uit groenden, waar weer een bloempje uitgroeide ….

En zo is het gekomen dat de plek met de uitjes, in het perk waar ook de daslook van 1 plantje naar een totale machtsovername is gegroeid in een jaar of 10, steeds groter en breder werd. Ook Hilde gaf al aan dat haar hele voortuin er door werd overgenomen (had ik haar ooit een plantje meegegeven?).

Ik was ervan overtuigd dat de plant allium triquetum heette, maar toen ik vandaag weer even zicht, om te kijken in hoeverre de kleine uitjes eetbaar zijn, bleek die naam niet te kloppen. Nu denk ik dat het allium paradoxum is. Hij wordt ook onder de naam boslook te koop aan geboden.

Vanwaar de titel geduldig werkje? IK besloot de bolletjes te verwijderen, hele emmer vol en in dit geval NIET op de composthoop! Toen met een krukje op het pad gaan zitten en zeker een uur voorover gebogen bezig geweest om zoveel mogelijk van de kleine minibolletjes te verwijderen. Ze groeien niet alleen bovengronds, zie foto’s, maar ook onder de grond zitten hele clustertjes van bolletjes. 2-3 millimeter groot. Wat wel makkelijk is dat ze spierwit en glanzend zijn.

Op de vrijgekomen plek heb ik drie hortensiastekken van vorig jaar neergezet, daaronder/ omheen een dikke pol primula’s gedeeld en in stukken gezet. Ervoor een rijtje polletjes geranium. Wellicht nog de kreukelgeranium van een paar jaar geleden. Die stond hier ooit voordat de uitjes het over namen.

Geel en blauw

Wat een prachtig weer hier, zeker de zondag. De lage ochtendzon op de wilg aan het eind van de tuin. Volop met bloeiende katjes, bungelende trosjes gele bloempjes, ongeveer 6-7 cm lang. De katjes bloeien terwijl er nog weinig blad aan de boom zit, de eerste indruk is een gele boom. Als straks de katjes zijn afgevallen is de boom van geel (tot geelgroen) ineens grijsgroen geworden.

Maar nu eerst nog een paar dagen geel, tegen de blauwe hemel.

Oekraiense vlag.

Kruisbloemigen

De kruisbloemigen vormen een grote plantenfamilie, waarvan de soorten overal ter wereld voorkomen en die bekend staat om de vele eetbare soorten. De wetenschappelijke naam, is Cruciferae of Brassicaceae: beide namen zijn toegestaan. Veel wintergroeneten zijn van de kruisbloemfamilie: bloemkool, broccoli, waterkers, chinese kool, witte kool, boerenkool, paksoi, radijs, spruitjes. De vruchten hebben de vorm van een hauwtje, soms langwerpig zoals de muurbloem, soms plat en rond zoals bij de judaspenning.

In de tuin beginnen de kruisbloemigen net te bloeien, de pinksterbloem, de muurbloem, de judaspenning. En natuurlijk duikt overal de kleine veldkern op, met over een tijdje weer de openspringende zaaddozen. Mmm, als sla eten? Er zijn er ook een heel stel nog niet in bloei.

24 april: dag van de paardenbloem

Blijken er dus heel veel verschillende soorten paardenbloemen te zijn….

In 2022 is voor de derde keer de vierde zondag van april uitgeroepen tot de ‘dag van de paardenbloem‘. Er is een Nederlandse site waar opgeroepen wordt om goed naar paardenbloemen te kijken. Blijken er dus heel veel verschillende soorten paardenbloemen te zijn…. Er is een determinatietabel om te helpen bepalen welke soort bij jou in de tuin – of op de stoep- staat. En je kunt meedoen met een (internationale) fotowedstrijd van paardenbloemen of paardenbloemen-materiaal insturen voor een herbarium.

Verticuteren

De buurman was aan het zoemen in de tuin. Klonk toch anders dan zijn grasmaaier. Even door de nog kale beukenhaag heen gekeken. Hé, Reint heeft een verticuteer-machine geleend voor zijn grasveld, zei ik tegen Eddy. Ik wandelde even naar hem toe, om te vragen of we het masjien mochten lenen voordat hij het terugbracht. Het zat net anders. Hij had hem gekregen, dus vanaf nu is er altijd een te lenen verticuteer machine bij de buren. Best handig. met onze mosveldjes. De zon scheen lekker, dus eerst het lange gras een beetje laten opdrogen, toen begin van de middag, de eerste maaibeurt met de grasmaaier. En daarna met de verticuteerder erover. Enorme bergen mos kwamen er van af. Het grote grasveld ziet er wel goed uit. Het zijgrasveld bleek een mosveld, met nauwelijks een spriet gras. Tja, dat wordt dan kaal… Beetje bijzaaien.

Een deel van het droge mos heb ik een een korf van gaas in de hazelaar gehangen. Kunnen de vogeltjes hun nestjes mee aankleden.

Primula’s

Je hebt er lage, hogere en hele hoge van.
Primula’s.

Makkelijk te kweken, in deze tijd van het jaar zie je ze in grote aantallen en meest wilde kleuren bij de bloemenwinkels en tuincentra. Voor een fleurige bak, bij het terras. Of in de volle grond in de border. De meest voorkomende bij ons in de tuin zijn de gewone stengelloze zachtgele primula vulgaris, een inheemse plant. De kleine felpaarsroze is de primula juliae ‘Wanda’. Die laatste moet ik elke paar jaar delen en een beetje onder de schaduw van andere oprukkende planten vandaan halen om niet te verdwijnen. De gele, die redden zich wel en met hulp van de mieren die de zaden verspreiden worden het er ook langzaam meer.

Langs de vijver hebben we ook nog de primula veris, de gulden sleutelbloem, ook zacht geel.
Een soort die ik ook geprobeerd heb, als stekje uit Engeland meegenomen, is de hoge primula japonica. Niet gelukt om die te laten overleven.

Any tips?