Picknicktafel

Onze oude picknicktafel stond de laatste jaren vooral enorm rustiek te wezen. Veel mosjes gaven de tafel en banken van Europees tamme kastanjehout een extra gloed. Poezen vonden de picknick set fijn: om op te slapen, half onder de schaduw van de overhangende struiken, of om even aan te krabben. Op de bank zitten was ‘op eigen risico’: midden in de zomer -met korte broek- enig risico op splinters, in andere seizoenen grote kans op natte billen en in alle seizoenen was het zaak om heeeel voorzichtig te gaan zitten en weer op te staan.

Eddy bestelde bij Jemar in Assen een nieuwe picknickset. Van Europees douglas hout. Jemar staat voor Jeffrey en Marian, een klein bedrijf uit Assen dat de picknicktafels met de hand maakt op bestelling. Een week of drie zou het duren, dus genoeg tijd om de beoogde plek leeg te maken, dachten we. Maar nee, Jeffrey was zo snel, dat al na een dag of drie een telefoontje kwam: ” kunnen we de picknick tafel vandaag nog brengen? En. Is er genoeg plek, zodat ik de tafel vast in elkaar kan zetten? Twee maal Ja.

Tegen 5 uur op maandag kwam Jeffrey aan met de picknickset op de aanhanger. Een joekel, bijna 2 x 2 meter. Jeffrey aan de ene kant en wij twee aan de andere kant. Schuifelend over de oprit. Even werd het spannend, de oprit is breed genoeg, maar we moesten ook nog met de tafel tussen de pergola en het huis door…. Een paar cm speling bleek genoeg. En toen stond de tafel op het ronde terrasje, nog even naast de oude. Knal oranje nog, de kleur van het verse hout. Dat gaat langzaam vergrijzen.

Vijf beukjes

Samen in een grote groep
stonden kleine beuken
bij de kweker in de grond
dat vonden ze wel leuk, en

omdat het winterseizoen was
gingen ze in rust
de kleine beuken bijelkaar
Samen en in slaap gesust.

Ze merkten niets van schop en spa
die ze uit de grond optilde
En meegaf aan een tuin-mevrouw
die nieuwe beuken wilde.

De oude brede beukenhaag
was in de loop der jaren
hier en daar wat dun geworden;
als Opa’s grijze haren.

Een paar jonge verse beuken
dat leek een goed idee.
Dus nam de groene tuin-mevrouw
Flink wat beukjes mee.

Iets te veel voor bij de haag:
5 pasten niet meer in de rij
Gelukkig had ze een tuinvriendin:
die kreeg ze en was blij.

De vijf beukjes die ik van Jitske kreeg met kale wortels. Ze staan inmiddels in de kale plekken die wij ook in onze oude beukenhaag hebben. Die haag zal minstens 60-70 jaar oud zijn!



Archeologische opgraving

Zaterdag prachtig weer, wat een verschil met de natte zondag. Zaterdag ochtend om 11 uur ‘even voor de lunch’ naar buiten om de vijf beukjes te planten. Die had ik van Jitske gekregen. Eerst met de de schep plekken zoeken in de oude beukenhaag, waar de beukjes het beste konden komen. Vanaf de kant van de buren, daar loopt de haag vlak langs de garage, en is wat smaller gesnoeid. Makkelijker om met de spa bij de grond te komen. Nu is een beukenhaag ongeveer op zijn doorzichtigst: het oude blad begint, zeker met de flinke wind afgelopen week, steeds meer af te valllen, het nieuw blad moet nog komen. Daardoor viel ook op hoeveel andere struikjes zich inmiddels tussen de haag van beuken hadden genesteld. Uitgezaaide ligusters en cotoneasters, wat verdwaalde hulstjes, en via uitlopers aan de wortels, allerlei kornoeljes. Voordat ik de beuken in de gegraven gaten plaatste begon ik wat van het niet-beuk-zijnde-spul te verwijderen.

Klonk! De schep stootte op steen. En er kwam een baksteen te voorschijn,
Klonk! Klonk! Nog een en nog een.
Inmiddels half 1 lunchtijd, straks verder.

De opgraving leverde zo’n 30-40 bakstenen op.
Ik heb een emmer vol met kleine struikjes met kale wortels in een emmer water staan.
De kleine beukjes staan tussen hun grote familieleden.
De oude picknicktafel is verhuisd naar een plekje verder naar achter in de tuin, dat lukte nog net, voordat ie helemaal uit elkaar valt. Niet om op te zitten, maar om een plantje op te zetten en om langzaam door de tuin en al haar beestjes en plantjes en schimmels en mossen veroverd te worden.

Lekker buiten.
zwarte handen.
kwetterende vogels.
Uiteindelijk tot vier uur heerlijk buiten bezig geweest.

Zondag was nat! Zie de stenen van de opgraving de dag ervoor. Rechts de beukenhaag.
Terras aan in het water

Tuinvogeltelling 2022

Zaterdag was het nogal grijs en vooral heel veel wind. De vogels zaten even op de pinda’s en doken dan weer de struiken in om een beetje te schuilen. Zondag een stuk rustiger en ook bijna de hele dag zon. Met een lekker kop cappucino in de hand gingen we ons half uurtje vogel tellen, van 10-half 11. Mooie oogst, maar vandaag geen staartmees en specht (die zien we bijna dagelijks). Zojuist onze telling ingestuurd naar de website van de nationale tuinvogeltelling. En terwijl ik dit typ hoor ik de hoge piepjes van…. staartmezen.

Onze telling 2022.

Stoepplantjes intro

In het blaadje van IVN, afdeling Haren Groningen las ik een leuk artikel over een ‘citizens science’ project van de Hortus Leiden. De bedoeling is dat je, bijvoorbeeld in je eigen straat, inventariseert welke stoepplantjes er in de kieren tussen stoeptegels, of langs de stoeprand groeien. En dat kun je het hele jaar door doen. De soorten die je gezien hebt kun je dan -digitaal- invoeren in een app. En er is zelfs een stoepplantjes nieuwsbrief!

De Hortus heeft een grote poster uitgebracht (te downloaden of te kopen) met de meestvoorkomende plantjes. Of als je per maand wilt kijken, dan kun je ook de kleine maandposters gebruiken.

Dat lijkt me een mooie activiteit voor dit jaar, elke maand een rondje door eigen straat, en determineren maar. Kan nog net voor de maand januari.

Stoepplantjes januari

Zaterdagmiddag waait er een forse westerstorm, in sommige delen van het land windkracht 10. Niet echt wandelweer, maar ik wil er toch even uit. In ongeveer een half uur loop ik langzaam de straat door, eerst aan de kant van de oneven nummers, aan het eind omkeren, dan helemaal naar het andere kruispunt langs de even nummers, en dan weer naar huis. Telefoon in de hand en neus naar de grond: wat is er zoal te zien aan stoepplantjes…. Ik neem een heleboel foto’s, die ik later thuis -uit de wind, lekker warm- op mijn gemak kan determineren.

Voorbijgangers kijken me wat bevreemd aan.
Wat doet die nou?, hoor ik ze denken.
Heb je iets mooi gevonden?, zegt langslopende buurvrouw Sieneke.
Ik kijk naar stoepplantjes.
Ben je naar paddestoelen aan het kijken, roept bijna-buurman Renze , als hij op de racefiets langs komt. Ik kijk naar stoepplantjes.

Thuisgekomen begin ik met identificeren. Een spreadsheet openen en een lijst maken. Als ik niet zeker ben van het plantje gebruik ik de app Obsidentify. Door in de app een foto te maken met mijn telefoon van de foto die ik eerder buiten maakte en die nu op mijn laptopscherm staat. Werkt reuze goed, in de meeste gevallen. Een enkeling kan ik nog niet vinden.
Zaterdag eind van de middag zit ik op ruim 25 geïdentificeerd, 2 onbekend, en nog een heel stel te gaan. Dat moet wachten tot morgen. De app heeft een limiet aan het maximaal aantal soorten die je op 1 dag kunt identificeren… Morgen verder (of met de telefoon van Eddy).

De oogst van januari 2022
54 verschillende plantjes , waarvan ik er 5 nuet kon identificeren. Deels omdat de plantjes pas net boven de grond waren, of deels vertrapt (stoepplantje, he, daar wordt gelopen.) Wat later in het jaar wordt het vast makkelijker, als de plantjes wat groter worden en ook gaan bloeien.

Opa’s en oma’s: als de kleinkinderen op bezoek zijn, ga met ze op stap om stoepplantjes te zoeken en op naam te brengen. Met een app als obsidentify gaat dat erg goed, met bijna alle suggesties van de app was ik het eens.

Verhuizing Schapenkop

Ergens afgelopen najaar vroeg Jitske om een stek van de schapenkophortensia, die toen zo mooi stond te bloeien. Even wachten tot het voorjaar, zei ik, dan snoei ik hem flink terug. Stekken van het snoeisel slaan goed aan. Bewijs in eigen tuin te vinden. Op verschillende plekken heb ik kleinere en grotere struiken, allemaal gestekt van het eerste struikje dat ik ooit kocht rond 1997. Die staat onder de pergola.

Naast de serre hebben we een tweetal hortensia’s, boerenhortensia’s, en daarvoor, tegen het pad aan, een schapenkop. Die is langzamerhand groter geworden dan de boerenhortensia’s en neemt zo het zicht op de rode en witte bloemen erachter weg. Die schapenkop kwam dus op de lijst om verplant te worden. Nog wel nadenken waarheen….

Een en een is twee.
Ah, natuurlijk! NaarJitske toe. Dan heeft ze niet een stek, maar meteen een struikje van 80 cm hoog. Dus gistermiddag de struik uitgespit.Jitske kwam hem halen op de fiets. Struik achterop, wortelkluit onder de snelbinderspin. En als het goed is staat deze schapenkop inmiddels weer fijn met de wortels in de grond, 1,5 km verderop.

Foto van de nieuwe plek

Crocosmia verhuisd

Najaar 2021 gaf ik Doeke, de imker, een aantal wortelknollen mee van een kleine oranje crocosmia en een paar van de grote knalrode Lucifer. Voor zijn bijenkasten die ongeveer 1 km verderop staan heeft Doeke alleen interesse in bloeiende ‘bijen’planten: planten die van maart- augustus in bloei staan en veel nectar maken. Goed voor de opbrengst van de honing. Crocosmia’s worden nauwelijks bevlogen door de honingbijen. Maar ze zijn wel goed voor de mooi. Doeke brengt de wintermaanden door in zijn appartement in Zuid-Portugal en heeft daar een mooie tuin. Afgelopen week kreeg ik deze foto’s van hem. De knollen had hij deels in de pot en deels direct in de volle grond gezet. En op beide plekken waren er enkele planten veel groter van blad dan de rest. Hoe dat kon?

Nou, twee soorten dus. Bij ons duurt het zeker nog tot mei voordat de planten hier het formaat hebben zoals op de Portugese foto te zien is.

Insectenhuisjes

Van Margriet kreeg ik een nieuwsbrief doorgestuurd, van Bastiaan Meijer, kunstenaar en bouwer van roodstenen insectenhuisjes. En niet zomaar een huisje! Want naast liefde voor insecten en de wens daar goed voor te zorgen, heeft Bastiaan veel interesse in architectuur. De insectenhuisjes die hij maakt zijn dan ook vaak replica’s van bestaande gebouwen. Ooit begonnen als een kunstproject: in een tuin in Amsterdam werd een heel ‘dorp’ van enkele tientallen insectenhuisjes geplaatst. Daarna is Bastiaan er mee door blijven gaan. Bij elk huisje dat hij verkoopt vraagt Bastiaan aan de nieuwe eigenaar een foto te sturen waar het huisje is komen te staan of hangen. Op een kaart op zijn website insectenhuisjes.nl zie je de verspreiding van de huisjes. Ook buiten Nederland.

Even zoeken om het huisje van Margriet op de kaart te vinden. Dit is em denk ik.

Van 2 april t/m zondag 26 juni 2022 zal bij Jan Wilde een Tuin in Westerlee, een expositie van een aantal Groninger huisjes gehouden worden. Ik kan je een bezoekje aan de tuin zeker aanbevelen, vooral in de tijd dat de elfenbloemen – epimediums – bloeien. Daar staan er een heleboel van. Hier een paar foto’s uit de tuin toen ik die ik juni 2016 bezocht. Toen waren de epimediums grotendeels uitgebloeid.

Boven: Entree begraafplaats Esserhof (laatste rustplaats van Ome Job, onze voormalige buurman; na zijn overlijden hebben we zijn helft van het huis bij onze helft van een dubbel getrokken).
Onder: Gereformeerde kerk in Kantens.