Mysterie? Nectar is rood.

De nesocodon Mauritius is een klokje in de familie van de campanulaceae, de klokjesbloemen. Zoals de naam al suggereert komt deze plant -in het wild- alleen voor op Mauritius. Een precaire aangelegenheid, als plant zijnde, als je maar op 1 plek (1 eiland) in de wereld groeit. Ook de dodo kwam alleen op Mauritius voor. De doe is niet meer. Gelukkig zijn er botanische tuinen die ook voor een veilig plekje kunnen zorgen voor planten als nesocodon, maar dan niet in het wild.

De nesocodon (vroeger wahlenbergia) is een struikje van zo’n 30 cm groot, groeit in vochtig tropisch gebied. De klokjesbloemen zijn tamelijk groot, zie foto, en zijn lilapaars. Bijzonder is de nectar. De bloem maakt er erg veel van, het druipt uit de bloem, en is knalrood. Tot een jaar of 20 geleden was het een mysterie waarvoor de rode kleur bedoeld was. Om vogels te lokken? Vogels komen normaliter, zeker in tropische gebieden, op de kleur rood af. Dat is rood van de bloemen, dat je van buiten kan zijn. In 2006 verscheen een artikel die het mysterie oploste. De rode kleur van de nectar is bedoeld als signaalkleur voor gekko’s die overdag op de grond scharrelen tussen de struikjes. Het lijken de gekko’s te zijn die de bloemen bestuiven als ze de nectar komen halen. Volgens een recent artikel komen ze significant vaker af op bloemen die de rode nectar hadden, dan op bloemen waar (voor het experiment) de rector geel was.

Met dank aan Richard.

Varen-draden

Naast de graslelies hebben zijn er meer kamerplanten die we al heel lang hebben. Een daarvan is een varentje. Inmiddels uitgegroeid tot een forse varen. Deze staat hoog boven op de kast en de bladeren hangen elegant naar beneden. In deze tijd van het jaar maakt de varen ook lange bladloze draden. Een beetje harige draden. Nu zijn ze nog groen en meer dan een meter lang, over een tijdje drogen ze in en dan knip ik ze af. Laatst was ik me wat aan het verdiepen in varens en hoe ze zich voortplanten (sporen), en ineens vroeg ik me af welk nut deze harige draden hebben.


Gevraagd aan Roel en gegoogled. Het varentje lijkt een ‘boston’ varen te zijn, erg veel als kamerplant gebruikt. En inderdaad maakt ze, als ze het naar haar zin heeft, ‘leafless runners; ook wel stolons (in het Engels) of stolonen (in het Nederlands) genoemd. Als de varen gewoon in de volle grond staat dan spreiden deze draden zich horizontaal uit en waar ze de rulle ondergrond raken gaan ze wortelen en nieuwe plantjes maken. Iemand, in een klimaat met warmere winters, beschreef de varen als een invasieve plant, zo veel jonkies maakt ze.

Sommige mensen knippen de draden af, omdat ze het een slordig gezicht vinden. Bij ons blijven ze lekker hangen, en pas als de varen een jaarlijkse knipbeurt krijgt om oud en bruingeworden blad te verwijderen, gaan de dan inmiddels ingedroogde haren er ook af.

Zal ik eens een potje met aarde boven op de kast zetten en daar zo’n stolon in vastprikken? Is wel lastig om water te geven. Misschien juist een potje neerzetten op een plek waar zo’n draad ver naar beneden hangt..

Fijn-ingesneden

Veel van de deurgeraniums (pelargoniums) die zomers buiten op het terras staan, logeren al weer een maand of twee in onze logeerkamer. Een paar exemplaren, waaronder twee bloeiende , niet geurende, pelargoniums en een stek van een onbekend exemplaar, staan nog in de serre. Mijn ervaring was vorig jaar dat de bloeiende geraniums in de winter in no time luizen hadden. Dus laat ik ze eerst maar in de serre staan. Stuk koeler, niet helemaal vorstvrij. Als het echt gaat vriezen moeten ze toch even naar de bijkeuken. (Of je knipt de bloemen eraf, hoor ik daar iemand denken….)

Tot mijn verrassing zag ik naast de knalroze en rode – nog steeds – bloeiende geranium, opeens een witte bloem. De stek van eerder dit jaar was gaan bloeien! Met een uiterst elegant wit bloemetje met ingesneden bloemblaadjes en roze hartje. Als je alleen de bloem ziet zou je denken dat het (muskus)kaasjeskruid is. Eens kijken of ik de naam kan achterhalen.

Drie etages

Een graslelie of Chlorophytum is een makkelijke kamerplant. “Bietel”, noemde we ze vroeger thuis, naar The Beatles met hun lange haar. De graslelie vormt een enthousiaste bos langwerpige bladeren. Je zie meestal de bonte vorm, groen met een brede witte streep in het midden. Wij hebben ook al tientallen jaren een egaal groen vorm. Stekken is heel makkelijk. Als de planten gaan bloeien vormen ze een lange bloemstengel, met kleine witte sterbloempjes. Op aan die lange stengels vormen zich dan ook de kind plantjes. Naarmate de kindslaantjes groter en zwaarder worden gaan ze naar beneden hangen. Het mooist is een standplaats op hoogte, in of bovenop een kast. Dan hangen de ’trossen’ met jonge plantjes elegant naar beneden. De kleine plantjes kun je afknippen en oppotten, of eerst een tijdje in een glas water zetten om worteltjes te maken. Naarmate je ze langer aan de plant laat zitten vormen ze zelf ook steeds meer luchtwortels.

Op de foto zie je een moederplant boven in de kast , een generatie kinderen op ongeveer 1 meter boven de grond, en zelfs kleinkinderen, die vlak boven de vloer hangen.

Kersthertje

Sint vertrokken en kerstman in aantocht. Dit weekend de kerstdoos van zolder gehaald en spulletjes weer in d woonkamer neergezet. Vroeger thuis was dat een hele grote doos, zo groot als twee verhuisdozen, Daar kwam ook de hele entourage voor kerstboomdankledimng inclusief kerststal uit. Wij hebben een klein doosje, gevuld met spulletjes die de afgelopen jaren in kerstpakketten e.d. zaten. Geen kerstboom, wel sinds gisteravond weer vrolijk flakkerende (elektrische) waxinelichtjes in de vensterbank.

Nieuw is een houten hertje, dat ik vorige week zelf uitbeitelde uit een voorbereid plankje. Dat was op de ‘beurs’ Tech to the Future, gericht op het enthousiasmeren van 2e klas VMBO leerlingen om in techniek verder te gaan.

Het kersthertje, met links ervan een appel van klei van Ma, een kartonnen vogeltje van Margriet en de schaduw van drie houten beschilderde katten op een rijtje van Uschi. Waar het houten ovaaltje (ook voor een theelichtje) vandaan komt weet ik niet meer.

Zelf hebben we nooit een kerstboom, wel een al heel veel jaar opnieuw gebruikt kerststukje, heel mooi ingedroogd. Als we naar buiten kijken kunnen we volop lichtjes zien van de buren van de buren en van de overburen. Kort geleden werd er bij Dirk jan aan de overkant een vlaggenmast in de voortuin gezet. Nu snappen we waarom: voor de kerstverlichting!

Rechts op de foto ons huis, links de nieuwe ‘vlaggenmast’-kerstboom van DirkJan.

Bloeiende pelargoniums

Zowel in de serre als de overwinteringsplek op de logeerkamer zijn nog een paar pelargoniums (in de volksmond geraniums) die bloeien. Van geen van allen weet ik de naam, het zijn allemaal krijgertjes.

Ook in de knop heel fotogeniek, met de haren aan de buitenkant. De planten met donkerrode en rode bloemen (links) hebben als nadeel dat ze binnen bij het overwinteren erg makkelijk luizen krijgen. Afgelopen jaar in ieder geval wel. En die luizen kunnen dan overstappen naar andere planten in dezelfde ruimte (vorig jaar een streptocarpus, die nooit meer luizen-vrij geworden is en die ik buiten laat staan (zal na de eerste vorst het loodje leggen); en het sinaasappelboompje. Die heb ik nu binnen, maar in een andere ruimte

Naar Zolder

Afgelopen paar weken had ik de verschillende pelargoniums / deurgeraniums allemaal al wat dichter bij elkaar gezet, en onder het afdak van de serre. Toen er een dikke week geleden een erg koude nacht aan leek te komen gingen ze de onverwarmde serre in. En nu heb ik ze nageplozen op beestjes (vast niet allemaal gevonden), doe blaadjes en takjes verwijderd, potten van buiten een beetje schoongemaakt en toen de trap op. Naar boven, naar de (heel weinig verwarmde) logeerkamer op de bovenverdieping. Vorig jaar heb ik de geraniums voor het eerst echt in huis overwinterd, koel, licht en bijna droog. Was toen erg goed bevallen. Doen we dit jaar weer. Het worden er wel steeds meer, flink wat stekken genomen dit jaar. Veel zijn ervan aangeslagen en apart opgepot. En nog enkele tientallen gewoon als stekje op water, in een glaasje. Al een maand of 2-3.

Met een nogal begroeide logeerkamer tot gevolg.
Voor als je weer langskomt, Ingrid !

Vaas

Niet bepaald subtiel, de kleuren combinatie van deze grote bos bloemen. Een gegeven bos bloemen kijk je niet in de bek, dus mooi stelen schuin afsnijden, bloemen in de vaas draperen, en in de vensterbank zetten. Ik vind het leuk om van dichtbij naar de verschillende vormen (en kleuren) te kijken.