Wereldmussendag

Afgelopen donderdag, 20 maart, was het wereldmussendag. Het initiatief is ontstaan in Frankrijk en India in 2010. Mussen zijn de meest wijdverspreide vogels ter wereld, ze komen voor op alle continenten , behalve Antarctica. Oorspronkelijk alleen in Eurazië, maar na de laatste ijstijd, begonnen ze zich te verspreiden. En toen de mens 6000 Jara geleden met landbouw begon ging het pas echt hard met de mussen. Ze ontwikkelden een dikkere/ hardere schedel en stevigere snavel. En daarmee werden ze een echte mensenvolger. Door hun aangepaste bouw konden ze letterlijk ‘een graantje meepikken’. Waar andere vogels de harde graankorrels niet konden kraken konden mussen dat wel.

Vanmorgen een leuk item over de mus op de radio. Beluister het item op Vroege Vogels. De mens heeft de mus waarschijnlijk wel een handje geholpen. Door een aantal exemplaren ‘per ongeluk’ mee te nemen op schepen naar bv de Amerika’s. Of express omdat emigranten de mus zo gezellig vonden en enkele exemplaren mee namen. Voor een beetje thuisgevoel ver weg van huis.
Leuk weetje: hoewel de huismus de meest wijdverspreide soort is, blijft een individuele mus meestal zijn/ haar hele leven in een heel klein gebiedje wonen, een paar km rondom de geboorte plek.

Vanmorgen werden we weer vrolijk wakker getjilpt.

Primula weer ‘us

Jaaaaa, daar zijn ze weer!!
Ook dit jaar weer de lenteaankondigers ten top:
de primula’s veris aan de vijverrand.

Steeds een paar meer.
Eerst kleine verkreukelde blaadjes.
Dan een stevig groen rozetje.
Het begin van een knopje,
een gebogen stengeltje
buigt sierlijk haar nekje uit.
Daar bungelen de klokjes.

Primula Veris, echte sleutelbloem.
Veris betekent lente.

Laag bij de grond

Omdat het – in theorie- in maart nog heel koud kan zijn, zijn vroege bloeiers als stinzenplanten vaak laag. Beetje beschut door omringende struiken of bomen. Leuk om ze eens op hun eigen hoogte te bekijken. Door de knieën of op je buik liggen kan. Of met je mobiel een paar foto’s maken en later op de bank bekijken.

Varen nest

Een beetje aan het opruimen geslagen in de tuin.
Steeds een stukje.
Zoals het afgestorven blad van deze varen.
De knoedel nog opgerolde bladeren, bijna alsof het eieren in een nest zijn.
Met de belofte van vers groen, links onder zie je het eerste stukje groen..
Als het eind deze week weer wat warmer is zullen de eerste bladeren zich wel gaan ‘ontkrullen’.
Niet vergeten snel weer even te gaan kijken,

Staartmees – dopsnavel

Als een kind een klein kort neusje heeft, dan noemen we dat een dopneusje.
Dat woord past wel bij het korte stomp driehoekige snaveltje van de staartmees: een dopsnavel.

Zoals altijd kwamen de staartmeesjes vandaag weer in een groepje langs. Naar elkaar roepend met hoge geluidjes. Je hoort ze vaak al van verre aankomen, en even later ook weer vertrekken. Je moet wel met de camera in aanslag zitten als je ze hoort, want vlak erna zie je alleen nog de achterkant van de vertrekkende troepjes staartmezen. Enorm fotogeniek.

Voor het geval je het nog niet wist: een startmees is geen familie van de mezen, als koolmees en pimpelmees.

Grote toeter

Eddy heeft een grote toeter gekocht, een enorme telelens, 150 – 600 mm. 2 kilo schoon aan de haak. Bedoeld voor sterrenfoto’s en maanfoto’s, maar natuurlijk ook om uit te proberen op vogels in de tuin. Is best lastig, want ze zitten natuurlijk niet stil. De eerste foto’s, met de camera met enorme lens gewoon los in de hand, zijn veelbelovend.

De eerste bruine kikker

Op zaterdag 8 maart ben ik een groot deel van de dag in de tuin geweest. IN het begin met een jasje, later in fleece, en nog later was T shirt genoeg. Een flinke slag geslagen in het opschonen van de vijver. En terwijl ik. daarmee bezig was hoorde ik vlakbij geritsel. Steeds dichterbij. het bleek de eerste bruine kikker te zijn die terugkeerde naar zijn/haar geboorteplek: de grote vijver in onze tuin. Een klein zetje, en plons, de vijver in.

Noor, de buur-kleindochter , kwam kort daarvoor langs om te kijken of er al kleine kikkertjes waren. Nee, dat niet. Geen kikker te zien. Beetje teleurgesteld ging ze weer naar opa en oma. Kort daarna kwam deze eersteling de vijver in. Snel nog even Noor gehaald om de kikker -onderwater – te bekijken.

Later kwamen er nog een paar kikkers bij. Nog geen groot feest, zal niet lang duren.

Lenteweekend in maart

Zo warm was het niet eerder op 8 maart (*), ver in de dubbele cijfers, op zaterdag 18 graden in Groningen, zondag een fractie koeler met 16 graden. Na de winter en grijze dagen, is het heerlijk om in T shirt in de zon te zitten. s Middags dan, vannacht nog lichte vorst hier. Ook geweldig om in de tuin aan de gang te gaan. De winter is klaar, afgestorven plantenresten mogen weg. Een beginnetje daarmee gemaakt, en stukjes van de tuin zien er al weer opgeruimder uit.

Is de tuin klaar?
Nee, natuurlijk niet!
We beginnen pas.
We beginnen nu pas echt.

De tuinstoelen erbij en na een lange tuindag (zaterdag) en fijne wandeling (zondag) is het heerlijk toeven. Nu nog even op het grasveld, de zon bereikt het terras nog niet.

(*) Klimaattechnisch niet zo’n goed nieuws: dat er al weer een warmterecord is gebroken. ‘Record’ klinkt als goed, en dat is het ook in de sport. Maar om de hoger en hoger wordende temperaturen te beschrijven is het misschien niet het beste woord.

Nervatuur

De nervatuur, of nerfstructuur, van een blad zorgt voor de versteviging van het blad én voor de aanvoer van water en voedingsstoffen en de afvoer van afvalstoffen. De hoofdnerf loopt van de voet van een blad naar de punt, en verdeeld het blad in twee, vaak gelijke, helften. Uit de hoofdnerf komen zijnerven, die zich weer vertakken in de fijnste nerven, de aderen.

Je hebt handnervige vormen, vedernervig, drie-nervig, vijfnervig , netnervig, voetnervig, rechtnervig en kromnervige bladeren. Bij sommige planten blijft de nervatuur behouden, ook als het blad in de herfst en winter verteert. Dat kan bij bladeren , maar ook bij bloembladeren gebeuren. Met als bekend voorbeeld: de uitgebloeide bloemen van een (boeren) hortensia. Denk dat dit netnervig is.