Op tuinbezoek bij Wijka

Vorig jaar kwam Ina, van het koor, met haar schoonzus een keertje op tuinbezoek. Ze namen een paar plantjes mee en ‘reserveerden’ een molinia zaailing, die op dat moment niet verplantbaar was. Dit voorjaar kwamen ze de molinia’s ophalen. En van de week kreeg ik uitnodiging om op de thee of koffie te komen in de tuin van Wijka. Samen met Ina. Ik vroeg Jitske om mee te gaan en afgelopen vrijdagochtend gingen we langs.
In Zuid Groningen, maar een paar kilometer fietsen. Wijka woont vlak bij het Hoornse meer, 15 jaar geleden dit huis betrokken, en 4 jaar geleden de tuin geheel naar eigen wens en inzicht helemaal herontworpen en ingericht. Het is geen grote tuin, 10 meter breed en ongeveer even diep. Door het ontwerp en het gebruiken van de volle breedte van de tuin lijkt de tuin veel groter. Met ‘ de volle breedte’ bedoel ik: niet een pad in het midden en dan tegen de grens met de schutting/ scheding) met de muurtuinen aan weerszijden een border.

Wijka deed dat anders. Een schaduw terras vlak bij het huis, dan een strakke ruitvormige verhoogde border midden in de tuin. Grindpaden er omheen. De overblijvende vakken vol met planten, geen klein fijn grit, maar grote bladeren, stevige planten. Wijka zegt: ik houd vooral van baldvormen en structuren. Veel groen. Afgewisseld met accenten zoals de paarse alliums, en her en der lichte ‘wolken’ van de witte boterbloen.

Grote -zelfopgekweekte- buxusbollen geven de tuin ook in de winter een mooi strak aanzicht. Langs de enorme conifeer kun je doorlopen naar een vlonder terras aan de achterkant van de tuin. Ook bijna over de volle breedte. En direct daar achter, daaronder eigenlijk, een brede sloot. De coniferen die je tussen de donkergroene cipresvormige conifeer en de grijsbladige sierpeer rechts ziet staan aan de overkant van die sloot, in de tuin van de achterbuurman.

Wijka vertelt dat toen ze in dit huis kwam wonen de tuin bestond uit een vaal stukje gras; halverwege de tuin begon een helling naar het water. Daar was een zitje, buiten zicht van het huis. De cipresvormige conifeer was er al, iets meer dan een meter hoog en stond aan het begin van de helling – met trapje- naar de sloot. De eerst grote tuinactie was destijds de tuin ‘vlak’ maken door het grote vlonderterras op gelijke hoogte met het eerste deel van de tuin te maken. En dus een heel stuk hoger dan het watertje. Wijka vertelt: wij waren de eerste met zo’n terras , later gingen allerlei buren dat ook doen. De conifeer is nu reusachtig, maar mooi smal voor zijn grootte. Wijka wil hem absoluut niet kwijt. Wel heeft ze al een keer een stukje uit het vlonder moeten zagen, omdat de conifeer daar steeds meer tegen aan begon te duwen.

Roodbloeiende aardbei

Het hart van fragaria x ananassa ‘Lipstick’

De gewone aardbei die we in de (moes)tuin gebruiken is een hybride. De botanische naam is Fragaria x ananassa. Er zijn veel varieteiten te koop, sommige soorten bloeien 1 maal , andere zijn doordragers. Al deze aardbeiden hebben witte bloemen, met vijf bloemblaadjes.

Aan het eind van vorige eeuw probeerden kwekers nieuwe hybriden te kweken die roze of rode bloemen droegen. Hiervoor moesten ze op zoek naar een andere plant dan een fragaria (die immers allemaal wit bloeien), en ze kwamen uit bij een nauw familielid: potentilla palustris, de wateraardbei. Net als de gewone aardbei, hoort de potentilla bij de rozenfamilie. Na het kruizen van beide soorten en toen weer terugkruizen met een andere aardbei leverde als eindresultaat een roze en een roodbloeiende aardbei. ‘Pink Panda’ werd gepatenteerd in 1991, ‘Lipstick’ kort daarna. Beide kunnen vruchten maken, die prima eetbaar zijn, en een beetje op de vruchten van de bosaardbei lijken. Kleiner dus dan die van de gewone aardbei, en laag in aantal.

Vanaf nu noem ik de roze aardbei bij ons in de tuin gewoon ‘Lipstick’. De kleur is opvallend, en vooral as het net geregend heeft stralend rood.

Groen ommetje

Voor vandaag, zondag, was het beste weer in de eerste helft van de ochtend voorspeld. Dus om half negen gingen we -vanuit huis- aan de wandel. Rondje van bijna 2 uur, dus mooi op tijd terug voor de koffie. En net voor de buien uit.
Langs het Friesche Veen, Landgoed Vennebroek, stukje van de Landgoederenroute. Een ruiterpaadje, heel smal, verboden voor wandelaars. Hoezo? En toen we er aan de andere kant uit kwamen -op een weggetje- stond er een artikel 461 -verboden-bordje. Huh? Waar blijven de paarden dan die dit ruiterpad volgen.

Mooie doorkijkjes op het boerenland net buiten Paterswolde. Hertjes hier en daar, heel veel zingende vogels. En groen, overal groen. Je zou dit maar als uitzicht vanuit je huis hebben….
Voor ons nog geen half uur lopen vanuit huis. Zo mooi.

Tuin tv

Afgelopen week was de Chelsea flower show. OF eigenlijk: zou de chelsea flowershow geweest zijn. 150000 bezoekers in een kleine week. Dat kon dit jaar natuurlijk niet doorgaan, alle grote evenementen zijn afgelast. Twee van de vaste presentatoren, Monty Don en Joe Swift waren toch elke avond, zoals in andere Chelsea-weken, op de tv. Deze keer elk vanuit hun eigen tuin, met familieleden die de camera vasthielden. Met fragmenten van de afgelopen 10 shows werd elke avond een ander thema belicht.

Vrijdag avond werd het digital-chelsea programma nog gevolgd door een ‘gewone’ Gardeners World. Met deze keer weer een rapportage van een mooie tuin in de Cotswolds. Bourton-on-the-Hill. Ik herkende het meteen. Vorig jaar daar -met Jitske- op bezoek geweest tijdens een tuinreis. De head gardener is Jacky Rae, een enthousiaste dame die al 19 jaar in de tuin werkt, de laatste twee als head gardener. Uit de reportage (van augustus 2019) bleek dat er elk jaar gigantische aantallen kleurige 1 jarigen worden aangeplant in deze tuin. Toen we de tuin in juni 2019 bezochten werd er nog volop geplant: de niet winterharde 1 jarigen. Wat een kleuren: rood, oranje, paars.
Tuinreisje naar het buitenland zit er voorlopig niet is. Wel meteen twee tuinbezoekjes gepland voor komende week. Ook dichtbij veel te zien.


A riot of colours

Er groeit en bloeit van alles door elkaar in onze tuin. Niet erg rustgevend voor het oog soms, maar ik wordt er wel erg vrolijk van.

Midden achter zie je een grote bos gras opkomen. Miscanthus sinensis ‘Kleine Silberstpinne. Daarvoor en felpaarsroze bloemscherm van een allium putple sensation.

Bij het een beetje rond lummelen in onze fietsenschuur kwam ik de verpakking van bloembolle weer tegen. 4 alliums purple sensation. Op de foto lastig te zien, maar het zijn er vier, sommige met meerdere stengels uit de bol. Al weer glad vergeten, maar ik heb toen ook 1 allium mount Everest, een witte geplant. Kijken in de buurt van de purperen alliums of daar nog een vijfde opkwam. Ik zag niks. Waar zou ik die geplant hebben…

Da’s handig van een digitaal tuindagboek (zoals dit blog), je typt een woord in (‘everest’) en TADAAH, daar komt meteen de datum te voorschrijn waarop ik een stukje over de alliums heb geschreven. 29 december.
Vaak schrijf ik erbij waar ik ze geplant heb, maar deze keer niet. Toch heb ik een vermoeden wara de witte allium staat, met een ‘clue’ uit het stukje van 29 december. Wie lost het mysterie op.?

Vogelverhalen: gast

Kom snel kijken, zei Eddy, wat er nu voor vreemde vogel op de pindasilo zit. Dit is de pindasilo aan de zijkant van het huis, op een afstand van zo’n twee meter van de erker. Mooi om hier vogels te bekijken in de winter. Heel langzaam komen aanlopen, dan schrikken ze niet.

Deze hadden we nog niet eerder gezien. Eddy ging hem van dichtbij bekijken.

Vreemde vogel op de pindasilo. Klik op de link voor filmpje.