Zondagmiddag was er een themarondleiding in de Hortus, met als gids mijn naamgenoot Tineke. De ploeg rondleiding-vrijwilligers van de Hortus hebben samen een programma gemaakt voor de komende maanden, met steeds wisselende thema’s, afhankelijk van het seizoen. En nu, 2 april was het een stinzenwandeling. We hadden er prachtig weer bij, zeker als we een beetje uit de wind bleven.
Je hebt stinzenplanten en regionale stinzenplanten., vertelt Tineke, en niet-stinzenplanten-die-wel-op stinzenplanten-lijken. Stinzenplanten zijn een paar eeuwen geleden ingevoerd en gebruikt als vroegbloeiers op Stinzen, Borgen en Havezathen. In de parkachtige bossen van deze grote landhuizen. En regionale stinzenplanten zijn planten die in Groningen en Friesland vroeger niet voorkwamen (en zijn ingevoerd), maar in andere delen van Nederland (Zuid Limburg bv.) wel voorkomen. Onze eerste stop was bij een rijtje zomerklokjes, vlak bij de ingang van de Chinese tuin. Dat zijn dus géén stinzenplanten, ze zijn hier inheems, maar lijken wel erg op sneeuwklokjes en lenteklokjes die weer wel stinzenplanten zijn.
We proefden de bloemblaadjes van de stermagnolia en bloezem van het kroosje. We roken de herkenbare knoflook-uien geur daslook, die in voedselrijke delen een heel tapijt vormt (nog net niet in bloei) en keken naar de verschillen en overeenkomsten tussen hopwortel en vingerhelmbloem. Sneeuwklokken, krokussen en wilde narcis waren net uitgebloeid. De eerste kievietsbloemen bloeiden, maar voor het echte spektakel nog even wachten. Op zonnigere plekken zagen we de witte sterretjes van de bosanemoon verspreid in het gras onder de bomen. Weet je het verschil tussen een oosterse sterhyacint en sneeuwroem?, vraagt Tineke. Het zijn allebei kleine diepblauwe bloemjes. Het onssneeuwroem als de bloem je ‘aankijkt’, heeft ook een wit hartje. Als het bloempje naar beneden hangt is het geen sneeuwroem.