


Alles in en om onze tuin
Aanvankelijk hadden we alleen paarsblauw bloeiende bosooievaarsbekken in de tuin. Een heel rijtje, bloeiend in mei en nog een beetje in juni. Magneet voor bijtjes. De geranium zaait zich wat uit, maar niet vervelend, blijven compacte planten, in bloei zo’n 50 cm hoog.
Bij de zaailingen zat af en toe een wit exemplaar, meestal waren het de paarse. Maar als ik nu kijk zie ik op heel veel plekken de witte, geranium sylvaticum ‘Album’. Wit is aan de winnende hand! Bij deze geranium hangen de knoppen eerst in trosjes naar beneden, en als een bloem bijna opengaat richt de tros zich op en gaat omhoog staan.
Vorig weekend waren de akeleien nog dicht, nu staan ze volop te bloeien. In allerlei tinten, van bijna wit, witgroen tot diep donker paars. En ook vele tinten roze, wat laf licht roze, maar ook stralend donkerroze kleuren.
Het weekend was er een van regen, loodgrijze hemel, dikke bui, en dan weer felle zon. Met de behoorlijk hoge temperatuur, tegen de 20 graden, ploft de tuin bijna uit elkaar van het groen. Na zo’n bui, met de zon op de nog natte planten, zijn de kleuren intens.
Onze oprit is in de loop der jaren steeds smaller geworden door oprukkend groen. De brede strook tegen het huis aan in cypreswolfsmelk, ooit een plukje op de hoek van het huis, nu een brede zoom.
Tweede tuinklus deze week, een stukje van het grindpad, dat nogal begroeid en bemost was geraakt, afschrapen met een graafhappertje. OP de bovenste foto is dat de linkerkant van de oprit. Vrijdagochtend was ik begonnen met het weer vrijmaken, zichtbaar maken van de bielzen en keitjes die oorspronkelijk de scheiding tussen oprit en border vormden. Dat was flink graven en scheppen.
‘ s Middags kwam de graver, en toen heb ik gevraagd een wat breder stuk te schrapen, als ie er toch is. Met planten in het grind en al ging de bovenlaag eraf. In ongeveer een half uur.
En nu ligt het kaal te wezen voor een week. Volgende week komt het grind. Dit weekend zo veel mogelijk egaliseren.
NB. Eddy heeft proefondervindelijk aangetoond dat de wortels van de kleine Japanse duizendknoop sterker zijn dan de hark van Gardena.
Langzamerhand zijn er heel wat planten uit onze tuin, naar andere tuinen verhuisd. En omgekeerd hebben wij krijgertjes te kust en te keur.
Bij het naarstig harken van onze oprit (egaliseren voordat het nieuwe grind volgende week komt) brak de hark. In het lokale tuincentrum Tubantia ging ik een nieuwe halen, zo’n blauwe Gardena. En zoals meestal raakte ik even aan de praat met de mevrouw van de Tubantia. Niet over sneeuwklokjes deze keer, die zijn al uit beeld, maar wel over andere bollen. Dat het een goed bollenjaar was geweest (niet te warm, dan zijn ze zo snel uitgebloeid). Of ik nog een plekje in de tuin had, vroeg ze. Nou is wel even zoeken, zei ik. Ze gaf me twee bakjes kleine botanische narcisjes mee. Vrijwel uitgebloeid, maar aan de laatste bloempjes kun je nog zien hoe ze eruit zien. Echt piepkleine bloempjes, het trompetje niet gefranjerd, maar meer een geel ballonrokje, hoepelrokje. De bloemblaadjes heel zacht wit geel.
Ik heb ze in de voortuin, naast de biels geplant. Op een plek waar ik niet in de loop van het jaar opeens wat anders neerzet. Dus volgend voorjaar, als je langs onze tuin wandelt: kijk naar de mini narcisjes in volle bloei.
Ons terras ligt op het noorden en er komt ’s winters vrijwel geen zon. In het voorjaar betekent dat dat er een zwarte algen aanslag op de witachtige tegels komt. Eddy toog naar de buren om de hogedrukreiniger te lenen. Alles van het terras en spuiten maar. Na een uurtje was het terras weer bijna wit, en Eddy zijn klompen en broek nat en onder het zand.
Daarna alleen nog de tuinstoelen terug zetten en morgen wat zand over de tegels vegen, om de schoongespoelde kiertjes tussen de tegels weer te vullen.
Zuurbes of berberis vulgaris is een struikje met vervaarlijke stekels. Als prikkelstruik kom je hem vaak tegen in gemeenteperkjes. De donkerrode vorm wordt ook vaag als heg gesnoeid. Wij hebben een vrijuit groeiend exemplaar in de tuin. Ongeveer een meter hoog en nog iets breder. En nu staat ie in bloei. Als je niet oplet valt het misschien niet op, licht geel groene bloempjes. Heb je de struik vlak bij een pad staan, dan merk je het wel. Vooral als de zon schijnt. Dan wijst het gezoem van de insecten je op de bloeiende bloempjes. Juweeltjes in zacht geel. Berberis heeft ook een fraaie herfstkleur en grappige rode (en ja zure) besjes.
Leuk weetje van een Engelse website, zou best wel eens waar kunnen zijn: Linnaeus gaf de zuurbes als soortnaam berberis naar het Noord-Afrikaansenomadenvolk de berbers. Linnaeus dacht dat de plant uit Afrika kwam.
Of toch deze uitleg: De monnik Constantinus Africanus gebruikte al in de 11e eeuw de naam Berberis in zijn boek over planten. In dit geval zou de naam afkomstig zijn van ‘barbarian’; de Romeinen noemden de Germanen ook wel Barbarians.
Pasen en Pinksteren vallen -per definitie- niet op 1 dag.
Of toch wel? De pinksterbloemen bloeiden dit jaar met (de late) Pasen.
Deze pinksterbloemen staan bij ons in de tuin.
Wist je trouwens dat de Engelse naam van de pinksterbloem Cuckoo-flower is? Onze koekoeksbloem heet weer anders, namelijk Red Campion (dagkoekoeksbloem) of ragged robin (echte koekoeksbloem). Wat is in een naam? What’s in a name?
Wat gaat dat snel.
Wat bloeit er veel.
Wat mooi!
31 maart vertrokken, 7 april terug van vakantie.
Rondje door de tuin met fototoestel.
Vorige week in Portugal geweekt, prachtig weer, veel zon, graad of 22. Het weekend weer terug gekomen, en vandaag zondag 9 april was het Portugees weer. Zon, graag of 20, heerlijk. Lekker in de tuin geweest, tuinvriendin Jitske kwam langs, en buiten gegeten op het terras.