Marijke van Ninabel

Afgelopen week weer een interessante IVN lezing in Groningen. Deze keer door Marijke Akerboom, van kwekerij Ninabel: over insecten en biodiversiteit. Jaren geleden schreef ik al eens een blogje over haar kwekerij. Deze keer sprak ze vooral over insecten. In soorten en maten. Geboeid luisterden we naar alle feiten en weetjes, die Marijke enthousiast en met humor vertelde. Tegen 10 uur ’s avonds (start was half 8), toch maar gestopt….

Wat is het nut van insecten?

  • voedselbron (gegeten worden)
  • verdelger (eten van andere insecten)
  • rommelopruimers (eten van plantaardig/organisch materiaal)
  • bestuivers

Zorg: in laatste 30 jaar ongeveer 70-75% van de biomassa aan insecten verdwenen. Zo zijn er bijvoorbeeld bijna geen loopkevers meer te vinden op veel plaatsen. Deze verpozen overdag liefst wat hoger in een houtwal, en komen dan ’s nachts naar beneden om te fourageren. Steeds minder houtwal= steeds minder loopkever. Tegenwoordig zie je dat langs akkerranden nu soms een ‘keverbank’ wordt aangelegd.


Weetjes (voor ik ’t vergeetjes)

  • insecten ruiken en voelen met hun pootjes
  • een wilde bij (individu) leeft ongeveer 6 weken
  • 2/3 van de wilde bijen soorten nestelen ondergronds
  • er zijn 70 soorten zandbijen, veel daarvan leven van stuifmeel/nectar van de wilg
  • nectar vooe eigen energie van de bij, stuifmeel voor de larven
  • ongeveer 360 soorten wilde bijen in NL , waarvan helft op rode lijst
  • 750 soorten kevers in NL, veel op dood hout. geen concurrenten, allemaal anders gespecialiseerd
  • mannetjes wilde bijen luieren grootste deel van de tijd, in de schemering kun je mannetjes vn de klokjesbij in campanula’s zien slapen
  • het mannetje van de grote wolbij is de enige die een actieve rol heeft naast de initiĆ«le paring van met een koningin: hij patrouilleert heel driftig rond een bosje bloeiende betonie waar een aantal werksters nectar en stuifmeel verzamelen. De enige bij die dit gedrag vertoont
  • vroeger 19 hommelsoorten in NL, nu nog 7 die je regelmatig ziet
  • de tuinbladsnijder, een behangersbij, kan in ongeveer 10 sec. een rondje uit een blad snijden; vaak rozen
  • pimpelmees vangt voor 1 nestseizoen 10.000 rupsen
  • zwaluwen vangen in een seizoen een miljoen vliegen en muggen
  • stadsreus (grote zweefvlieg) leeft in oud hoornaarnest, en ruimt daar het oude spul van voorgaande jaar op
  • leemwandje (foto 2 en 3): lemige grond, met veel zand in kistje; in de zon ophangen en op een luwe plek, onder afdakje. ; evt gaatjes boren, indien wat vocht, dan doen bijen dat zelf
  • een stukje in de zon, 30 cm diep zand (ophoogzand/ vulzand/ fijnste zand)
  • naast metselbijen zijn er ook metselwespjes. Wespen zijn vleeseters, dus de metselwesplarfjes krijgen levend (maar verlamd) voedsel in hun kamertjes: bv jonge spinnetjes.
  • graafwespen vangen meestal volwassen insecten als voer voor hun larven onder de grond
  • als je brandnetels in de tuin hebt al waardplant voor de rupsen van vlinders… zet ze in de zon, en zorg voor een groot stuk: volgens Marijke 10 m2 voor 1 ‘nestje’ atalanta rupsen…

TIP: stad Groningen heel actief met vergroeningstrajecten in wijken. Subsidiemogelijkheden.

TIP: zorg voor veel verschillende biotoopjes in je tuin: hoog, laag, zon, schaduw, dood hout, altijd iets bloeiend. Sleutelwoord: gefaseerd en variatie

TIP: een goed bijenhotel is uit hard hout, gaatjes minstens 15 cm diep, en helemaal met gladde randen. Gaatjes 2-8 (max. 10 ) mm. Veel goedkope bijenhotels, zelfs de hotels van natuurmonumenten, zijn niet goed: te korte stokjes, te grote gaten, niet dicht van achter…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *