Smullen voor bijen en zweefvliegen. De snackbar is geopend.
Honingbij, bandzweefvlieg en mica-platvoetje (de kleine donkere zweefvlieg rechts op foto 3)
Alles in en om onze tuin
Smullen voor bijen en zweefvliegen. De snackbar is geopend.
Honingbij, bandzweefvlieg en mica-platvoetje (de kleine donkere zweefvlieg rechts op foto 3)
Ze vliegen weer rond! De verse ‘vanessa atalanta’, een van onze grootste dagvlinders. In Engeland heten ze ‘Red Admiral‘ . Ik dacht altijd dat het genoemd was naar een rode admiraal: admiraalstrepen op een uniform. Maar het blijkt dat vroeger de naar anders was, red admirable, zie de oxford dictionary, de ‘bewonderingswaardige rode’. Met als fijne detail: de lichtblauwe vlekjes onderaan de vleugels de de gestreepte antennes. Atalanta’s zijn rustige vlinders, die vaak lang blijven zitten en je rustig dichtbij laten komen om ze goed te bekijken. Hier op de hortensia’s, gegroeid uit stekken uit Bunnik.
Drie rupsen deze keer.
1. De eerste zag ik vorige week net naast de deurklink van onze buitendeur zitten. Het is de rups van de plakker, als rups erg opvallend, als (nacht)vlinder is het mannetje bruinachtig met grote geveerde antennes, het vrouwtje bijna wit met een ‘bontkraagje’. Het vrouwtje ‘plakt’ haar eitjes tegen de schors van een boom. Grappig dat de voorste ‘stippen’ op de rups rood zijn, de achterste zijn zwart.
2. de tweede zat het een aantal soortgenoten in de bloemkool die ik bij de jumbo kocht. Ze zaten er lekker binnenin, en vielen pas op toen ik de roosjes van de stronk haalde. Stuk of vijf. Deze opd e foto is groen, maar ze leken -afstekend tegen de witte bloemkoolstronk- wat meer turquoise -groen . Larfjes/ rupsjes van de koolvlinder of de agaatvlinder of de kleine wintervlinder. Ik maakte drie foto’s en obsidentify gaf drie antwoorden …
3. Op de laatste foto de jacobsvlinder, met zijn bonte geel zwart gestreepte pak. Foto toegestuurd door Astrid, die stukje verder op in de straat woont en ook dit blog leest.
Nou vooruit,, nog een keer over slakken. Wat wel en niet te doen. Efficiënte opruimers van organisch materiaal, afgevallen bloemen, afstervend loof en per ongeluk platgetrapte soortgenoten. Maar helaas ook van planten die net beginnen te groeien en ‘efficiënt’ bij de grond worden afgeknaagd.
Toevallig las ik zondag in de krant over Gronings bedrijfje ‘Aaltjes online‘ die een beetje te veel aaltjes hadden ingekocht, ze niet verkocht kregen, en deze nu gratis weggaven. De aaltjes zijn maar beperkt goed te houden, en de eigenaren van aaltjes online vonden het geen optie om ze weg te gooien.
Ik was niet de enige die afgelopen maandag een zakje aaltjes ging halen, vertelde Kevin. “Wij zijn het bedrijf in Nederland met de meeste (huis) dieren: 75 miljard aaltjes.”
Ze gaven bijna 2000 zakjes weg, twee zakjes per klant. Ik vertelde dat ik er een stukje over ging schrijven op mijn blog (dat lees je nu) en toen kreeg ik er drie. 30 miljoen aaltjes in drie kleine zakjes. Twee dagen in de koelkast. Volgens de instructie ; net voor of na een regenbui, niet overdag (de aaltjes kunnen niet tegen UV (direct zonlicht). Nou die regenbui, dat was niet zo moeilijk. Ik heb woensdagavond de emmers water met aaltjes gemengd, en in totaal in 6 gieters (x 10 liter) over verschillende delen van de tuin uitgegoten. Terwijl het inmiddels weer begon te regenen…..
Het verhaal haalde ook de NOS.
LOI staat in dit geval niet voor ‘letter of intent’ maar voor Landelijke Open Imkerij dagen. Onder andere in de Hortus Haren in het weekend van 13 en 14 juli. Vanmiddag na de lunch wandelde ik daar even heen om een kijkje te nemen. Bij Hugo, onze vaste Hortus imker, en ook een aantal bezoekende imkers. Was voor mij een kort bezoekje bij de bijenstal. Ik kwam aangewandeld, net in gesprek met een van de imkers, toen een wat onrustige bij (dreigende regen, volkje dat op zwermen stond) me abrupt in mijn lip stak. Even schrikken, dat wel. Ik vroeg de imker om de angel uit mijn lip te halen, dat deed hij snel en goed. Niet pijnlijk, paar uur een wat dikke lip gehad, maar inmiddels weer normaal. Belangrijk om dus altijd de angel na een steek zo snel mogelijk te verwijderen.
Volgende keer ga ik wel weer even kijken in de bijenstal.
Ria ken ik uit de Hortus, waar zij de winkel runt. Ik was nog niet eerder bij haar in de tuin op bezoek. Mooi om dat nu bij het Open Tuinen Weekend van Groei en Bloei Groningen-Haren te doen. Ongeveer 200 vierkante meter en gevuld met heel veel planten. Een beetje ton-sur-ton, veel blauw paars (roze) tinten, heel bewust gekozen door Ria toen ze de tuin 5 jaar geleden opnieuw inrichtte. Een relatief kleinen tuin, en voor het rustige beeld niet al te veel kleuren. Ria heeft met planten ook de hoogte opgezocht, langs muren, afbakening tuin en pergola. Daardoor lijkt de tuin veel groter. Ook drie zitplekken; een vlak bij het huis, het bankje van de opa van Kees (die werkte destijds in het Stadspark en kreeg het bankje bij zijn afscheid kado van de gemeente Groningen), en -favoriete plek van Ria- de stoelen tegen het tuinhuisje aan, beetje in de schaduw en met een tingel tangel (Ja, uit de Hortus winkel ) ernaast heel rustgevend.
Ria vertelt dat ook zij flink wat uitval heeft dit jaar door de slakken. Bijzonder: de helleborus ‘Double Ellen White’ en ‘Double Ellen Red’ staan nu in bloei. Midden juli!
Klik op de foto’s voor grotere exemplaren.
In de tuin is een grasveld met veel hoekjes. Of dat niet veel werk is, al die randjes, vraag ik. Dat valt reuze mee, zegt Ria, Kees doet de randjes, en we hebben de planken van de oude pergola als rand ingegraven. Soms, als Kees het vergeet, doet Ria het zelf. Gewoon met een schaar er even langs. Gaat heel snel.
Door een groene ’tunnel’ kom ik in de achtertuin van Corine. Zij woont hier nu 7.5 jaar en de aanvankelijk stenige en kale tuin is nu een mooi besloten groene ruimte geworden. In plaats van een kale schutting langs een oprit naar de garage: een begroeide groene wand, bredere borders, allerlei bomen (ook vijgen!) en struiken. Veel met eetbare onderdelen duidelijk favoriet bij Corine . De Cornus Kousa (foto 2) is bijna uitgebloeid, maar het duurt niet lang meer of de kleine meerstammige boom zit vol met de eetbare vruchten. Corine heeft een lijstje (foto 3) hangen met alle planten met eetbare vruchten of noten. Ik ga op zoek naar de mispel en slangenden. Beiden blijken in de voortuin te staan. Ik wist helemaal niet dat je de vruchten, eigenlijk meer een soort noten, van de slangenden kon eten! De zaden zijn vrij zacht zoals een cashewnoot en schijnen enigszins naar pijnboompitten te smaken, en zo kun je ze ook gebruiken. In Chili gelden ze als delicatesse.
Klik op de foto’s voor een grotere versie
Willie woont al 52 jaar op deze plek, en heeft heel veel van de tuin in de loop der jaren aangelegd an aangepast. En vooral heel vol met planten en (fruit) bomen gezet. De Walnoot, die stond er al, zegt Willie (foto 5). En er kan altijd nog wel wat bij. Zoals een kleine vijg, die nu vlak bij de carport staat, al met grote vruchten. Op andere plekken in de tuin staan ook nog twee grote vijgen. Willie wijst me een plek onder een van de vijgen, tegen een muurtje waar ze snoeiafval neerlegt. Met daarbij wat afgesnoeide takken van de vijg, van van morgen. Ik kruip onder de struik en neem een paar snoeitakken mee, om te kijken of het lukt ze te stekken. In ieder geval ruiken de bladeren in mijn hand al erg lekker. Naar vijg, naar vakantie in Zuid-Europa. Willie loopt altijd met een kleine snoeischaar in de hand rond, je weet nooit waar er even wat te snoeien is.
Binnenkort nog een extra keertje langs bij Willie om wat waterplanten, over uit eigen vijver, bij Willie af te leveren. Voor de loopeenden.
Grote tuinemmer, en wat zit er in?
Het resultaat van een minuut of 10 verzamelen in de tuin.
Voornamelijk op de composthoop.
Kilootje slakken. Tja, en wat doe je er dan mee? Ik heb ze in een klein emmertje gedaan, dekseltje erop, en een eindje gaan wandelen. In de brede berm bij transferium heb ik ze uitgelaten. Dat was gister. En vandaag aan het eind van de dag…. weer een kilootje. Buurman Jan moest erg lachten toen hij me weer met het emmertje zag langslopen. Water naar de zee dragen.