Het is de tijd van het jaar dat ze overal verschijnen. De fruitvliegjes. We hebben zo’n elektrische zapper in de keuken liggen, maar de vliegjes vliegen gewoon ‘door de tralies’ heen lijkt het.
Toen vond Eddy een link met een tip hoe de vliegjes te vangen. Dat gingen we natuurlijk meteen proberen. Eerste potje met honing opgelost is beetje warm water. Toen een tweede potje met een bodempje kefir. Als we weer een keer bier drinken proberen we dat ook. Ook daar schijnen de vliegjes dol op te zijn. Ze zijn nog niet allemaal weg, maar er zijn al heel wat vliegjes de trechter ingevlogen (en niet meer eruit).
We hebben geen moestuin. Wel eens geprobeerd om een stukje van de achtertuin vrij te maken voor wat groenten en fruit, maar dat is mislukt. Halverwege de zomer was alles overgroeid met de omringende planten. Slak-technisch ook niet helemaal jofel.
Fruitstruiken kan wel. Zoals de wijnbes, zwarte bes en -binnenkort te oogsten – blauwe bes. Zo leuk om even naar buiten te lopen met de schaar om wat bieslook of oregano (majoraan) af te knippen. Op het terras staat een bak met gemengde kruiden: peterselie, tijm en rozemarijn. En een zestal tomaten in potten. Lekker bij de lunch in plakjes op de boterham met kaas.
Voor het ontbijt: met de slippers aan naar buiten en een handje wijnbessen voor in de muesli. Ze zwemmen heel decoratief in de melk.
In de hoek van de serre staan ze weer prachtig te bloeien. De klimmende lelie wordt ze ook wel genoemd, deze gloriosa superba. Geen familie van de lelie, maar de bloem lijkt er op het eerste gezicht wel wat op. Ze komt van oorsprong voor in India en delen van zuidelijk Afrika. Absoluut niet winterhard. Groeit uit wat vreemde langwerpige knollen die ik elk jaar weer opnieuw oppot. Buiten in pot gaat ook, als je ze maar op tijd weer binnen haalt, oktober of zo. Ze blijven dan wel wat kleiner.
Bij het zoeken van wat aanvullende informatie op internet kwam ik deze foto tegen. Een gloriosa ‘plantage’ in India, denk ik. Waar de plant gekweekt wordt voor het zaad, blijkbaar heeft het ook goede ‘kruiden; eigenschappen. Wel minimaal 100 kg zaad bestellen!
Rond het begin van de lente is een mooi tijdstip om de bollen en knollen die in de kelder overwinteren weer te voorschijn te halen en op te potten. Vorige week al een zak potgrond van 40 liter gehaald. Zaterdag 20 maart – met fietskar- nog 100 liter gehaald. Heb ik voorraadje.
Want met grote potten vliegen de liters potgrond erdoor heen. In de grootste pot de gloriosa knollen, in de op een na grootste de begoniaknollen; 1 knol was helemaal verdwenen, van binnen uit opgegeten door iemand (?), er was alleen nog een droog leeg vliesje in de turf waar de knollen overwinteren. Dan een paar potten met die ontzettend lekker ruikende Abbesijnse gladiolen. De rest van de gladiolenknolletjes gaan straks de volle grond in. Tot slot nog de gekke spinachtige wortelknollen van de commelina. Daar waren al groene puntjes van een centimeter of 2 te zien. Ik heb er een hele stel bij elkaar gedaan in een pot (afgekeken van de buren). Al deze potten staan voorlopig nog even in de serre. Vorstvrij. Dahlia’s heb ik niet meer. Die heb ik vorig jaar allemaal bij de buren in de tuin gezet. Zij hadden plek. En hebben daar prima gebloeid. Toen idd e buurman er aan herinnerde, snelde hij naar de garage, om een kartonnen door te voorschijn te halen, waarin de knollen keurig bewaard waren. Die kan hij binnenkort oppotten.
De tomaten van paar weken geleden waren groot genoeg om te verspenen: ze staan elk in hun eigen 9×9 potje. Ik hoop dat ze het niet te koud vonden toen ik ze aan het verspenen was; buiten was het maar 5 graden en een koude wind. Deze staan nu ook in de serre.
Tot slot ook alvast was buiten planten in potten. Lichtroze persicaria’s. Een pol bij de buren uit de voortuin gespit. Nakomelingen van een plantje dat ooit bij ons vandaan kwam; had ik er maar 1 van en di had ik opgepot om te vermeerderen. Maar ja, als je geen naambordjes bij de plantjes stopt…. Aan de bladeren kon ik prima zien welke plant het was (persicaria amplexicaulis), maar niet welke kleur. En zo belandde de lichtroze versie, samen met allerlei andere plantjes bij de buren in de tuin. Maar nu dus wat nakomelingen weer terug. Ze krijgen er de donkerrode voor terug.
Rond deze tijd van het jaar kun je ze overal kopen, voor weinig. Kalanchoe blosfeldiana Pacaya. In verschillende kleuren.
Een paar jaar geleden kocht ik er een paar met knalrode bloempjes. Twee jaar gebloeid en toen in de serre gezet. Daar zijn ze eerst verdroogd (heet in zomer), toen bijna bevroren (koud in winter). Maar toch hebben ze het overleefd. En ze bloeien nu uitbundig. Wel een hele andere vorm gekregen: lange, wat slungelige stengels van 30, 40 centimeter lengte, kleine blaadjes. Heel anders dan de compacte plantjes met hele grote bladeren, direct in de winkel gekocht (plofplantjes?)
NB. de andere vetplanten, zoals de crassula hebben dit jaar niet gebloeid. Dat doen ze meestal tijdens de korte dagen, mara wel als ze een beetje koude periode gehad hebben. Voorgaande jaren zaten we niet vaak in de voorkamer, en was het daar een graad of 16. Nu is het mijn werkkamer, Corona thuiswerken, en is de temperatuur steeds hoger. 20 graden. Tja, en dus geen bloei.
28 februari zaaide ik de eerste zaden van dit jaar. Drie zakjes peper zaad en twee zakjes tomaten zaad van Diana. In potjes, 4 zaden per potje, en de potjes in een kamerkasje in de vensterbank. Potgrond met een paar flinke handen vol brekerzand, om het mengsel wat minder voedselrijk te maken. Hele jonge zaailingen halen hun energie uit het zaadje zelf, en kunnen bestens in arm mengsel worden gezaaid. Een week later is zijn de tomaten opgekomen, de pepers nog niet. Het zesde potje bevat (oud) zaad van knoflookbieslook, daar heb ik geen hoge verwachting van: uienzaad verliest snel zijn kiemkracht.
In een tweede kasje zaaide ik een paar oostindisch kers zaadjes, die ik vorig jaar uit een tuin wat verderop in de straat meenam. En ik kwam nog een oud zakjes gemengde klimplanten zaad tegen. Dat zakje was al van 2015, dus of het wat wordt …
Deze week hebben we in delen het glaswerk van onze serre aangepakt. Binnen is nu zo goed als klaar. Buiten is vooral de bovenkant ingewikkeld, want hoog en breed. Eddy heeft daar vorige week een paar uur op staan poetsen. En nu is alles weer geel, bedekt onder een dikke laag stuifmeel van hazelaar en zwarte els.
We zijn blij met de grote trap, maatje groter dan formaat keukentrap en met onze glazenwassergereedschappen van Unger. Zou wel makkelijk zijn als de serre een halve meter lager was… Met zijn tweeën en steeds in stukjes gaan we voort. En kan alles weer klaargemaakt worden voor de zomer. Nou ja, alles… We hebben de tegels van het terras nog te schrobben. Die slaan in de winter altijd een beetje groen uit van de algen.
Ook de olijf weer naar buiten gezet. Oh, Oh, Olijf. Ziet er wat armetierig uit.
Ik moest denken aan het liedje : Oh, Oh, Den Haag. Luister er maar eens naar via bovenstaande link. Speciaal voor de Olijf hier een nieuwe tekst.
Oh, Oh, Olijf, in een pot op de veranda Zo weinig blad, wat zie je er sneu uit.
Oh, Oh, Olijf Zal ik je dit jaar eens verplanten met nieuwe grond en ook een beetje mest. Dat is het best.
Zodat je weer Een mooie boom kan zijn.
Waarschuwing: plakliedje, blijft rest van de dag/avond in je hoofd)
Ik moest zo lachen toen ik de tekst in de titel van dit blog zag. De tekst stond in de digitale nieuwsbrief van Vroege Vogels. Het was een tussenkopje bij een item over een steekmuggenonderzoek dat de universiteit van Wageningen uitvoert. In het onderzoek wordt gekeken naar (steek)muggen die in de winterperiode overlast bezorgen: steken, of hinderlijk zoemen bijvoorbeeld. In een periode van 4 weken, half feb-half mrt, kunnen burgers steekmuggen opsturen. En uiteraard doen wij daar aan mee.
Mug 1 vloog vorig weekend (19 feb) met het mooie weer het openstaande raam binnen en lag een tijdje op onze schoorsteenmantel. Toen ik formulier voor inzenden een paar dagen (de 23ste) invulde stond er in de instructies: graag zo vers mogelijk… Oeps, gemepte mug 1, die inmiddels code naam 720674 heeft gekregen, was al 3 dagen oud.
Er vliegt hier ergens nog een mug rond , zei Eddy. Om de mug zo goed mogelijk te houden, ving Eddy hem ’s middags met de ‘elektrische’ insecten-zapper. De mug ligt op de schoorsteenmantel, zegt Eddy, bij de zapper. Even kijken, om er zoals gevraagd een foto van te maken…. mug verdwenen. Ontsnapt!
Of toch niet.’ s Avonds, op de bank, zoemde de mug weer rond. In een reflex greep Eddy naar de mug en had ‘m gevangen. Met het blote handje. Nu echt. Mug 2 vereeuwigd op de foto met codenaam 779186. In een enveloppe op weg naar Wageningen.
NB. Vanwege te groot succes is de actie inmiddels gestopt! Je kunt geen muggen meer insturen.
Winterklaar maken van de tuin, in de zin van alles schoonmaken en netjes afknippen… daar doen we niet aan. Alles lekker laten zitten tot het voorjaar. Fijn voor allerlei beestjes. Iets anders is het een beetje rekening houden met strenge vorst en flinke sneeuwval. Dat wordt ons nu al een week beloofd, en morgen zou het zover moeten zijn. Ik schrijf dit blog op zaterdagavond 6 februari. Hier in het noorden is de voorspelling dat het tegen vier uur vannacht begint te sneeuwen, tot maandag ochtend. Ben benieuwd. Vandaag- zaterdag dus- hebben we wel een paar voorzorgsmaatregelen genomen. We hebben de olijf, die op het overdekte terras stond, nu in de serre gezet. Geeft net iets meer beschutting. Bubbeltjes plastic en een dekentje om de pot en een beetje fleece achtig rond een stuk van de kroon. Verder heb ik een aantal stenen potten ook in de serre gezet om de kans dat ze stuk vriezen te verkleinen. Of dat helpt gaan we de komende twee weken zien, waarschijnlijk gaat het in de serre ook gewoon vriezen.
Hoe het met de olijf gaat is toch wel spannend. Afgelopen jaren heeft ie steeds meer blad laten vallen en is nu vrijwel kaal. Ons voornemen is om hem komend voorjaar uit de grote terracottapot te halen. IN ieder geval nieuwe grond, mogelijk een grotere pot. Wordt vervolgd in voorjaar.