Achter de Geraniums

Da’s lang geleden dat ik naar een avondlezing van Groei en Bloei ben geweest! Donderdag 16 maart, met Jitske, op de fiets naar Eelde. Een lezing van Esther van der Velde van de gelijknamige kwekerij in Heerde.

Samen met haar man runt ze een kleinschalige kwekerij voor fuchsia’s, geraniums (pelargoniums) , kuipplanten. De lezing ging over geraniums, en bestond uit een hele serie foto’s en daar dan steeds een verhaaltje bij. Esther en Gerrit waren met een bestelbus vol met geraniumpotten gekomen, en de aanwezigen waren wel weer in voor een plantje. Hele rijen stonden bij Gerrit om de geraniums-van-keuze af te rekenen.

Pelargonium Triste, eerste soort die vanuit Zuid Afrika naar Europa kwam, eerst VK, later ook Nederland. Zou met VOC schepen zijn meegekomen. Is donkerrood, met een wit randje. Esther zei: ‘Zou nachtgeurend moeten zijn; is me nooit opgevallen, maar ik ga dan ook niet ’s nachts aan de planten ruiken’.

Onderhoud:
Toppen van de meeste opgaande geraniums eind maart : om ipv een enkele stengel een bossige plant te krijgen. In de zomer kun je bv de citroengeranium prima buiten zetten, in de volle grond. Wel in de winter binnen halen of gewoon stekken nemen.

Esther stekt van november tot begin april. In de zomermaanden lukt het minder goed. Najaar is weereen prima stektijd. Bodemwarmte wordt op prijs gesteld, en geen vrieskou. De meeste geraniums zijn niet winterhard, ’s winters vrijwel droog houden en liefst op vorstvrije plaats overwinteren. Esther en Gerrit hebben een dagtaak aan het verzorgen van alle stekken die ze nemen en planten die ze in de kwekerij hebben: 3000 soorten fuchsia en 400 soorten pelargonium. Van grote moederplanten nemen ze de stekken, die ze verder oppotten en vermeerderen. Water geven met mate, wel voeden (NPK 20-20-20), 1 x per 2 weken in de zomer.

Welriekende pelargoniums

Het zijn niet de bloemen van de geurende – of welriekende- geraniums die zo sterkk ruiken, maar juist het blad. Dat bevat allemaal kleine kliertjes, die bij aanraking de geurstof vrijgeven. Wie heeft (of had) niet een citroengeranium (p. graveolens)? En ook de zachtbehaarde – naar pepermunt geurende- pelargonium tomentosum is bij veel mensen bekend. Ik hoorde van Esther dat de laatste in het Engels ‘Baby’s bottoms’ wordt genoemd, omdat de blaadjes zo lekker zacht zijn.

Het blad van de welriekende geraniums wordt veel in de industrie gebruikt, o.a. voor geurende olien en parfums. Ik heb een plantje gekocht, de P. quercifolium ‘Royal Oak’, de eikenblad geranium, of eikgeranium. Maar dan een pelargonium. Bijzonder geurtje, kan ik niet echt beschrijven. Balsam?

Onderverdeling pelargoniums in 13 secties 

  • Sectie hoarea:
    p. Oblongatum: zachtgeel , lijkt wel orchidee 
  • Sectie otitis:
    P. Carnosum (hele dikke vlezige stengels, lange bloemstengel, p. Laxum
  • Sectie jenkinsonia
    P. Tetragonum (erg mooi met lange, maar zeer breekbare) stengels
  • Sectie ligularia
    P. Abrotanidolium (soort struikjes; model Miniboompje, leuk als je van bonsai houdt)
  • Sectie polyactium:
    P. Caffrum. P. Bowkeri  (bijzondere ingesneden bloempjes, Moeilijk te vermeerderen)

De meeste pelargonium die je tegenwoordig koopt zijn kruizingen van de P. Zonale (wit) en P. Inquinans (knalrood).

Pelargoniums komen voor in allerlei tinten roze, rood, wit , paarsachtig. Een echt gele is er nog niet; na 20 jaar kruisen van p. articulatum met p. zonale is de p. zonartic ontstaan, met hinten van geel.

Esther en Gerrit van der Velde,
foto van website kwekerij vd Velde

March

MARCH comes at last, the labouring lands to free.
Rude blusterer, with thy cloud-compelling blast,
The pining plains from cark of Winter past          
That clear’st and carpetest each bush and tree
With daffodil and wood-anemone,
A voice from the illimitable Vast
Of dreams thou art, the tale that doth forecast
Of hope yet live and happiness to be.
And hark, the robin fluting on the bough
The rough breeze tangling on his tender breast
The ruddy plumes! Yet sings he, unopprest,
The awakening year, the blessed burgeoning
In wood and weald, the Then becoming Now
And all the pleasant presage of the Spring.

Gedicht van John Payne

1842-1916, dichter en vertaler van ‘Duizend en een nacht’ en ‘Alladin en de Wonderlamp’.

Grof geschut

Zaterdagochtend om 7:00 uur parkeerde er een grote vrachtwagen bij ons voor het huis. Met een grote graafmachine. En om vijf over zeven werden de eerste coniferen van schuinoverbuurman Dirk Jan al uit de grond getrokken. De rest van de dag reed de graafmachine op rupsbanden af en aan. Eerst in de tuin van DirkJan, en daarna in de tuin van rechtoverbuurman Thomas. Struiken en boomstronken (die van de grote berk van twee weken geleden) werden uit de getrokken en op grote bulten in de voortuin gestapeld. De enorme rododendron struik werd met een opgetild en een stukje verschoven. En enorme laurierkersen die een haag tussen beide tuinen vormden werden ook opgetild en een beetje verschoven. En nu ze toch bezig waren. De lage beukenhaag (1,20 m) werd ook in stukken opgeschept en verplaatst.

Ik had een paar stapeltjes takken die binnenkort met een karretje afgevoerd zouden worden. Die kon ik wel even op de grote bulten erbij leggen….

Verboden toeging

Verleden tijd van “verboden toegang” is “verboden toeging”?

Nu al twee weken droog na de februaristormen, we durfden het wel aan weer een keertje naar het Friesche Veen te wandelen. Het kan er errug modderig zijn. Wandelen ging prima, en bij de afslag naar de vogelkijkhut zagen we en bordje verboden toegang bij een inmiddels losgemaakt rood-wit lint. Dit stukje bos ligt op een oude vuilnisbelt en de bomen staan er niet al te stevig. Afgelopen jaren al heel regelmatig bomen omgevallen. We hadden wel wat schade verwacht, maar zoveel bomen als hier omlagen… we werden er een beetje stil van.

Verder was het een heerlijke wandeling. Zon , allerlei ganzengekrakeel tussen het riet en we hoorden de eerste leeuweriken zingen, hoog in de lucht.

Voor en na – conifeer

De overbuurman was zo druk bezig in zijn tuin … coniferen weg in de voortuin en heel veel oud hout uit de achtertuin. Dat is nu metershoog in zijn voortuin opgestapeld. Om stukje bij beetje afgevoerd te worden. Tussen ons en buurman Jan staan ook coniferen, hele oude, dus hoog en breed, Veel te hoog om te snoeien, dat doen we alleen met het lage stuk aan de kant van het grasveld. Dit is ook het steeds kleiner wordende grasveldje waar we zitten als het zomers erg heet is. Dan is hier in de middag schaduw van de coniferen en huis buurman Jan.

Al een tijdje over gedacht, en gister middag gedaan. Een deel van de laagste takken van de conifeer die meters ver over de grond lopen afgezaagd. En dan krijg je dit.

Na het opruimen: nu zie je pas hoe smal het gras-mosveldje is geworden. Na het snoeiwerk ziet het er een stuk ‘ruimtelijker’ uit. Wel is de grond onder de weggehaalde takken gortdroog en uitgeput. Eerst een centimeter of 10 van coniferenstrooisellaag (van de afgelopen 30-40 jaar) weghalen en flink wat compost inwerken. En zo krijgt het deel van de liguster haag die onder de steeds verder uitbuikende conifeer wegkwijnde ook weer meer kans.

Tracheostoma

Hortus man

Een tracheostoma is een kleine medische ingreep waar via de hals een opening gemaakt wordt in de luchtpijp. Dan kan er een buisje door om de patient makkelijker te laten ademen. Dit houten beeld staat al een paar jaar in de Hortus Haren. Een specht (denken we) is hier aan het oefenen geslagen, om een tracheostoma in te kunnen brengen…

Stoepplantjes februari

28 februari, nog net voor het eind van de maand, mijn stoepplantjesronde gedaan. Ook deze keer weer regelmatig staande gehouden. Zoek je iets? Kan ik je helpen? Een enkele voorbijganger vroeg niets, maar ik zag ze kijken. De meesten spraken me wel even aan. Overbuurman van ‘Ollie’ (zo heette hun vroegere poes) was bij zijn tuin bezig zijn stoep ‘onkruidvrij’ te maken. Zijn voortuin eindigt met een laag muurtje dat aan de stoep grenst. Daar mag geen plantje staat, grijnsde hij. Moet lekker schoon en netjes zijn. Daar dus geen stoepplantjes.

Deze keer alleen de ‘westlus’ gewandeld. Van huis uit westwaarts naar het einde van de straat, ubocht terug en dan twee huizen voorbij ons huis de straat weer over en terug. De oostlus dus overgeslagen. Bij de januari ronde waren daar ook beduidend minder plantjes te vinden.

Westlus in januari: 42 plantjes, in feb 31. Mijn februari ronde was net na de drielingstorm, D, E en F, en er lag erg veel afgewaaid spul op straat en in de goten. Wellicht dat daar nog plantjes onder stonden die ik niet gezien heb….

Ook weer 13 nieuwe soorten gezien, waaronder winterakoniet, schijnpapaver, akelei, kamille, zevenblad en tripmadam. Een paar plantjes kon ik ook deze keer niet thuisbrengen, ook niet met behulp van de app obsidentify. Zie de onderste twee foto’s.

Familie Roest

We hadden al een paar jaar Poes Roest in de tuin. En vorig jaar kregen we, ook van de buren, familie uitbreiding/ gezelschap voor Poes Roest. Tot afgelopen weekend lagen de drie in een laatje, maar nu hebben ze een vast plekje in de tuin gekregen. Als een soort ‘paaseieren’ zoeken, stuurde ik Eddy de tuin in om foto’s van de nieuwkomers te maken. Even zoeken, dat wel. Blijkt toch behoorlijke schutkleur te zijn, dat roestige ijzer.