Gouden eieren

Eddy was een stukje van de meidoornhaag aan het knippen en riep opeens ‘gouden balletjes’.
Na wat geritsel en gestommel (de tuin is nogal volgegroeid) kwam hij met een net afgeknipt takje aanlopen.
Verse blaadjes en aan de onderkant van een van die blaadjes: kleine glimmende gouden balletjes. Of eigenlijk meer stevig opgepoetst koperkleurig. Eitjes van de een of andere vlinder. 8 stuks keurig naast elkaar gedeponeerd.
Maar welke?

Ik ga zoeken, maar of ik het ga vinden….
Ik heb een paar kleine takjes van de meidoorn in een potje met paar mm water gedaan. Daar boven op het blad met de eitjes (eitjes aan de onderkant), en een tissue met een elastiekje erover heen als ademend dekseltje. Potje staat nu op het terras. Misschien zijn de rupsjes die eruit komen beter te herkennen dan de eitjes. En ik weet in ieder geval wat ze lusten.

Stoffel

Da’s ook wat. Afgelopen vrijdag was het ruim 25 graden en na een fietstochtje naar Eelde om iets op te halen was ik bijna weer thuis (nog 1 bocht op) toen ik uit een ooghoek iets vreemds zag op het parkeerterrein van de Emma flat. Midden in de blokkerende zon zat een forse schildpad. Pootjes ingetrokken, koppie naar buiten, rondkijkend.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is stoffel-1.jpg

Ik stapte af en liep er naar toe en besloot het dier op een plekje met wat groen te zetten. eerst op grasveldje naast de parkeerplaats. Daarna bedacht ik me dat het wandelpad achter de plats langs (daar lopen we heel vaak langs op 1 van onze ommetjes nog beter was: buiten bereik van auto’s op de parkeerplaats, water vlakbij, variatie aan planten.
Toen ik klein was had ik zelf twee schildpadden, Schildje en Padje, heten ze, dus ik wist hoe ik ze moest oppakken. Alleen waren de vroegere schildpadjes klein, makkelijk met 1 hand op te pakken. Voor deze joekel had ik beide handen nodig. Wetend dat een schildpad venijnig kan bijten, pakte ik hem (of haar) zorgvuldig op aan de zijkanten van het schild, buiten bereik van een eventuele happende kop. Bleek niet nodig: Stoffel trok koppie nog een beetje verder in. Verrassend zwaar, zo’n twee melkpakken (2 kilo). Ik bleef nog even staan kijken, maar Stoffel nam het zekere voor het onzekere en bleek nog even helemaal binnen.

Zo zie je beter hoe groot de schildpad is

Thuis liet ik de foto’s zien. Kijk nou toch. Waarschijnlijk een schildpad die iemand thuis gehouden heeft en die te groot werd. Nadat ik op internet las dat je in gevonden schildpad nooit in de natuur moet achterlaten (en uitzetten!), ze horen hier niet, worden vaak als invasieve exoot beschouwd, en overleven vaak niet ons klimaat, ben ik nog terug gelopen. Met een emmer en een natte handdoek, volgens voorschrift. Een schildpad is zo langzaam, misschien zat ie er nog, dacht ik. Maar nee, niet meer gevonden, Stoffel was het hoge gras ingewandeld waar ik hem vlakbij had gezet, en heb ik niet meer teruggevonden.

Deze keer heb ik alleen aan de schildpad gedacht, en niet aan het effect dat deze op zijn omgeving kan hebben… Een volgende keer weet ik wat me te doen staat. Meenemen en dierenambulance bellen, zodat het beest naar een amfibieën opvang kan.

Vogelverhalen: Penguin en Woody

De afgelopen week hebben we regelmatig tuinbezoek gehad van nieuwe vogels in de tuin. Zie link.
Of ze zullen blijven en hier echt komen wonen weten we nog niet helmaal zeker. Het gaat om een paar eksters. Meer dan 15 jaar terug hadden we een eksternest heel hoog in de wilg achter in de tuin. Een plek waar je een eksternest verwacht. Dit paar is begonnen met aandragen van takken en bouwen van een nest op nog geen 10 meter van ons terras in de groet rozenstruik. Een paar dagen waren ze bezig met het afbreken van takken van precies de juiste lengte en buigzaamheid in de hazelaar, de meidoorn en wat andere bomen in verder op liggende tuinen. De andere vogels in de tuin vonden het maar niks. Vooral de merels, waarvan net die dag de jongen waren uitgevlogen, waren continu aan het waarschuwen en joegen af en toe de eksters weg.

Penguin Bloom, het verhaal van een ekster die een familie redde

De bouwactiviteit lijkt gestopt. Alleen als je het weet -en heel goed kijkt- zie je in de dichte rozentakken het bouwsel. Af en toe zien we eksters in roos. Of over de tuin vliegen. Gek genoeg zijn dat er vaak drie. Hoe zit dat? Zijn ze eieren aan het leggen (vaak 4) en moet het broeden nog beginnen? OF gaan ze toch ergens anders heen. Nog volop vragen.

Over de namen: Penguin voor het vrouwtje, genoemd naar een film over een tamme ekster die door een familie wordt opgevoed. En het mannetje wilde ik eigenlijk Dexter noemen, klinkt naar d’ekster. Maar die naam hebben we al vergeven aan een ander vogel. De grote bonte specht die steeds pinda’s komt halen. In een verspreking noemde ik die de ekster, dus dat werd Dexter.
Als soort uitruil van namen noemen we de mannetjes-ekster nu Woody, naar de cartoon specht Woody Woodpecker.

Vogelverhalen: bouwwerkzaamheden

Een wat grijzige 15 mei, grootste deel van de dag. Ook niet heel warm. Tegen het eind van de middag kwam de zon door, en was het aangenaam uitkijken vanaf het terras over de tuin. We kijken pal uit op een grote bol , een rozenstruik, net aan de overkant van het grasveld. En terwijl we zo eens aanschouwen wat er allemaal bloeit en groeit en beweegt, zien we dat er bouwwerkzaamheden zijn gestart. In de rozenstruik.
Wie zou daar komen wonen?

Wordt vervolgd.

Vogelverhalen: door het raam – Robin

Terwijl we achter in de tuin naar boven stonden te kijken hoorden we al het gepiep van spreeuwenjongen. Ze wonen in de grote wilg helemaal achter in de tuin. Minstens 1 nest, waarschijnlijk 2, en misschien wel meer.
Uit een ooghoek zagen we ineens een vogeltje door het open raam de schuur in vliegen. Het raam is naar binnen opengekanteld en staat altijd open, aan de bovenkant een breedte van zo’n 30 centimeter. Het gat heb ik met was gaas afgedicht zodat grote beesten niet naar binnen komen. Kleine vogeltjes vinden dat prima. De hele schuur verdwijnt langzaam in de klimop. En af en toe moet ik weer een ‘raam’ maken in de begroeiing. Maar nu even niet. Vogels niet verstoren.

Het ging zo snel dat we niet goed konden zien wat het was. Klein en bruin. Wellicht een roodborst. Of een braamsluiper, als we naar het alarmroepie luisteren. Ik heb onderstaande filmpje op ‘herhalen gezet, zodat je het vogeltje ziet bewegen.

Toen ik een tijdje in de schuur stond, met de deur achter me dicht, kwam er in ieder geval een roodborstje binnen. Hij (of zij) vloog naar de bovenste plank van het witte kastje, naast de helm. Op de detail foto zie je dat er een nestje van blaadjes en een rode stripje plastic naast de helm gemaakt is. Ik ging snel weer naar buiten om het beestje niet te verstoren.

En misschien woont er wel meer. Toch die braamsluiper? We gaan het in de gaten houden de komende weken.

Aanvulling 15 mei
Toch een roodborstje. Het nest was al uit. De naar binnen vliegende foto bleek een (volwassen vogel te zijn die een van de jongen, die al uitgevlogen, maar nog in de schuur zat, kwam voeren. Donderdag eind van de middag (13 mei) was ik even in de schuur en vloog het jong schrikkerig rond. Toen ik heel stil bleef staan kwam het op een halve meter voor me op de grond zitten…. En vloog toen weer naar de nok. Ik heb die avond de schuur deur weer dicht gedaan (nog een laatste veilige nacht, voor het rond echt de wijde wereld in ging). Vrijdag ochtend de schuurdeur open gezet: met open raam en open deur moest ie toch de uitgang kunnen vinden.

Ik noem het jong: Robin.

Woningvoorraad uitgebreid

Een beetje laat in het seizoen, de meeste vogels zijn ondanks de koude maand april volop bezig met nestelen. Toch gewoon nieuwe vogelhuisjes gekocht en deze week opgehangen. Veel vogels doen nog een tweede en soms zelfs een derde nest. Dus, misschien de volgende ronde. Voor het eerst hebben we kastjes van hout beton, loeizwaar, wel heel stevig. 10 jaar garantie en makkelijk schoon te maken. Het mooie van dit materiaal is dat het ‘ademt’, geen last van condensvorming. En het schijnt de temperatuur beter te reguleren, waardoor het broedsucces hoger zou moeten zijn. Ik herinner me de koolmeisjes in de houten kast -met- camera een aantal jaren geleden. Een jaar zijn alle kleintjes overleden omdat het te koud was. Een ander jaar zijn er maar 2 van de 10 uitgevlogen omdat het veel te warm was. We hebben er alleen geen camera in. Dus dat wordt regelmatig rondje door de tuin en goed kijken.

Vier verschillende, voor elk wat wils.

Toen we een van de kastjes aan het ophangen waren in de conifeer aan de zijkant van het huis werd er druk gekwetterd door vogeltjes. Die zijn vast in de buurt al bezig. Een eindje verderop zagen we deze kleine blauwe eierschaal, koolmees denk ik. Die brengen de ouders altijd een stukje van huis, om geen roof-vogels te lokken.

Buurkattenbezoek

Flock van de buren is regelmatig bij ons in de tuin te vinden. Zeker als de buren op vakantie zijn en wij hem aan zijn culinaire behoefte helpen en voor portier spelen. Hij begint op leeftijd te komen, en een lekker hapje vers gras helpt hem dan eventuele haarballen te verwijderen. Zo in de lente zijn de grasjes aangenaam mals. Je kunt er aan blijven knagen…

Dan uiteraard grijsaard Sukkie oftewel Poes, die inmiddels groot deel van de dag slapend doorbrengt in onze tuin. Hij woont een paar huizen verderop de andere kant op in de straat. Donderdag toen het zo regende verhuisde hij van onder de heg naar een plekje op ons overdekte terras. Ook goed tukken daar. En van de week, toen we op koningsdag nog wat in de tuin rondlummelden, probeerde hij het krukje uit.

Sukkie op krukkie

Als derde van het kattentrio: Rooie Harry. Twee huizen verder op. Die regelmatig door onze tuin struint. En hier het terras eens besnuffelt. Jong en soms nog wat overmoedig. Soms in een boom, inmiddels respectvol naar Flock.

Vogelverhalen: Ayla in ’t bos

Tussen de buien door regelmatig zonnige momenten. Mooi om even een rondje door de tuin te lopen. Achter in onze achtertuin is het behoorlijk begroeid. Bijna bos. Zeg nou zelf, als je deze foto ziet: dat lijkt toch een rustiek bospaadje?

Rustiek bospaadje

Met nog mooi zacht groen blad en licht, omdat veel bomen en struiken pas beginnen uit te lopen. Terwijl ik de foto nam hoorde ik geritsel schuin boven me. Vogel?

Goed kijken: Ayla op het nest

Ik kwam voorzichtig dichterbij en keek omhoog.
Jaa! daar was ze weer. Ayla, de Turkse tortel die ook vorig jaar al poging deed tot nestelen. Zie hier. De tweede poging was toen in de buurt van dezelfde hulst, maar was niet succesvol.

Ingezoomd: zie je haar nu zitten?

Hint: de staart steekt naar linksboven toe uit. Vandaag, een kleine week later ben ik weer even gaan kijken. Ze zit er nog. Het nest ziet er wat steviger uit dan vorig jaar. Ook mooi dicht in de hulst. Wel zo verstandig met als die gaaien hier. Maar of het goed gaat?

Blauw-nest, rood – Ayla

Bijentelweekend

Dit weekend kon je mee doen met de nationale bijentelling. Gelukkig was het wat beter weer dan eerder in de week. De bijen houden niet van kou en veel wind. Via de website van de nationale bijentelling kun je een bijenzoekkaart (boekje) downloaden met de 15 meest voorkomende bijen en hommels (en zweefvliegen). En dan maar tellen.

Heb je niet mee gedaan, dan is het toch handig om het boekje te downloaden. Kun je de rest van de lente en zomer plezier van hebben, als de zoemertjes door je tuin vliegen.

Nou , dat valt nog niet mee. Die beestjes zitten niet stil. Beste tijdstip is in de middag als het het warmst is. En dan gaan kijken in de buurt van bloeiende bloemen. We zagen de meeste in de bloesem van de sierpeer, maar ja, kijk nan maar eens naar de lengte van de antennes of de kleur van de potjes… Longkruid is ook mooi. Wel al bijna uitgebreid hier, maar het Vosje (een hommel) en sachembij (bij met ADHD) vonden het prima. De grootse hommels zijn de tuinhommel of aardhommel. Lijken erg op elkaar: wil kontje en 1 of twee gele banden op het verder zwarte harige lijfje.