Vorige week al aangekondigd en vandaag was bedoeling om 2e vlogje te plaatsen, het 2e filmpje uit eigen tuin. En wat bloeit er nu rijker- begin juni- dan de vele rozen. Dat is het onderwerp deze keer.
Filmpje maken kost toch meer tijd dan ik had gedacht, dus die houden jullie van mij te goed. Wel weer een mooi plaatje van de Ghislaine. Met bij.
De eerste oranje havikskruiden staan weer in bloei. Er zaten er vorige week een heleboel aan te komen, in het grasveld, maar die zijn onthoofd door de grasmaaier. Ik vind het een leuk plant, no nonsense wilde plant. Breidt zich enthousiast uit door bovengrondse (of net onder de grond) uitlopertjes te maken, met aan het eind weer een nieuw rozentje. Waar tzt weer een harige bloemstengel uit komt met de warm oranje bloempjes. Zo fotogeniek! Door de scherpe kartels aan de lintblaadjes en de stampertjes/meeldraden komen de bloemen mooi uit op de foto. En als er dan net zo’n langwerpige tor overheen loopt…. een plaatje.
Of ze gebroed hebben in het kastje aan de achterkant van onze schuur, of het huisje om de hoek bij buurman Jan, of een huisje bij buurvrouw Sieneke. Daar kom ik nooit meer achter. Maar het was een geweldig broedsucces. Vrijdag eind van de middag, toen we eten gingen koken, opeens een hele familiegroep pimpelmeesjes. Nat van de regen, maar het leek ze niet te deren. Vrolijk gekwetter en enthousiast bezig aan de pinda’s in de pindasilo vlak bij het huis. Een meter of 3 naar rechts van de pindasilo een meidoorn, die net uitgebloeid is. Ook daar blijkbaar veel lekkers te halen. Het ritselde van de pimpels. We probeerden ze te tellen, maar dat bleek moeilijk. De volgende dag kwamen ze terug, en inmiddels had ik de camera met telelens ook klaargezet. En dan krijg je een plaatje zoals hieronder. Ahhhh.
Niet zo scherp, maar wel bewegend. Klik op deze link voor een filmpje en probeer te tellen hoeveel pimpels je ziet. Eventueel filmpje af en toe even stilzetten om te tellen…
Volgende week probeer ik een tweede tuinmonoloog te plaatsen. Onderwerp deze keer: rozen. Want begin juni is een geweldig seizoen voor rozen. Mooie bloei, prachtige geur. Alvast een voorproefje.
Zaterdag was aangekondigd als droge dag. Niet zo warm, graad of 15, perfect om de beukenhaag te snoeien. Dat is een klus die Eddy altijd doet. En we hebben speciaal een hogere trap gekocht, waardoor hij veel makkelijker bij de bovenkant van de heg kan. En een stuk steviger staat. Wel zo veilig.
Eerder in de week had ik het pad langs de heg al vrij gemaakt van bramen , sneeuwbessen en ander hoog opgeschoten spul. En zaterdag ochtend eerst de heg inspecteren of er geen broedende vogels in de beukenhaag zaten. Die wil ik niet verstoren. Zoals ik tot mijn schrik twee weken geleden deed. Piepklein nestje in de meidoorn haag, Ik knipte een losse tak weg die op ooghoogte voor me hing, en vooruit ‘even 1 takje van de bovenkant’. Pardoes vlogen/fladderden er verschillende kleine vogeltjes in paniek uit het nestje. Zwartkopjes? Fitissen? Een piepklein nestje.
We hebben een elektrische heggenschaar en een een bijzonder verlengsnoer (the incredible shrinking verlengsnoer) dat op de een of andere manier elk jaar een stukje korter wordt.
Als je nu toch een keertje vroeg wakker bent, ga dan voor zevenen de tuin in. Naast het vogelconcert in deze tijd van het jaar ook prachtig om de tuin te zien als de zon nog heel laag staat. Prachtig licht. Dit was donderdag ochtend kwart voor 7. Ontbijt met bakje yoghurt op het terras. Genieten.
Vingerhoedskruiden bij de vleet (vandaar de titel), bij ons in de tuin, maar ook in andere tuinen en aan bosranden. Deze staan allemaal bij ons in de tuin. Met allemaal een ander stippelpatroon. Dit jaar ook heel veel witte.
De gewone aardbei die we in de (moes)tuin gebruiken is een hybride. De botanische naam is Fragaria x ananassa. Er zijn veel varieteiten te koop, sommige soorten bloeien 1 maal , andere zijn doordragers. Al deze aardbeiden hebben witte bloemen, met vijf bloemblaadjes.
Aan het eind van vorige eeuw probeerden kwekers nieuwe hybriden te kweken die roze of rode bloemen droegen. Hiervoor moesten ze op zoek naar een andere plant dan een fragaria (die immers allemaal wit bloeien), en ze kwamen uit bij een nauw familielid: potentilla palustris, de wateraardbei. Net als de gewone aardbei, hoort de potentilla bij de rozenfamilie. Na het kruizen van beide soorten en toen weer terugkruizen met een andere aardbei leverde als eindresultaat een roze en een roodbloeiende aardbei. ‘Pink Panda’ werd gepatenteerd in 1991, ‘Lipstick’ kort daarna. Beide kunnen vruchten maken, die prima eetbaar zijn, en een beetje op de vruchten van de bosaardbei lijken. Kleiner dus dan die van de gewone aardbei, en laag in aantal.
Vanaf nu noem ik de roze aardbei bij ons in de tuin gewoon ‘Lipstick’. De kleur is opvallend, en vooral as het net geregend heeft stralend rood.
Dit jaar veel witte vingerhoedskruiden in de tuin, naast de roze en lichtpaarse. Sommige witte hebben nog iets van stippelsporen binnen in de klokjesbloemen, deze is maagdelijk wit van binnen.