Veel van de foto’s in dit blog maak ik gewoon met de iphone. Gewoon makkelijk en snel, worden automatisch geupload naar de computer. De camera’s in de telefoon zijn tegenwoordig behoorlijk goed. Iets meer moeite is het om de spiegelreflex camera te maken, met de grote lens. En dan wat meer tijd te besteden en te spelen met belichting en diafragma.
Serie plaatjes van gister. Als je op de plaatjes klikt krijg je ze in groter formaat te zien. Welke vind jij het mooist.
Afgelopen week een aantal dagen bezig geweest in de tuin. Als het aanvankelijk nog wat koud is, dan is het vegen van blaadjes van de paadjes in de border een mooi klusje om warm te worden. Dat geldt helemaal voor het onder handen nemen van het grasveld. Met een oude draad-hark, een erfstuk van Ome Job, het mos uit het grasveld schrapen. Wel iets om in porties te doen. Erg vermoeiend, en niet te lang doorgaan anders krijg je blaren van het aan de hark trekken (mislukt). Op de foto zie je het resultaat van twee hark-sessies. Nog 1sessie te gaan, voor dit hoofdgrasveld. Twee van die hele grote emmers (tub trugs) met mos en de viltige laag tussen de halmen- heb ik er af geharkt. Daarna volgt noch het beluchten, gaatjes prikken met de spitvork.
Na het wegharken van het losgekomen mos en gras ziet het er wel iets beter uit. Het achterste stuk moet nog,
Dan is er nog het ‘bloemen’- weitje rond de appelboom. Ook daar zijn twee grote emmers vol gras afgekomen. Maaien lucht hier nooit vanwege het hoge gras, dus dat gaat 1 (of 2) maal per jaar met de heggeschaar. Paar bramen verwijders, die blijven hier opkomen. En een heel aantal eikels gevonden, die zorgvuldig door de gaaien tussen de moskussentjes waren verstopt. In mijn zadenlaatje vond ik nog een zakje zaad met het opschrift ‘gazonmengsel’, dat ga ik er maar uitstrooien. Een paar zaailingen van zomerfinstraal en beemdbroon, kan ik ook wel in het weitje zetten. En misschien kan ik nog ergens aan ratelaar-zaad komen.
Op de foto hierboven zie je rechts op de foto een van de takkelwallen in de tuin, bijna twee meter hoog. Aan de voet van de takkenwal, aan de rand van het grasveld zet ik elk jaar in het najaar weer een paar grote rozetten vingerhoedskruid neer. In herfst en winter is het hier nat genoeg en slaat het vingerhoedskruid goed aan. Het komt in de vroege zomer ook mooi in bloei, maar in de zomer en nazomer wordt het hier zo droog dat de digitalis zich niet uitzaait. Maar niet getreurd, gewoon een paar van de rozetten uit de voortuin, daar is altijd een overvloed aan zaailingen, waarvan sommigen onhandig dicht bij het pad. Twee vliegen in 1 klap om die dan van voor naar achter te verplaatsen.
Drie grote rozetten vingerhoedskruid voor de takkenwal geplant.
Wat zijn de beste planten voor insecten? Inheems of niet, maakt minder uit. Veel goede inheemse (wilde) planten voor insecten hebben ook een exotische tegenhanger die het prima doet. In ieder geval gaat het om planten met veel veel nectar en of stuifmeel, planten met open bloemen, en zo veel mogelijk opeenvolgend bloeiend, zodat er een lang bloei seizoen is. Hieronder een aardig lijstje. Met een tevreden grijns, zie ik dat we er aardig wat van in de tuin hebben staan. Op dit moment, half oktober is de de bloeiende klimop (hedera) de grootste insectenmagneet.
Als ik de groenteschillen naar de composthoop achter ind e tuin breng zie ik opeens knaloranje uit mijn ooghoek. Op een plek waar dat eerder nog niet zo was. Een van de twee eerder deze zomer gezaaide goudsbloemen in gaan bloeien. Wat laat denk ik, goudsbloemen bloeien immers vooral in de zomer. Mooi onderwerp voor een blogje.
11 oktober, oramje zonnetje in de regen
Toch nog even opzoeken wat de hoofdbloeitijd is. En dan kom ik op de ene website tegen dan de bloeitijd van juni tot oktober is. Op een andere zelfs van mei tot november. Dus zo bijzonder is het niet.
Ik heb de zaden vrij laat gezaaid. Met als voordeel dat de plant nu bloeit, terwijl veel al over de bloei heen is. Met als nadeel dat er grote kans is dat er geen zaden meer afrijpen voor volgend jaar. Goudsbloem is eenjarig.
Ook kom ik het volgende tegen: De goudsbloem werd vroeger als weerprofeet gezien; als de bloemen s ochtends om 7 uur nog dicht waren, ging het die dag regenen. Hmm. Fabeltje?
Gister kwam buurvrouw Sieneke, tussen de buien door, aansjouwen met een enorme mand. Kadootje voor poesoppasdiensten. Een paar viooltjes bovenin. En onder de grond een verrassing in de vorm van bollen. Vijf lagen maar liefst: van onder naar boven: tulpen, narcissen, hyacinten, blauwe druifjes en crocussen.
Voorlopig de mand maar even op het overdekte terras gezet, om niet kletsnat te worden. Tegen de tijd dat in het vroege voorjaar de crocussen en druiven gaan bloeien kan de mand naar een mooi plekje naast de (zij)deur.
Om een idee van de grootte van de mand te krijgen heb ik hem even op de tuintafel gezet.
Sedum ‘Herbstfreude’ heb ik al jaren in de tuin staan. Dankbare plant, makkelijk te vermeerderen en in bijna alle seizoenen mooi. Top is nu, nazomer, begin herfst. Mooi donkerrod, en al weken een feest voor bijen en vlinders. Op wat warmere dagen ruik je de honing (nectar) als je er vlak langs loopt. Dit voorjaar zette ik in de voortuin een aantal lage asters voor een flinke pol sedum. Aster ‘Lady in Blue’, speciaal voor vlinders en bijen ook. Nu staat de aster in volle bloei, is bijna even hoog als de sedum, en ze vormen samen een kleurige bol. Ik ben zeer tevreden met de combinatie, en wil die komend groeiseizoen op meer plekken laten terugkomen.
Het kwam zo uit dat toen ik de foto nam vandaag het sedum deel in de volle namiddagzon lag, en het aster deel in de schaduw van een zuilvormige taxus. Daarom op dit moment relatief weinig insecten op de aster.Dit is een stukje van de zijborder langs onze oprit. Volgend jaar een paarsblauwe ‘vlek’ van bloeiende aster links van de sedum? Ik zet het op mijn to do lijstje van het voorjaar. Hoewel in het voorjaar dikke kans dat er op die plek narcissen staan of andere bloeiers die op dat moment weer mooi zijn ….
Gister twee uur bezig geweest met een klein stukje in de tuin. Eerst om een pol molinia er uit te halen. Niet de goede tijd, ik weet het, maar ja , plant stond in de weg. En daarna begon ik een deel van de oranjebloeiende lage crocosmia weg te halen. Eigenlijk zou ik die wat vaker moeten uitdunnen, de knolletjes komen zo dicht op elkaar dat ze minder rijk bloeien. Dat denk ik tenminste. En uitdunnen heb ik hier al zeker 10 jaar niet gedaan. Wat is het resultaat: een klein stukje kale grond, waar ik wat blauwe druifjes (terug) gezet heb, een tuinpad dat weer zijn oorspronkelijke breedte heeft en een hele emmer vol met crocosmia knolletjes. Deels nog met een stuk groen er aan, dat sterft nog verder af. Een mooie tijd om de knolletjes te planten is maart -april, zo’n 7-8 centimeter diep. Een plek in volle zon of halfschaduw. In ieder geval niet kletsnat in de winter, dan kunnen de knolletjes verrotten. De plant komt oorspronkelijk uit Zuid-Afrika, dacht ik. Ik zal er een paar bewaren om op te potten, ook leuk in pot.
Laatst zag ik op Gardeners World een vrouw die een tuin had die bestond uit bijna 1500 planten in potten. Ze gaf aan dat het wel een beetje uit de hand gelopen was, maar ze was ‘erfelijk belast’. Haar moeder had vroeger een tuin met ongeveer 700 potten. De vrouw had bijna een dagtaak aan het water geven in de pottentuin. Want dat heb je met planten in potten. Ze hebben maar een beetje grond om van te leven, dus je zult ze steeds van water en voeding moeten voorzien.
Ze doen het wel, maar zijn niet erg gegroeid de afgelopen maanden en zien er wat hongerig uit.
Eerder dit jaar ging ik met Jitske op bezoek bij Sjoerdtje en kwam met een paar zaailingen van een witbloeiende kaardebol thuis. Die werden eerst opgepot, om later een moiie plekje in de zon te geven in de tuin. Twee van de drie staan nog in pot, hebben afgelopen zomer af en toe slap gehangen als ik ze op een hete dag geen water gaf, en zien er nu een beetje gelig (honger!) uit. Een van de drie heb ik in juli alvast in de volle grond gezet. Was bedoeld als risico-spreiding. Ik wist niet of de slakken er mee aan de haal zouden gaan. Mocht dat zo zijn, dan had ik nog twee reserve in pot staan. De kaardebol geeft duidelijk aan dat de volle grond veel beter is. Deze rozet is stevig, donkergroen en bijna een halve meter in doorsnee. Daar gaat volgend jaar een reusachtige kaardebol uit komen!
Midden in deze zee van groen staat een rozet van een witte kaardebol.
Als straks de gele bloemblaadjes zijn afgevallen, blijven dedonker bruine bloemhartjes gewoon de hele winter staanGehakkelde aurelia die ook even gebruik maakt van de tuinstoel in de zon. Breeduit om zoveel mogelijk zon op te vangen. De egelantier in de zijborder is door een rukwind afgelopen nacht voor een deel scheefgezakt. Deze bottels zijn prachtig, lastig is dat ze nu op ooghoogte boven het tuinpad hangen., samen met een heleboel broertjes- en zusjes-bottels. Een deel zal verdwijnen door de aanstaande snoeibeurt, zijn er nog genoeg over.De drie begonia’s in een pot op het terras bloeien nog steeds. Al maanden lang!
Op een warme dag begin van de herfst, een plek een beetje beschut voor de wind en volop zon. Daar een grote bos asters. Dat was het recept voor een feest voor insecten op 23 september. We waren rond half twee thuis van onze fietstocht en dan natuurlijk eerst een rondje door de tuin. In de border tussen ons en de buren hebben we een flinke bos herfstasters staan. Eerder dit jaar gaf ik een flink aantal stekken van deze aster aan de buren, en aan de andere kant van de lage taxus-heg staat nu minstens net zo’n dikke bos.
De vlinders blij! En andere insecten. De dagpauwogen waren ver in de meerderheid, ik kwam tot bijna 20! Maar ook een citroenvlinder, en gehakkelde aurelia’s.
In de voortuin hebben we dit jaar kleine herfstastertjes geplant, ook voor de insecten. Ze zijn een stuk lager, en meer paars dan deze hoge. Ze bloeien ook wat later, en moeten eigenlijk nog beginnen. De eerste blauwzweem zie ik al op de eerste bloemknoppen. Nog even geduld.