Ons standaard – ommetje brengt ons langs een kanaaltje, met weilanden (en nu nog Lakenvelders), langs een ooievaarsnest, langs en plas met veel watervogels , langs de rand van een woonwijk, en vlak voor we de wijk weer ingaan: een hek. Steevast gaan we even over dat hek leunen en kijken of we reeen zien. Vaak zijn we te vroeg, maar nu het weer vroeger donker gaat worden, of op een hele grijze dag, wordt de kans groter om de reden te zien. We kijken dan uit over een groot weiland, met een prachtige grote boom, en daar achter de boom, tegen de bosrand aan … daar komen ze vaak te voorschijn. Soms iets dichterbij, dan grazen ze onder de grote boom. Laatst zagen we een hele familie, vier stuks. Dat was een record. Maar ree of geen ree, de boom is het al waard om een tijdje bij dat hek te staan leunen. Elke keer weer.
